Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Terloops

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Terloops

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Synopsis is een veilige en zeer betrouwbare gids, als het ware onder de ogen van de Dordtse Synode vervaardigd.

Dr. H. Bavinck.

De mannen van de Synopsis, leerlingen van de reformatoren, bouwen hun leer op de autoriteit van Christus. Daarom is hun werk van blijvende waarde.

Ds. D. van Dijk, vertaler van de Synopsis.

De Synopsis: brandpunt van de Gereformeerde leer.

De Nadere Reformatie (ca. 16I8-ca. 1780) staat niet bij iedere liefhebber van de kerkgeschiedenis even goed aangeschreven. Sommigen zijn van mening dat de Reformatie veel hoger moet worden aangeschreven dan het tijdvak van de Nadere Reformatie. In dit laatste tijdvak zou sprake zijn van een achteruitgang in het gehalte van het theologisch denken. Meestal wordt al spoedig het verwijt van dorheid en van scholastiek-hezig-zijn gemaakt aan de Nadere Reformatoren. Het woord scholastiek betekent zoveel als schoolwetenschap. We doelen ermee op de Middeleeuwse wijze van theologiseren. De scholastici hielden het onderscheid tussen rede en geloof niet in het oog, maar verloren zich in spitsvondige redeneringen.

Natuurlijic is er zeer zeker onderscheid aan te wijzen tussen de Nadere Reformatie en de daaraan voorafgaande Reformatie. De Reformatie was een expansieve beweging in geheel Noord-Westeuropa, de Nadere Reformatie bewoog zich, ondanks beïnvloeding vanuit het buitenland, op het veel kleiner grondvlak van ons land. In het tijdvak van de Reformatie gevoelen we hoe we midden in de strijd staan. De felle gloed van de discussies getuigt ervan dat de reformatoren op de punt van het zwaard zich moesten verweren en verantwoorden. Ten tijde van de Nadere Reformatie was de strijd om het lijfsbehoud gestreden en kon men zich in wat rustiger omstandigheden toeleggen op het verder doordenken van theologische vraagstukken.

Maar de beschuldiging van scholastieke spitsvondigheid gaat niet op. Daar hebben de theologen uit dit tijdvak zich nu juist verre van gehouden. Althans voor wat betreft de 17de eeuw meen ik dat ook aan te kunnen tonen. We raadplegen daartoe een dogmatisch standaardwerk van de 17de eeuw, het Overzicht van de Zuiverste Theologie, ook wel Synopsis genoemd. Deze Synopsis was geschreven door vier hoogleraren aan de Leidse Universiteit: Johannes Polyander, Andreas Rivetus, Antonius Walaeus en Antonius Thysius. Zij waren in hun tijd mannen van naam en gezag. Hun dogmatisch handboek verscheen in 1625 en beleefde in korte tijd een viertal herdrukken. Inhoudelijk bezien is dit boek volledig in de lijn van de leer van Calvijn, al waren de schrijvers origineel in de opzet van het boek en de behandeling van de stof. Waar Calvijn zijn Institutie trinitarisch opbouwt, en dus de werken van God de Vader, de Zoon en de Heilige Geest achtereenvolgens bespreekt, nemen deze auteurs hun uitgangspunt in de volkomenheid van de Heilige Schrift, om van daaruit de Triniteit te behandelen en vervolgens andere dogmatische onderwerpen aan te snijden. Calvijn rondt zijn Institutie af met een behandeling van het gezag van de overheid, de vier Leidse professoren besluiten met een hoofdstuk over Eeuwig Leven en Dood en de Voleinding der Wereld.

In deze Synopsis wordt een gezonde Gereformeerde leer ontvouwd; nergens vervallen de auteurs in spitsvondige beschouwingen. Als Polyander de leer van de Triniteit bespreekt, stelt hij vooraf dat dit mysterie niet uit te leggen is door de menselijke rede en liever ootmoedig aanbeden moet worden. Walaeus erkent dat men aan een gelovige erkentenis van onwetendheid de voorkeur moet geven boven een vermetel redeneren. "Wij willen liever die dag afwachten waarop wij God zullen zien van aangezicht tot aangezicht en datgene wat wij hier ten dele weten volmaakt en volkomen zullen kennen", zo schrijft hij. Thysius schrijft dat het voldoende is met betrekking tot de Heilige Geest de zaken aan te duiden dan het te wagen om "onuitsprekelijke dingen vermetel te bepalen".

De auteurs houden dus nauwlettend de grenzen tussen geloof en rede in het oog. Daarnaast zetten zij zich ook af tegen de Middeleeuwse Scholastici. Polyander veroordeelt de nieuwsgierige vragen van de Scholastici. Hij noemt hen "onnutte mensen" omdat zij de vraag stellen waarom God de wereld niet eerder heeft geschapen. Hetzelfde geldt voor de vraag of God dan werkeloos is geweest toen Hij de wereld nog niet had geschapen. Walaeus laakt het dat de Scholastici zulke ijdele vragen stellen ten aanzien van het bestaan van engelen. In tegenstelling tot hen wil hij volstaan met aan te wijzen wat op grond van de Heilige Schrift vastgesteld kan worden. De Scholastici willen te veel zaken buiten de Schrift om vast stellen, zo oordeelt hij.

In de behandeling van het leerstuk van de predestinatie zijn de auteurs voorzichtig. Zij erkennen dat over deze leer "met alle gematigdheid en geestelijke wijsheid gehandeld moet worden, en dat men vóór alles... niet wijs moet zijn boven hetgeen geschreven is, maar dat wij de leiding van het Goddelijke woord alleen hebben te volgen".

Wie de Synopsis verder doorbladert, komt dit gegeven steeds weer opnieuw tegen. De vier hoogleraren maken front.tegen de dwalingen van roomsen, pelagianen en remonstranten. Zij zetten de Gereformeerde leer uiteen, maar zij funderen die op de hechte grondslag van de Schrift en niet op de zandbodem van speculaties van de rede. Elke stelling in dit boek wordt dan ook voorzien van een reeks bewijsplaatsen uit de Heilige Schrift. Zo welt de leer van de Gereformeerde Kerk in de 17de eeuw op uit het Woord van God en is die leer nauw verwant met de leer van de reformatoren uit de 16de eeuw.

Ik heb geen onderzoek ingesteld naar geschriften uit de 18de eeuw. Zeker verschilt deze eeuw weer van de eeuw waarin de Synopsis is verschenen. We beperken ons thans tot die 17de eeuw. En dan willen we niet meegaan in de onderwaardering van de Nadere Reformatie. Men mag zijn voorkeuren hebben, maar we mogen de voortgang in de kerkgeschiedenis niet miskennen. Onze kring is voortgekomen uit het gedachtengoed van de Nadere Reformatie. In de Afscheiding heeft men in protest tegen het verval in de vaderlandse kerk teruggegrepen op het werk van de Nadere Reformatoren. Als we dan ook meedoen aan het uitspelen van Reformatie en Nadere Reformatie tegen over elkaar snijden we een levenslijn van onze gemeenten af Het is beter om kennis te nemen van de geschriften ook uit dit tijdvak en de vragen van toen verder te doordenken en toe te passen op onze tijd. Node missen we hierbij een betrouwbaar handboek over dit tijdvak. Er zijn wel vele artikelen en bijdragen onder ons gepubliceerd over de Nadere Reformatie, we denken met name aan het werk van ds. A. Vergunst, maar het alomvattende overzicht ontbreekt nog. Het is te hopen dat deze lacune nog eens opgevuld wordt.

Apeldoorn,

H.A. Hofman.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 september 1988

De Saambinder | 8 Pagina's

Terloops

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 september 1988

De Saambinder | 8 Pagina's