Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gezalfd tot voorbereiding van Zijn begrafenis

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gezalfd tot voorbereiding van Zijn begrafenis

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

MEDITATIE

Matth. 26 : 6 - 13.

Deze tekstwoorden brengen ons in het huis van Simon de melaatse. Simon was melaats geweest en door Christus van zijn melaatsheid genezen, vandaar zijn bijnaam "de melaatse". De Heere Jezus is daar met Zijn discipelen heengegaan om de maaltijd te gebruiken. Nog slechts korte tijd en Hij zou sterven aan het kruis. Tot dat onbeschrijfelijke lijden heeft de Vader Zijn Zoon gegeven en heeft de Zoon Zichzelf gegeven.

Het lijden en sterven van Christus is van grote betekenis want Gods recht eiste Zijn dood; verzoening was en is er alleen door voldoening. Die voldoening heeft Hij voor Zijn volk gegeven, volkomen aan de eisen Hem gesteld, voldaan. Daardoor is de zaligheid aangebracht die Hij door Zijn Geest ook toepast, waar het op aankomt; hoor Jesaja (die de toepassing geschonken was) zeggen: "Hij is om onze overtredingen verwond, om onze ongerechtigheid is Hij verbrijzeld, de straf die ons de vrede aanbrengt, was op Hem, door Zijn striemen is ons genezing geworden".

In het huis van Simon bevonden zich (op één na) liefhebbers des Heeren. Het zal uit deze geschiedenis blijken wat de Prediker zegt: "Een dode vlieg doet de zalf des apothekers stinken". Judas had Hem niet lief, de anderen wel, en ook, vergelijk Joh. 12, waren Martha en Maria daar aanwezig. Maria was het die de daad van liefde, n.l. het zalven van haar Meester verrichtte.

Liefde tot God en Christus hebben wij van nature niet. Neen, dan zijn we liefdeloos, ja erger, afkerig van God. Dan heet het: "wijk van mij want aan de kennis van Uwe wegen heb ik geen lust. Het is geen vrucht van ons bestaan. Johannes zegt dan ook, de liefde is uit God. Niet een gevolg van geboorte uit christelijke ouders, doop, opvoeding of belijdenis, neen, dat is vrucht van een hoger levensbeginsel, n.l. van de wedergeboorte. Dan wordt het geloof geschonken en dat is door de liefde werkende. Vandaar de wederliefde die zich in de vrucht openbaart. Daardoor wordt de zonde als schuld gezien, gekend, beweend en geloofd. Zo'n door de Heilige Geest bearbeide zondaar ziet dat hij een gewisse dood tegemoet gaat. En God te missen wordt zo'n smartelijke zaak.

Zalig worden, wordt naarmate de Heere doorwerkt, onmogelijker. Gods heiligheid sluit hem uit, Gods rechtvaardigheid die volkomen beaamd wordt, doet hem vrezen en de wet veroordeelt en vervloekt hem. Anderzijds, de liefde trekt en door de ondersteuning Zijner liefde wordt de hoop verlevendigd dat de Heere nog eens uitkomst zal geven; maar het is voor ogenblikken.

Als een doodslager leren ze heilig verontrust vluchten naar de vrijstad. Opdat de zaligheid, die in Christus is, zou geopenbaard worden. Neen, het is geen rekensom, integendeel, 't gaat door een weg van sterven en onmogelijkheid. De Heere werkt altijd plaatsmakend. Ook voor Maria was Hij geen vreemde gebleven. Zie: in Lukas 10 zat zij aan Zijn voeten en toen zei Jezus zelf dat zij het goede deel uitgekozen had. Nu, tegen het einde van de maaltijd staat zij op en, in haar hand draagt zij een kruik van het fijnste albast, die gevuld is met de beste, onvervalste nardus. Ze breekt de dunne hals van de kruik boven Zijn hoofd en giet de nardus over Hem uit. Daarna buigt zij zich en droogt Zijn voeten met haar haren af Helaas zouden vele vrouwen en meisjes dit niet meer kunnen doen. O, hoort des Heeren Woorden ook in dit opzicht en wordt deze wereld niet gelijkvormig. Wie een vriend der wereld wil zijn, wordt een vijand Gods genaamd; wat zou beter zijn?

Ziet het bij Maria. Wat beweegt deze vrouw? Wel, 't was een daad van liefde, het was zwijgende aanbidding. Nee, het was geen godsdienstig vertoon, maar het leefde in haar hart met Asaf in Psalm 73: "U al mijn liefde waardig schatten." Nog kennen Gods kinderen deze ogenblikken in hun leven. Als het hart met Zijn liefde vervuld is, zijn er op die ogenblikken geen woorden, want liefde is niet te bespreken, dat laat zich alleen beleven.

Hoe zal deze liefdesdaad Jezus' menselijke natuur hebben verkwikt.

staande aan de ingang van Zijn zwaarste lijden en te midden van zoveel vijandschap. En de discipelen? Die namen het Maria kwalijk. Johannes zegt dat Judas het woord nam en sprak: "waartoe dit verlies? Want deze zalf had kunnen duur verkocht en de penningen de armen gegeven worden.

Hier kunnen wij uit leren, dat daden die voortkomen uit het geloof dat door de liefde werkt, zelfs door Gods kinderen kwalijk genomen kunnen worden. Denk ook aan Eli en Hanna, om dit niet verder uit te breiden, denk aan David als hij huppelde van zielevreugd voor de ark. "Waartoe dit verlies? ". Zo geschied ditzelfde nog, als het gaat over geld bijeenvergaderen voor de kerk enz.

Maar geloof het, als er iets van die ware, door de Heere Zelf gewerkte liefde zijn mag, dan zal geen offer te groot zijn. Maria heeft er alles voor over en wat de anderen zeggen, geeft op zulke ogenblikken niets. En voor zulken neemt de Heere het op, want Maria zegt zelf niets, gaat het niet voor zichzelf opnemen en verklaren, of, hoe het kwam dat ze dit deed, nee, dat doet de Heere voor haar: "Waarom doet gij deze vrouw moeite aan? " Welk een diep ontdekkende en beschamende vraag. Het noodzakelijk is het gedurig in zelfonderzoek gebracht te worden. Daar kent de mond-en praat-godsdienstige mens niets van, maar daardoor brengt de Heere bij vernieuwing in de schuld en ze worden daardoor beschaamd. Dan wordt de liefdeloosheid beweend en een verlangen geboren: "Och wierd ik derwaarts weer geleid, dan zou mijn mond U d' ere geven." De Heere Jezus keurt de daad van Maria goed. Hij zegt: "Want zij heeft een goed werk aan mij gewrocht." Gold het dan niet voor Maria dat het onmogelijk is goed te doen omdat we geleerd zijn kwaad te doen? Zeker, maar Jezus gaat Zijn eigen werk, in Maria verheerlijkt, prijzen. Want goede werken zijn uit het geloof, naar Gods wet en tot Gods eer. Zie hoe zij dit mocht beoefenen. Daar valt Maria zelf geheel buiten. Wie het historisch geloof voor het zaligmakend geloof houdt, wordt een gelovige in zichzelf, wordt opgeblazen en mist de praktijk van het arme zondaarsleven. Dat geeft geen levende werkzaamheden, daarin wordt God niet verheerlijkt. Zijn Woord is beschamend voor de discipelen. Hij keurt de daad van Maria Goed. "Want de armen hebt gij altijd met u, maar Mij hebt gij niet altijd", wat beschamend is dit woord weer voor hen, Hij wil zeggen, armen kunt ge altijd weldoen, maar Ik ga straks naar de hemel, "Want zij heeft dit gedaan tot een voorbereiding van Mijn begrafenis".

Het was de Heilige Geest die Maria dreef en met het doel dat Hij gezalfd zou worden tot een voorbereiding van Zijn begrafenis. Zou Maria dit geweten hebben? Sommigen zeggen van niet, anderen zeggen van wel, en dat zij meer inzicht had in het lijden en sterven van Christus als de discipelen. En dit is zeker, de Heere is vrij en de één van Gods kinderen wordt dieper ingeleid in het Borgtochtelijk lijden en sterven van Christus als de andere. Hoe meer kennis verkregen wordt van een vernederende Borg hoe meer vernederd de zondaar wordt. Hoe schoner Hij wordt, ook in Zijn lijden waarin zich openbaart Zijn onpeilbare Hefde.

Dat er een opwassen mocht zijn in de genade en kennis van Christus. Buiten Hem is er geen zaligheid, geen leven, geen vrede, nee niets, dan is alles dood. Hij is het alléén, ja Hij is alles.

Ten laatste zegt Hij in vers 13: "Voorwaar zeg Ik U alwaar dit Evangelie gepredikt zal worden in de gehele wereld daar zal ook tot haar gedachtenis gesproken worden van hetgeen zij gedaan heeft." Dit Evangelie, deze daad van liefde behoort mede tot Zijn lijden.

Door haar wordt Christus verheerlijkt, het gaat immers niet alleen over wat Hij deed vóór Zijn volk maar ook wat Hij doet in Zijn volk. Hij is Zelf de grote inhoud van het evangelie, dat verkondigt, dat Hij door lijden en sterven de dood verslonden heeft tot een eeuwige overwinning voor des doods schuldigen die in Hem hun heil en hoogst geluk leren zoeken en vinden. Geliefde lezer(es), dit woord tekent ons de vrije genade Gods door Christus en de Heilige Geest gewerkt. Genade vermag van een afkerige zondaar een Hefhebbende zondaar te maken. Werke de Heere een heilige jaloersheid, met minder kan het niet. En dat de Hefhebbers Zijns Naams veel, eigen liefdeloosheid, tekort, gebrek mogen inleven; dat de noordenwind de hof uwer ziel mocht doorwaaien, dan zal de zuidenwind der liefde en vertroosting niet achterwege blijven. Dan zal zich het hart met de daden paren. Want Ps. 133 zegt: "Waar liefde woont, gebiedt de Heere Zijn zegen, daar woont Hijzelf, daar wordt Zijn heil verkregen en het leven tot in Eeuwigheid.

Yerseke,

ds. Chr. v.d. Poel.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 maart 1990

De Saambinder | 12 Pagina's

Gezalfd tot voorbereiding van Zijn begrafenis

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 maart 1990

De Saambinder | 12 Pagina's