Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De rechte straat

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De rechte straat

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

(MEPOminK

"Ga in de straat, genaamd de Rechte". Handelingen 9:11.

Ananias een zeker discipel te Damascus krijgt van de Heere bevel om naar bovengenoemde straat te gaan, om daar iemand te ontmoeten in het huis van Judas. Hij, Wiens ogen de ganse aarde doorlopen en voor Wie niets is bedekt, noemt niet alleen de naam van die man, maar geeft van hem het getuigenis: Want, zie hij bidt.

Wie is die man die Ananias daar in de Rechtestraat zal ontmoeten en op welke wijze is deze daar terechtgekomen?

Dat is hij, die bij het ombrengen van de eerste martelaar, bij het stenigen van Stefanus zich heeft voorgenomen, een naar zijn zienswijze, een godewelbehagelijk werk te doen in het vervolgen en ombrengen van de discipelen des Heeren. Hij heeft de gemeente te Jeruzalem vervolgd, tegen hen blazende dreiging en moord. Als een briesende leeuw is hij, met brieven van aanbeveling van de hogepriester, naar Damascus gereisd om de volgelingen van Jezus naar Nazareth geboeid naar Jeruzalem te brengen. Door haat verblind tegen de Man uit Nazareth en Diens discipelen trekt Saulus met het zwaard helemaal naar Damascus om de slachtschapen van Christus om te brengen. Welk een wonder van Goddelijke genade vindt plaats op de weg naar Damascus. Hij die het zwaard uittrok om te moorden, wordt neergeveld door het zwaard van Christus' mond. Hij, die voor niemand wilde buigen wordt daar een gebogen man, gebroken, blind en krachteloos ter aarde neergeveld. Hij, die de leiding had, wordt nu bij de hand geleid. Zijn ogen zijn verblind en hij zal niet meer zien voor het licht van Gods vriendelijke aanschijn in hem zal doorbreken. De koninklijke macht van Christus heeft hem, die gevangenen wilde maken, een gevangene gemaakt.

Als een blinde wordt hij bij de hand geleid. Hij die voor ging op de weg ziet de weg niet meer. Zo is het met allen die door Christus gegrepen zijn, die Hij trekt uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht, verbrekende de haat en vijandschap in hen. Dan wordt verstaan hoe blind we zijn en de weg niet weten te gaan, alle gerechtigheid missen, elke gunst onwaardig en kinderen des toorns zijn. Dat wordt geleerd in de weg van waarachtige bekering.

Geleid naar de woning van een zekere Judas in de straat de Rechte. Daar zal Paulus nu leren de afsterving van de oude mens en de opstanding van de nieuwe mens, gebracht op het enge pad, dat ten eeuwige leven leidt. Van nature wandelen we allen op eigengekozen wegen de brede weg die ten verderve leidt. Op dat verkeerde pad voert de zonde heerschappij over ons, hetzij in vermeende eigengerechtigheid gelijk een Paulus of in ongerechtheid gelijk een Manasse. Waar we allen de verleider tot onze leidsman hebben gekozen, wandelen we op de paden der duisternis en zijn we vreemdelingen van God en beminnen de werken der duisternis gelijk een Saulus en haten het Licht dat in de wereld gekomen is. Christus, Die de Weg, de Waarheid en het Leven is, leidt door Zijn Woord en Geest in de "rechte straat". In die weg wordt geroepen uit de nood des harten. Die rechte straat is wel een smal pad, maar toch een veilige weg, waarop de dwazen niet zullen dwalen, omdat God Zelfde Leidsman is. Het is de weg, waarop de Heere doet wandelen allen, die Hij roept uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht.

Saulus van Tarsen heeft daar niet gegeten noch gedronken, want voor het enige nodige moest alles wijken. In zijn ziel had God een honger en dorst verwekt, welke met lichamelijke spijs of drank niet verzadigd kon worden. Geen aardse verkwikking is in staat de nood der ziel te lenigen van een door Christus gegrepene. De vervolger is een smekeling gemaakt aan de troon der genade.

Want zie hij bidt, zegt de Heere tot Ananias. Hier wordt het wat de dichter van de oude dag zong: 'k Bracht de nachten door met klagen; 'k liet niet af hand en oog op te heffen naar omhoog. Ik heb gedaan wat kwaad was in Uw oog, dies ben ik Heer', Uw gramschap dubbel waardig.

Drie dagen heeft Paulus in de eenzaamheid doorgebracht, niet etend noch drinkend in de nood van zijn ziel. Hoe wijst Paulus later in zijn brieven menigmaal terug op deze drie dagen, waarin hij niet wist wat van hem zou worden. Daar heeft hij leren kennen hoe hij als een vijand tegen Jezus heeft gewoed. Zijn ziel werdt door smart verscheurd in de erkentenis dat Jezus van Nazareth de ware Messias is, Die hij vervolgde. Christus' woord: Ik ben Jezus, Dien gij vervolgt, doorsnijdt zijn ziel. Welk een bange levenservaring.

Paulus, als farizeeƫr, die zo dikwijls gebeden heeft steunend op zijn werken in zelfvoldaanheid, krijgt nu een walg aan zichzelf, zich mishagend vanwege zijn zonden. Hij roept nu uit de diepte, biddend in Geest en waarheid. Het grote wonder der genade is, dat Paulus wel ellendig en nooddruftig is, maar de Heere aan hem denkt; getuige bovenstaande woorden. Het oog des Heeren is dag en nacht open over elk die Hem vreest. God hoort het gekerm en gedenkt aan Zijn verbond. Welk een bemoediging voor het waarlijk bedrukte volk, dat veroordeeld over de aarde loopt. Schuldig aan de wet met een levendig besef van Gods ongenoegen, treurend en wenend vanwege hun afmakingen als de oorzaak van alle leed, roepend en smekend hun Rechter om genade. Christus zal opstaan op het zuchten van Zijn gevangenen, om de gevangenis te openen en hen de vrijheid te schenken.

Wanneer de drie dagen voorbij zijn treedt een onbekende voor Saulus de woning binnen en legt de handen op hem en zegt: Saul, broeder, de Heere heeft mij gezonden, namelijk Jezus, Die u verschenen is op de weg die gij kwaamt, opdat gij weder ziende en met de Heilige Geest vervuld zoudt worden. Als dit tot hem gezegd is vallen zijn ogen af als schellen. Het licht van Gods vertroostend aangezicht bestraalt zijn ziel en nu mag Paulus zich verheugen en verblijden in het Licht des levens.

Saul, broeder! En dat uit de mond van iemand die zulke bezwaren had om de vijand en vervolger van Gods volk te ontmoeten. De Heere heeft echter die bezwaren weggenomen, Ananias verzekerende: Deze is Mij een uitverkoren vat, om Mijn Naam te dragen voor de heidenen.

Welk een ontmoeting daar in de Rechte-straat, in het huis van Judas. Het werd Paulus een poort des hemels, een huis Gods. Hier leerde hij Jezus kennen als de enige grond der zaligheid. In de straat genaamd de Rechte leerde hij zijn farizeese eigengerechtigheid verliezen om met de gerechtigheid van Jezus Christus te worden bekleed. Hier begon Paulus' stervensweg aan de wet, opdat hij Gode leven zou. Dit is ook het begin van zijn loopbaan als prediker; welk een genade viel Paulus ten deel. Mij is barmhartigheid geschied, schrijft hij nog jaren later. De loopbaan en de prediking van Paulus wordt beheerst door Jezus Christus, het enige Fundament der zaligheid. Daar in die Rechte-straat geroepen, om te zijn prediker van de gerechtigheid van Christus en om Diens smaadheid te dragen.

Wie we zijn en waar we wonen, allen van nature zijn we vijanden van God en onze zaligheid, hetzij we ons leven zoeken en vinden in het normeloze, wetteloze of zedeloze, in onze felle en bewogen dagen, hetzij dat de mensen ons niet kunnen bestraffen over enige moedwillige overtreding der wet, daar onze uiterlijke werken aan de wet Gods gelijkvormig zijn en daarmee met Paulus eertijds denken Gode te behagen. We zullen in "de rechte-straat" moeten komen, om daar ons leven te verliezen om het leven in Christus te vinden. Dit woord wege op uw ziel en drijve u uit om van Christus gegrepen te worden. Hij veile u neer door Zijn mond en leide u in "de rechtestraat" om als een vijand met God verzoend te worden.

Gij, die waarlijk bekommerd zijt vanwege uw schuld en vijandschap en met uw goede voornemens de scheiding tussen God en uw ziel tot uw smart groter ziet worden. Christus is nog Dezelfde.

Hij zal op Zijn tijd Zijn werk in u voleindigen en Zich aan u openbaren tot ulieder vreugde, om met Zijn gerechtigheid te worden bekleed.

God is waarachtig en goedig, Hij is 't en blijft zulks altijd; Ten wege brengt Hij zachtmoedig, Den zondaar vervallen wijd.

's Gravenpolder,

ds. J.Chr. Weststrate.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 juni 1990

De Saambinder | 12 Pagina's

De rechte straat

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 juni 1990

De Saambinder | 12 Pagina's