Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uitgestorte genade

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uitgestorte genade

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

"Genade is uitgestort in Uw lippen". Psalm 45 : 3b.

Deze psalm mag wel de korte samenvatting genoemd worden van het Hooglied van Salomo. Immers in dat hemels bruiloftsdicht wordt van dezelfde Bruidegom, de Heere Jezus gezegd: Zijn lippen zijn als leliën, druppende van vloeiende mirre" (hfdst. 5 : 13).

Ook in bovenstaande psalm, een lied der liefde, prijst de Bruidskerk Hem om Zijn uitnemende schoonheid; "en al wat aan Hem is, is gans begeerlijk".

Daarom wordt het de gelovige betuiging van elk, die door de liefde Gods getrokken is tot deze dierbare Immanuël: "Zulk Een is mijn Liefste, ja zulk Een is mijn Vriend, gij dochters van Jeruzalem!"

Dit wordt de verwonderde uitroep van al degenen, die door genade om genade hebben leren smeken en ook genade mogen vinden in 's Heeren ogen. Wordt dat immers geen wonder voor ons, wanneer de Heilige Geest ons gaat overtuigen, bij de zonden van ons leven gaat bepalen, de boze wortel van ongeloof ontdekt, de schuld gaat openleggen van het uur onzer geboorte af aan? Ja, mijn ontvangenis was reeds in ongerechtigheid, vanwege de toegerekende schuld en geërfde smet van mijn gevallen Verbondshoofd Adam.

Er moet - zal het wel, eeuwig wel zijn - een tijd komen in mijn leven, dat Gods Geest mij waarachtig aan mijzelf gaat ontdekken. Dan wordt in mijn ziel de heilige vreze gewekt. Het wonder van genade en vergeving bij God wordt altijd geopenbaard in de weg van: "Zo, Gij, HEERE! de ongerechtigheden gadeslaat; HEERE! wie zal bestaan? " Hoevele naamchristenen lopen in ijdele waan dit noodzakelijke stuk van kennisneming onzer ellende oppervlakkig voorbij! O dat we toch eerlijk met onze ziel voor Gods aangezicht leerden handelen, eer dat de toevlucht der leugenen wordt weggevaagd! Alleen de waarlijk zaligmakend overtuigde, geleid in de weg van Gods heilig recht, die leert wanhopen aan zichzelf, krijgt het wonder te verstaan: "Maar bij U is vergeving! opdat Gij gevreesd wordt".

Maar hoe is dat mogelijk, dat bij een heilig en rechtvaardig God, Die van Zijn recht geen afstand kan doen, nog enig kwaad gedogen, dat bij de Vlekkeloze vergeving is. Is dat niet te allen tijde de bange zielevraag geweest bij de waarlijk bekommerden van hart, die zo bevend van verre staan, wanneer zij in de donder van Sinai's wet 's Heeren vloek beluisteren over hun ganse leven?

Ja toch, verdrukte, door onweder voortgedrevene, ongetrooste; Kom eens wat nader en hoor, ja uw ziel zal leven. God had u reeds lang verdoemd, indien Hij lust had gehad om u te doden. Hij heeft geen behagen in uw dood, noch in uw verderf (hoewel gij beiden hartelijk moet aanvaarden), maar Hij heeft lust in uw behoudenis en zaligheid. En zulks op eeuwige rechtsgronden in verheerlijking van al Zijn Deugden. Hij beschikte uit eeuwige liefde jegens u, Zijn lieve Zoon, Die Zelf getuigde: "Zie Ik kom; in de rol des boeks is van Mij geschreven. Ik heb lust, o Mijn God! om Uw welbehagen te doen, en Uw wet is in het midden Mijns ingewands" (Ps. 40).

Christus de Verkorene van de Vader is gezalfd met de Heilige Geest, zonder mate; om de rijkdom van Zijn gaven en genade vanuit 's Vaders troon met volle stromen uit te storten in het hart van wederhorigen. Dat zal de volle zegen van het Pink- sterfeest zijn! Eerst heeft Hij Zich laten treffen met Godes toornevloek, die u - naar recht - moest treffen; nu zal Hij u zegenen met genade voor genade! O, dat uw ogen verlicht mogen worden met de ogenzalf van God, de Heilige Geest en ge zult Jezus aanschouwen in Wiens lippen genade is uitgestort.

In deze woorden ligt alle zaligheid verklaard. Immers de lippen geven opening aan onze mond. En in onze mond wordt de stem gevormd, opgebouwd uit zoveel woorden. En het zijn de woorden, die onze gedachten en gevoelens vanuit het hart vertolken.

Welk een rijkdom van zaken wordt er dan uit Hem ervaren als de taal van Jezus' liefdehart weerklank mag vinden in onze arme zondaarsziel. Dan word ik ook zelf met verse olie overgoten en mijn beker is overvloeiende! De schare van Nazareth's synagoge moest zich zelfs verwonderen over de aangename woorden, die uit Zijn mond kwamen (hoewel ze deze niet ter harte namen). Neen, nooit heeft een mens gesproken als Hij. En nog ontsluiten Zijn gezegende lippen een hemel van zaligheid voor behoeftige zondaren: de doden zullen opgewekt worden, de dove horen, de blinden zien, de stommen spreken, de kreupelen springen en de melaatsen gereinigd worden.

Wanneer ons hart de kracht van Zijn genadewoord verstaan mag - hoe we ook gesteld zijn - dan gaan wij uit op de stem van Zijn spreken. Het is dan waarlijk de stem van mijn Liefste (en die kennen we uit duizend): "Ziet Hem, Hij komt, springende op de bergen en huppelende op de heuvelen".

Hij neemt dan al onze bezwaren weg, onze vrees en bekommernis. Zijn woorden van liefde en genade vloeien in onze ziel. Hij spreekt van vrede en verzoening tot het hart van zondaren, die leren buigen aan Zijn voeten: "Mijn zoon, Mijn dochter! heb goede moed, uw zonden zijn u vergeven".

Zijn lippen betuigen krachtdadig van de uitdelging onzer zonden in Zijn dierbaar bloed. Voorwaar: Hoe zoet zijn mij Uw redenen geweest;

geen honing kan 't gehemelte beter smaken!

Maar ook, hoe waarschuwend en ook lokkend is nog Zijn stem om af te wijken van de openlijke en verborgen paden der zonden en ongerechtigheden: Wend u toch tot Mij en word behouden; waarom zoudt gij sterven, o mensenkind!

Bedenk toch, vaders en moeders, mannen, vrouwen, meisjes en jongens in deze tegenwoordige boze wereld, die ook lokt met zoet-vleiende lippen: al wat gij leest in het Woord des Heeren, hetzij vermanend en veroordelend, hetzij bemoedigend of vertroostend, het zijn nog woorden van ontferming om Jezus wil. Hij is nog de Eeuwiggezegende van de Vader, de Schoonste der mensenkinderen, gewillig tot uw behoud, zolang uw heden van genade, uw dag van zaligheid duurt.

Totdat Hij komt in al Zijn heerlijkheid en kracht op de wolken des hemels. Zal dan dat laatste woord van Zijn lippen u tegenklinken: Gaat weg van Mij, gij die de ongerechtigheid werkt? Wat zal dat woord aan u die de weg geweten hebt, het aanbod van genade versmaad hebt, met een Judaskus Hem verraden hebt, eeuwig bang vallen!

Maar anderzijds, eeuwig gelukzalig degenen, die hier reeds, door waarachtige bekering, een eeuwige ingang bereid is in het Koninkrijk der hemelen. Het zal zijn met toeroepingen van Zijn lippen: Genade, genade zij dezelve!

Dan zullen de lippen van dat verloste volk ook rijkelijk vloeien van verwonderde lofgezangen: "Het is door U, door U alleen o beminnelijke Vorst, Wiens schoonheid we dan eeuwig zullen loven; want ook voor mij, de minste, de ellendigste, ja ook voor mij was en is genade op Uw lippen uitgestort, en dat om 't eeuwig welbehagen!"

Gorinchem,

ds. D. Hakkenberg.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 september 1991

De Saambinder | 16 Pagina's

Uitgestorte genade

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 september 1991

De Saambinder | 16 Pagina's