Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De enig veilige schuilplaats

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De enig veilige schuilplaats

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

MEDITAITE

"Die in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, die zal vernachten in de schaduw des Almachtigen".

Psalm 91 : 1.

Met het woord 'schuilplaats' wijst de dichter van deze psalm ons naar het gordijn voor de tent of rotswoning in het Oosten, waarachter men een vriend beschutting bood tegen allerlei gevaren die hem bedreigden.

In die schuilplaats werd over hem de wacht gehouden, zodat hij vol vertrouwen zijn hoofd kon neerleggen. Dat er een schuilplaats nodig is, wijst op gevaar! Het woord 'schuilen' is onafscheidelijk verbonden met het woord 'nood'. Als er geen oorlog is, maakt niemand gebruik van een schuilkelder.

Zo hadden ook Adam en Eva in de staat der rechtheid geen schuilplaats nodig, want de Heere Zélf overschaduwde hen. In het Paradijs waren geen vijanden, was geen nood en verdriet.

De zonde is echter gekomen, omdat de mens gevolg gaf aan de influistering van de satan, en als God wilde zijn. De vrede was weg uit het hart, en de vrede werd weggenomen van de aarde. De gevaren begonnen te komen, waardoor de mens naar een schuilplaats ging zoeken. De dichter wijst ons in deze psalm op de verschillende gevaren waarin de mens vanwege de zonden verkeert: de strik, de zeer verderfelijke pestilentie, de pijl die des daags vliegt.

En toch, al deze dingen vormen niet het grootste gevaar. Want het grootste gevaar waarin wij allen van nature in verkeren is, dat wij in onverzoende staat met God leven. En zullen wij daarom werkelijk rust, werkelijk vrede hebben, dan hebben wij de schuilplaats des Allerhoogsten nodig, die beschutting biedt voor tijd en eeuwigheid.

Reeds in het Oude Testament lezen wij van die schuilplaatsen die heenwijzen naar de enige veilige schuilplaats.

Als de verderf-engel rondgaat door Egypte om alle eerstgeborenen te slaan, was de veilige schuilplaats voor het volk Israël alleen het bloed van het geslachte lam. "Als Ik het bloed zal zien, dan zal Ik ulieden voorbijgaan", zei de Heere. Alleen achter Christus' bloed is voor zondaren schuiling te vinden!

Want al hebben wij hier op aarde een veilig huis gebouwd voor de tijd, wij moeten bovenal voor de eeuwigheid veilig geborgen zijn in de Ark des behouds van de Allerhoogste. Wanneer de Heere door Zijn Woord en Geest ons oog daarvoor gaat openen, dan gaan we dat ook met smart zien, dat we misschien wel voor dit leven gezorgd hebben, maar dat we toch met alles wat we bezitten en menen te bezitten, zónder en buiten God omzwerven.

Ja, als we bij het ontdekkend licht des Geestes onze zonde en schuld leren zien, wordt de vraag geboren: "mijn ziel doorziet gij uw lot? hoe zult gij rechtvaardig verschijnen voor God? " In het besef van onze verlorenheid vervult dan een nameloos ongeluk ons hart; is er een gemis dat door niets ter wereld kan worden weggenomen. Uit de nood van ons hart wordt het gebed om de enig veilige schuilplaats geboren! We gaan op zoek naar die schuilplaats, maar moeten ervaren dat we zelfde weg niet weten te vinden. Al ónze wegen lopen dood, en het zou dan ook een eeuwig omkomen zijn, als de Heere Zelf ons niet bij de hand nam, om ons te brengen in de Schuilplaats des Allerhoogsten, Jezus Christus.

Als wij geen weg, geen mogelijkheid van toegang meer weten, gaat de Heere ons bekend maken met Hem, Die de toegang tot deze schuilplaats geopend heeft; ja, Die Zelfde Toegang is, gelijk Hij gezegd heeft: "Ik ben de Deur, indien iemand door Mij ingaat, die zal behouden worden".

Hij heeft de toegang tot de schuilplaats des Allerhoogsten voor verloren zondaren geopend door Zijn verzoenend Middelaarswerk. Hij werd op Golgotha buiten de gemeenschap Gods gesloten, opdat Hij voor de Zijnen een schuilplaats verwerven zou, die door geen vijand kan worden vernield. Integendeel, in déze schuilplaats is rust en vrede voor tijd en eeuwigheid.

Ja, in de schuilplaats des Allerhoog- sten mogen Gods kinderen zelfs temidden van de kruisen en het verdriet van het leven wel eens het hoofd opheffen en hun weg op de Heere wentelen.

En weet u wat nu zo'n wonderlijk voorrecht is? Wel, de deur, de toegang tot God is nooit gesloten! Tot de koning der Perzen mocht nooit iemand ongevraagd naderen, op straffe des doods. Maar boven de ingang van de schuilplaats des Allerhoogsten glinstert de gouden scepter der genade. Boven die deur staat geschreven: "roep Mij aan in de dag der benauwdheid, en Ik zal er u uithelpen".

Al komt ge tot God met uw noden in de vroege morgen of de late avond; op de middag of's nachts zoals Nicodemus; boven de ingang van deze schuilplaats staat geschreven: "Klopt, en u zal worden opengegaan!" Zegen en veiligheid wordt er om niet verkregen, want die in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, die zal vernachten in de schaduw des Almachtigen.

Het woord 'vernachten' wil letterlijk zeggen: de nacht doorbrengen, veiligheid en rust genieten ten tijde van de duisternis. En wanneer we mogen vernachten in de schaduw des Almachtigen, wil dat zeggen dat we in Zijn onmiddellijke nabijheid mogen verkeren. En zo mag de dichter met zijn zorgen en moeiten, met zijn kruis en verdriet, met zijn lijden en eenzaamheid, bij zijn God in alles schuilen. Temidden van alle wederwaardigheden is de Heere een schaduw voor Zijn volk. Daarvan zegt de Bruid: "Ik heb grote lust in Zijn schaduw, en ik zit er onder", d.w.z. ik begeer op die plaats te blijven, want daar mag ik de verborgen omgang met mijn Bruidegom smaken. Lezers, de Heere nodigt ons nog vriendelijk tot deze enige, veilige schuilplaats te vluchten! Hij heeft geen lust in de dood van de zondaar, maar daarin dat deze zich bekeert en leeft!

Die enig veilige schuilplaats is voor ieder van ons nog bereikbaar in de weg van bekering en geloof Waar we ons ook heenwenden, waar we ook schuiling zoeken voor het naderend verderf, nergens buiten God zullen we ooit werkelijk schuiling vinden, want alléén die in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, die zal vernachten in de schaduw des Almachtigen!

Woerden,

ds. J. Driessen.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 augustus 1994

De Saambinder | 12 Pagina's

De enig veilige schuilplaats

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 augustus 1994

De Saambinder | 12 Pagina's