Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het offer van Jona

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het offer van Jona

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Jona 1 : 13-17.

(3)

Een grote vis

Wat was er ondertussen met Jona gebeurd? "De HEERE nu beschikte een grote vis, om Jona in te slokken; en Jona was in het ingewand van de vis, drie dagen en drie nachten" (vers 17). Dat is nu iets, wat de moderne mens niet aanvaarden wil. Voor velen is dit het kritieke punt van heel de Bijbel. Een boek, waarin zulke verhalen staan, kan men toch niet ernstig nemen! Dit kan onmogelijk gebeurd zijn. Het keelgat van een walvis (in Matth. 12 : 40 staat dat deze grote vis een walvis was) is veel te klein om een mens in een keer op te slokken.

En dan drie dagen in de maag van die vis, zonder zuurstof, en daarna weer kerngezond uitgespuwd op het land? Onmogelijk! Wat moeten wij daarop zeggen? Moeten wij dit wonder een beetje proberen te verklaren? Moeten wij erop wijzen, dat er twee soorten walvissen zijn, de ene soort met een klein en de andere met een groot keelgat? Moeten wij aanvoeren, dat volgens een verhaal in 1758 een matroos door een haai levend opgeslokt en weer uitgespuwd zou zijn? Ach, laten wij maar ophouden. Laten wij maar niet proberen het wonder te verklaren. Laten wij maar eerbiedig buigen onder het Woord Gods en het wonder laten staan. Wij hebben hier te maken met een wonder, iets dat volgens de wetten van de natuur onmogelijk is.

En als men het wonder kan verklaren, dan is het geen wonder meer. De Bijbel is het Boek van het wonder. En God is de God van het wonder. En Gods volk is het volk van het wonder. De dienst van God kan zonder het wonder niet bestaan. Als het wonder wegvalt, valt God weg, valt Christus weg, valt alles weg. En Gods kerk wordt toch alleen maar zalig langs de weg van het wonder? En is Christus Zelf niet het grootste wonder? Hij deed niet slechts wonderen, maar Hij is Zelf een wonder. Denk aan de vleeswording des Woords, aan de Opstanding en de Hemelvaart. Hangt de zaligheid van zondaren dan niet van het wonder af? Zo is ook Jona behouden in de weg van het wonder. Daarom doen wij geen poging om het wonder te verklaren, maar laten wij het wonder eerbiedig staan.

Gods beschikking

Jona werd dus opgeslokt door een grote vis. En nu staat er in vers 17, dat de Heere die vis beschikte. Wij moeten dus niet zeggen, dat daar toevallig een vis was. Bij God bestaat geen toeval. Die vis was daar omdat de Heere het zo bestuurde. Hij is een albesturend God. Alles ligt in Zijn hand. Hij beschikte de vissen bij de wonderbare visvangst, de kwakkelen in het leger van Israël, de raven die Elia voedsel brachten, de leeuwen in Daniels leeuwenkuil, enz. De Heere beschikt over alles. Alles is aan Zijn wetten onderworpen. Wat geeft het een rust als een mens het waarachtig geloven mag: Mijn leven is in Gods hand met alles wat er in mijn leven plaatsvindt. Leer dan uit deze geschiedenis, dat alle moeite en verdriet, alle zorg en nood, waardoor uw leven gedrukt wordt, niet bij toeval u overkomen, maar door de Heere zijn beschikt. Hij bracht dat alles in uw leven. Hij heeft met dat alles Zijn wijze bedoelingen.

Wat gelooft gij van de voorzienigheid Gods?

De Catechismus stelt de vraag, wat wij verstaan van de voorzienigheid Gods. Wat gelooft u daarvan? Gelooft u dat God alles beschikt? Van onszelf geloven wij er niets van, dan geven wij ons leven niet in de handen van een albeschikkend God. De Heere moet ons maar eens tegenkomen, de levensweg moet maar eens door de diepte gaan, wat gelooft u dan van de voorzienigheid Gods? Als God ons er niet voor bewaart, worden wij één stuk briesende vijandschap tegen Hem. Dat geldt ook Gods kinderen. Zij moeten steeds opnieuw gebracht worden tot het geloof in de voorzienigheid Gods. Van zichzelf hebben zij dat geloof ook niet. Toen eens aan wijlen ds. J.R. v. Oordt gevraagd werd, wat hij geloofde van de voorzienigheid Gods, antwoordde hij: Om acht uur alles en om kwart over acht niets! Dat is zo vaak de praktijk in het leven van Gods kinderen. Zij dragen zo'n ongelovig bestaan met zich mee, dat nog geen cent aan de Heere durft toe te vertrouwen. Wat is het daarom een genadewonder als wij leren leven uit de voorzienigheid Gods. Dan gaan wij geloven dat alle dingen, niet alleen grote, maar ook kleine dingen, door de Heere zo beschikt zijn. Wij zijn geneigd eerder te geloven, dat de Heere de grote dingen beschikt dan de kleine. Die grote vis van Jona, ja natuurlijk, die is door God beschikt. Maar de Heere beschikt ook dat kleine haartje van uw hoofd. Leefden wij toch meer uit het geloof in de voorzienigheid Gods. Dan zou de onderwerping ons rust geven.

Jona veilig in de golven

"En Jona was in het ingewand van de vis, drie dagen en drie nachten". Als de schepelingen dat gezien hadden, dan hadden zij sidderend gezegd: Wat een vreselijke dood! En toch was Jona hier zo veilig. Net zo veilig als de jongelingen in de oven en Daniël in de leeuwenkuil. Wie met Jona leert vallen onder het recht van God en eigen doodvonnis leert aanvaarden en zo valt in de zee, waarin hij naar recht verwacht om te komen, zal het wonder ervaren, dat er leven gevonden wordt in de diepte van de zee. En dat is weer een wonder, groter dan het wonder van die vis! Als de zondaar meent te vallen in de eeuwige rampzaligheid, vindt hij de geopende liefdearmen van Christus. Dat is het groot- ste wonder, dat God in Zijn toornen blijft denken aan Zijn ontfermen, dat een mens behouden wordt als zo'n mens van harte Gods oordeel bijvak. Als de Heere Jona voor eeuwig had laten omkomen in de zee, dan was dat voor Jona rechtvaardig geweest. Maar nu beschikt de Heere een vis om Jona te behouden. Want God wilde toch in Jona verheerlijkt worden. Daarom laat Hij Zijn kinderen nooit los. Al gaan zij overboord de kolkende zee in, de Heere houdt Zijn liefdearmen altijd om Zijn volk heengeslagen. Er is nog nooit één van Gods kinderen gevallen uit de armen van Gods barmhartigheid. Is dat niet het grootste wonder?

In de vis Jona moest wel drie dagen en nachten doorbrengen in de donkere maag van de vis, maar daama werd hij levend op de oever geworpen. Daar was Jona hier echter nog niet. Hier was hij nog in de diepte van de zee, in een kleine donkere gevangenis. Het is het beeld van menige ziel in de diepte, die daar Psalm 116 leert verstaan: Ik lag gekneld in banden van de dood! In de diepten van het schuldbesef QXI in de golven van Gods toom, denkt u niet anders dan eeuwig om te komen. Zo zeker als de Heere Jona bewaarde in de vis, zo zeker bewaart Hij Zijn volk in de diepte der ellende. Waarom? Omdat Christus ook drie dagen en drie nachten was, niet in het hart der zee, maar wel in het hart der aarde. Hij is eruit gekomen en daarom komt dat volk eruit. De maag van de vis werd voor Jona dan ook een bidvertrek, want in het volgende hoofdstuk lezen wij, dat Jona bad tot de Heere vanuit het ingewand van de vis. Dat volk in de diepte gaat met Jona roepen tot God: Uit diepten van ellende, roep ik met mond en hart, tot U, Die heil kunt zenden! Over zulken zal God Zich ontfermen. Jona werd uit de diepte gered. Waarom? Om Christus' wil. Waarom? Omdat God de eer van Zijn Naam heeft verbonden aan de redding van zondaren. En zo zal het worden: Mij in de kuil gezonken, mij heeft Hij hulp geschonken. Daar zal de schare van verlosten de eeuwigheid voor nodig hebben. En zo zal God alleen de eer ontvangen van de zaligheid. Want wie zijn leven zal willen behouden, die zal het verliezen, maar wie het verliezen zal om Zijnentwil, die zal hetzelve vinden.

Zeist,

ds. J.J. V. Eckeveld.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 juli 1995

De Saambinder | 12 Pagina's

Het offer van Jona

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 juli 1995

De Saambinder | 12 Pagina's