Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BIJBELSTUDIES

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BIJBELSTUDIES

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De brief aan de gemeente van Thyatire

Openb. 2:18-29.

(3)

Een compromis met de wereld?

Wij zagen de vorige maal wat Jezabel leerde. Zij meende dat men gerust kon meedoen met de vakbondsfeesten, het eten van afgodenoffer en het plegen van ontucht, waarmee die feesten gepaard gingen. Dat alles betrof volgens haar alleen het lichaam. En het lichaam is het lagere. Als men de geest maar vrij hield van de zonde. Zij stelde dat men gerust de diepten van satan mocht proeven, als men de geest maar rein hield. Ja, zo zou men, volgens haar, satan het best kunnen overwinnen. Dat was de leer van Jezabel. Wij laten nu maar in het midden of zij echt een vrouw geweest is, die optrad in de gemeente, of dat alles zinnebeeldig is bedoeld. Maar in ieder geval is duidelijk, dat deze verderfelijke leer de gemeente werd ingedragen. Er waren er binnen de gemeente, die deze leer aanhingen. En zij konden gerust hun gang gaan want er werd geen kerkelijke tucht uitgeoefend. Er werd tegen deze dwaalgeesten niet opgetreden.

Wat was dus de zonde van Jezabel? Het compromis met de wereld. Ook al was de achtergrond anders, in de praktijk lijkt het veel op de leer van de Nikolaieten, waarover in de vorige brief aan Pergamus gesproken wordt en waarbij wij al eerder stilstonden. Het compromis met de wereld! Vooral niet te streng zijn. Naar de wereld en de zonde toe moet men wat geven en nemen. Men kan nu eenmaal niet in een klooster leven. De Bijbel zegt toch, dat men alle dingen moet onderzoeken? Wij kennen ook vandaag dat soort redeneringen, die men in feite gebruikt om in de zonde te kunnen leven. Zo probeert men de zonde te vergoeilijken. Maar laten wij dan wel bedenken, dat Paulus nergens zegt, dat men alle dingen onderzoeken moet, maar wel dat men alle dingen beproeven moet. Dat is heel wat anders. Dat is het beproeven door een door Gods Geest geheilig gemoed. En zo'n gemoed heeft de zonde niet hef, maar haat de zonde!

Christus waarschuwt ertegen

Christus waarschuwt in deze brief ernstig tegen dat compromis met de wereld. Tegen dat geven en nemen. Tegen dat niet te streng en te strak willen zijn om toch nog een beetje mee te kunnen met de wereld. Christus wijst als de Verhoogde Middelaar op het grote gevaar van zo'n houding. Hij waarschuwt tegen dat compromis, ook al lopen ze je winkel dan voorbij, ook al gaat het je dan geld kosten. De gunst van God is oneindig veel meer dan de gunst van mensen. In Thyatire zocht men het compromis om toch maar bij die vakbonden te kunnen horen en geen inkomsten kwijt te raken. O dat geld, dat heeft al wat tot zonden verleid! Ik denk aan die jongelui die bang zijn om hun vrienden kwijt te raken. Ik denk aan die zakenman, die in zijn zaak dingen verkoopt. die de toets van Gods Woord niet kunnen doorstaan. Men moet toch een beetje mee, want anders lopen de klanten de winkel voorbij. Precies hetzelfde gebeurde in Thyatire. Maar Christus waarschuwt ertegen. Geen compromis met de wereld en de zonde, ook al kost het inkomsten, ook al komt men dan aan de kant te staan, ook al lig je er dan uit bij je vrienden. Wat is er dan genade nodig om getrouw te zijn. Anders worden wij onherroepelijk mee gezogen. Maar Christus eist getrouwheid. Ook vandaag in een wereld vol geraffineerde verleidingen. Gij kunt niet God dienen en de mammon. Dat sluit ieder compromis uit.

Het oordeel aangezegd

Hoor hoe Christus over dit alles spreekt in de verzen 21-23: "En Ik heb haar tijd gegeven, opdat zij zich zou bekeren van haar hoererij, en zij heeft zich niet bekeerd. Zie, Ik werp haar te bed, en die met haar overspel bedrijven, in grote verdrukking, zo zij zich niet bekeren van hun werken. En haar kinderen zal Ik door de dood ombrengen; en al de gemeenten zullen weten, dat Ik het ben. Die nieren en harten onderzoek. En Ik zal ulieden geven een iegelijk naar uw werken". Christus had Jezabel dus gewaarschuwd en tijd gegeven tot bekering. Hoeveel tijd heeft Hij ons al gegeven? Al tien jaar of veertig jaar, of nog langer? En altijd nog dezelfde gebleven? Wat is de Heere groot van geduld en taai van lankmoedigheid. Maar er is een grens.

Het geduld van Christus met Jezabel had een einde genomen. Hij kondigt hier aan, dat Hij haar slaan zal met een ernstige ziekte. Welke ziekte? Dat is niet bekend. Maar het zal heel ernstig zijn. Ieder zal het zien en vrezen. En over degenen, die met haar overspel bedreven, dat wil zeggen die op haar verleiding zijn ingegaan, die zich lieten verleiden tot dat zondige compromis met de wereld, zal een grote verdrukking komen. Welke verdrukking?

Het wordt hier niet gezegd. Maar in ieder geval zal blijken, dat de Heere trouw aan Hem en aan Zijn Woord zegenen zal, maar dat het afwijken van Zijn geboden grote smart met zich meebrengt. Haar kinderen, dat zijn degenen, die op haar verleiding zijn ingegaan, zullen sterven. Denk daarbij maar gerust aan de eeuwige dood. Het zal blijken, en alle gemeenten zullen het weten, dat God het is. Die de harten en nieren doorzoekt. Hij vergeldt een iegelijk naar zijn werk. Gods kinderen ontvangen genadeloon.

Maar alle verlaters van God zullen door hun werken voor eeuwig veroordeeld worden. Aangrijpende woorden zijn het, waarin Christus het oordeel aankondigt over Jezabel en haar verleiding. Hij waakt over Zijn gemeente en Hij toomt over allen, die Zijn gemeente willen aftrekken van het fundament der apostelen en profeten, waarvan Hijzelf de Uiterste Hoeksteen is. En wat gold in de tijd, waarin deze brief aan Thyatire geschreven werd, dat geldt evenzeer in onze tijd, waarin ook zoveel verleidende geesten uitgaan, buiten de kerk en binnen de kerk, om die kerk van de waarheid Gods af te voeren.

Een ernstige waarschuwing

Die ernstige waarschuwing van de verhoogde Christus geldt dus ook ons. Wie God verlaat, heeft smart op smart te vrezen, maar wie op Hem vertrouwt, op Hem alleen, ziet zich omringd met Zijn weldadigheên. Als u een beetje mee wilt doen met de wereld, als u de zonde goedpraat en vergoeilijkt, omdat uw aardse goed en uw aardse inkomsten ermee gemoeid zijn (zo was het toch in Thyatire, zoals wij zagen!), omdat u niet tegen de stroom van onze tijd wilt oproeien, omdat u niet alleen wilt komen te staan, weet dan wel, dat Christus het oordeel over Jezabel hoogst ernstig neemt en dat Hij een Waarmaker van Zijn Woord is, ook van Zijn bedreigingen. Weet het. God wat en de wereld wat, dat is niet anders dan de weg naar de eeuwige dood. De kinderen van Jezabel zullen naar het woord van Christus immers door de dood worden omgebracht! Moet dat dan uw toekomst zijn? De Heere had zelfs Jezabel nog de tijd gegeven tot bekering.

Hij geeft ook u nog die tijd. Genadetijd, zoekenstijd en vindenstijd. Nu is het de welaangename tijd, nu is het de dag der zaligheid. Maar er komt een einde aan! Verlaat toch de slechtigheden en leeft. Wil toch niet stug, gelijk een paard, weerstreven! Smeek toch de Heere, of Hij de macht van de zonde en de verleiding in uw leven verbreken wil en u aan Zijn voeten brengen wil. Daar immers leren wij vragen: Wat wilt Gij, dat ik doen zal.

Zeist,

ds. J.J. van Eckeveld.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juni 1997

De Saambinder | 12 Pagina's

BIJBELSTUDIES

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juni 1997

De Saambinder | 12 Pagina's