Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vragen over het doopformulier

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vragen over het doopformulier

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

(5)

Er bleven van de gemeenteavond over het doopformulier nog twee vragen over. Beide vragen hebben betrekking op het sterven van levenloos geboren kinderen of van jonggestorven kinderen. De vragen luiden als volgt:

Vraag:

Wat wordt er bedoeld met gelovige ouders, van wie de kinderen jong sterven, dat dan aan de zaligheid niet getwijfeld hoeft te worden?

Vraag:

Het 'in zonden ontvangen en geboren' zijn is ook op levenloos-geborenen van toepassing. 'Dat wij een eeuwig verbond der genade met God hebben' dus... Vaak gestelde vragen bij ouders die zo'n kind verliezen. Hoe kan een levenloos geboren kind dan mogelijk verloren zijn? (erfzonde, ons gevoel gaat daar zo tegen in...) Kunt u vanuit het Woord enige duidelijkheid scheppen?

Antwoord:

Om op deze vragen te kunnen antwoorden moeten we eerst met elkaar goed lezen hoe onze vaderen over deze zaken geschreven hebben. We slaan daarvoor de "Dordtse Leerregels" op en wel hoofdstuk I, artikel 17. Daar staat het volgende: Nademaal wij van den wil Gods uit Zijn Woord moeten oordelen, hetwelk getuigt, dat de kinderen der gelovigen heilig zijn, niet van nature, maar uit kracht van het genadeverbond, in het­ welk zij met hun ouderen begrepen zijn, zo moeten de Godzalige ouders niet twijfelen aan de verkiezing en zaligheid hunner kinderen, welke God in hun kindsheid uit dit leven wegneemt.

Dit artikel staat in het hoofdstuk over de verkiezing en de verwerping. Waar er eerst gesproken is over hoe men van zijn verkiezing verzekerd kan zijn, nl. slechts uit de vruchten van bekering en geloof, kan de vraag rijzen hoe het dan moet met kleine kinderen die sterven, voordat ze tot hun verstand gekomen zijn of die levenloos geboren worden. Daar kan men toch niets met zekerheid over zeggen? Om godzalige ouders te troosten is dit artikel opgenomen. Hebben de opstellers van de Vijf Artikelen tegen de Remonstranten nu willen zeggen dat alle kinderen die op de erve van het genadeverbond geboren worden of levenloos ter wereld komen, zalig zijn? Uit Gods Woord weten we beten Niet alle bondelingen werden zalig. Dwars door het verbond loopt de scheidslijn van de eeuwige verkiezing. De kinderen zijn heilig, dat wil zeggen afgezonderd, krachtens het genadeverbond. Maar binnen de bediening van het verbond staat Ezau aan de ene kant en Jakob aan de andere kant. Paulus spreekt van kinderen des vleses en kinderen der belofte, hoewel zij beiden tot de kinderen der gelovigen behoren. Van jonggestorvenen of levenloos geboren kinderen kunnen we echter uit de vruchten niet opmaken of ze verkoren of verworpen zijn.

Toch hebben onze vaderen gezegd: godzalige ouders moeten niet twijfelen. Waarom godzalige ouders? Waarom worden hun kinderen hier apart genoemd? Heeft men daarmee een soort mechanisme willen benadrukken alsof nu elk kind van een vrome vader of moeder zalig wordt? Het gaat hier over ouders, die zelf het eigendom zijn van Christus en die een godzalige levenswandel openbaren. Wat zullen een godzalige vader en een godvrezende moeder doen als de moeder in verwachting is? Wel, hun nog ongeboren kind opdragen aan Gods genadetroon. Ermee worstelen of de Heere het voor Zijn rekening wil nemen. Of het een zaad mag zijn dat de Heere gezegend heeft, opdat het tot Gods eer mag leven. Met zulke kinderen zal het zijn als met David: reeds op de Heere geworpen van de baarmoeder af. Wel, omdat die ouders nu zo in de zaak van hun kind geworsteld hebben, mogen zij voor hun kind als het levenloos geboren wordt of jong sterft, hoop hebben. Zij moeten niet twijfelen, maar dit in de handen des Heeren overgeven.

Er is in de Schrift geen grond te vinden om te geloven dat alle vroeggestorven kinderen van gelovige of ongelovige ouders zalig worden. Er is ook geen grond te vinden voor het tegendeel. Zelfs wordt in de Schrift een voorbeeld gegeven van een vroeggestorven kind van ouders die niet in de wegen des Heeren gingen, dat zalig werd omdat er iets goeds voor God in hem was. We doen er goed aan deze dingen in de handen van God te laten. Ik wil er nog wel op wijzen dat tijdens de Synode van Dordt van verschillende kanten opvattingen over dit punt ten beste zijn gegeven. Daar bleken tegengestelde opvattingen te bestaan. Wie er belangstelling voor heeft, kan daarvoor terecht in het boek van ds. L. Vroegindeweij, De troost der verkiezing, deel I, pag. 226 en volgende.

Hendrik Ido Ambacht,

ds. W. Silfhout.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 mei 1998

De Saambinder | 12 Pagina's

Vragen over het doopformulier

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 mei 1998

De Saambinder | 12 Pagina's