Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het Chiliasme... een bijbelse weg?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het Chiliasme... een bijbelse weg?

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een poging tot uitleg van Openbaring 20:1-10

(1)

Wat is chiliasme?

Chiliasme - we kunnen daar het Griekse telwoord 'chilioi', d.i. 'duizend', in onderscheiden - betekent de leer van het duizendjarig rijk. In de kerk- en dogmengeschiedenis spreken we van chiliasme wanneer men leert dat Christus lichamelijk op aarde zal komen om daar Zijn koninkrijk op te richten en om Zijn heerschappij uit te oefenen samen met de heiligen of met een aantal heiligen die Hij daartoe heeft opgewekt uit de dood. Dit koninkrijk, waarvan het centrum doorgaans in Jeruzalem gedacht wordt, zal niet alleen een tijd inluiden van geestelijke bloei voor Jood en heiden, maar ook van grote vrede voor de volkeren en van materiële overvloed voor deze aarde. Die voorspoed zal zo groot zijn dat wel gesproken kan worden van een nieuwe bedeling, die een overgangstoestand zal zijn tussen nu en het hiernamaals. Zij zal pas ten einde komen wanneer de duizend jaar ten einde lopen, Christus weer heen zal gaan en de satan ontbonden zal worden. Na een korte maar hevige vervolging zal Christus wederkomen (in feite voor de tweede keer!) en zal het oordeel plaatsvinden na de opstanding der doden (in feite de tweede opstanding!).

Essentieel voor het chiliasme is dus de dubbele wederkomst en de dubbele opstanding. De eerste wederkomst heeft plaats vóór het duizendjarig rijk; men spreekt daarom wel vanpre-chiliasme. Dit pre-chiliasme moet duidelijk onderscheiden worden van het zgn. post-chiliasme, de gedachte dat er wel een tijd van grote geestelijke bloei voor de kerk uit Israël en de volken zal komen, maar dat Christus pas na die tijd zal wederkomen. In feite is het misleidend om in dit geval van chiliasme, zelfs van een gematigd chiliasme, te spreken.

Met het inmiddels genoemde zijn slechts de grondlijnen van het chiliasme weergegeven. Allerlei variaties zijn mogelijk. Met name de verbondsleer van Coccejus, een tijdgenoot van Voetius, heeft bijgedragen aan een steeds verdergaande uitwerking. Gewezen kan worden op de vader van de 'Vergadering der Gelovigen', de Engelsman Darby, wiens denken weerspiegeld wordt in de zgn. Scofield Reference Bible. In zijn schematisering van de heilsgeschiedenis komt hij tot niet minder dan zeven bedelingen ('dispensations'), die fundamenteel verschillen. Volgens hem was het Christus' bedoeling om bij Zijn eerste komst op aarde reeds het Koninkrijk onder Israël op te richten. Doordat Israël Hem verwierp ging dat niet door en keerde God Zich tot de volkeren. Zo ontstond de kerk uit de heidenen en leven wij thans in de bedeling van de kerk. Christus is thans nog geen Koning van Israël, maar slechts Hoofd van Zijn gemeente. Deze kerkbedeling is slechts een intermezzo. Gods uiteindelijke doel blijft toch Israël. Je zou dus kunnen zeggen dat er twee volken van God zijn: het huidige volk dat uit heidenchristenen bestaat en voor de hemelse zaligheid bestemd is en het toekomstige volk, het volk Israël, dat voor het Koninkrijk bestemd is.

Vele chiliasten zullen niet alles voor hun rekening nemen wat Darby heeft gezegd, maar spreken toch vanuit hetzelfde kader. Dat blijkt in het bijzonder wanneer men hen vraagt naar de toekomstverwachting voor Israël. Eerst zal de Messias wederkomen in heerlijkheid als de Koning uit het huis van David en dan zal Israël zich tot Hem bekeren. Wat Zijn komst in vernedering niet vermocht te bewerken, laat staan zending en evangelisatie, dat zal plotseling gebeuren als Jezus wederkomt. Kennelijk zal deze wederkomst geen ondergang betekenen voor al degenen die Zijn verschijning in het vlees niet hebben liefgehad. De geslachten van Israël zullen wel een ogenblik rouw bedrijven, maar tegelijk zullen ze in blijdschap roepen: "Gezegend is Hij Die komt in de Naam des Heeren!". Het mag een ieder duidelijk zijn welke grote gevolgen dit denken heeft voor de noodzaak (beter gezegd: het overbodige) van evangelieverkondiging onder Joden.

Waarop baseert zich het chiliastische denken?

De vraag is nu waarop het chiliasme zich baseert. Het antwoord is eenvoudig: op een bepaald verstaan van Openbaring 20:1-10 en van sommige oudtestamentische profetieën. In Openbaring 20 wordt tot zes maal toe gesproken van 'duizend jaren'. In deze periode zal de duivel gebonden zijn en zullen kinderen des Heeren met Christus als koningen heersen. Gods Woord is daarin duidelijk. De vraag is dus niet of er een duizendjarig rijk is, maar wat we daaronder moeten verstaan en wanneer dat rijk beginnen zal dan wel begonnen is.

Chiliasten menen dat het duizendjarig rijk nog komen moet. Zij interpreteren Openbaring 20 op een zeer bepaalde wijze en koppelen de gegevens die men zodoende verkrijgt aan andere gedeelten van Gods Woord. Daarbij moet vooral gedacht worden aan oudtestamentische profetieën in Jesaja (hfdst. 2, 11, 25 en 65), Ezechiël (hfdst. 40-48), Daniël en Zacharia, voorts Psalm 72 en ten slotte enkele korte gedeelten uit het Nieuwe Testa­ ment (Matth. 19:28, Lukas 14:14 en 20:34-36, 1 Korinthe 15 en 1 Thess. 4).

Met name de uitleg van de profetieën in het Oude Testament is echter verre van eenvoudig. Een enkele blik op Jesaja 65:17-25 zal dit bevestigen. Daar is immers sprake van een tijd dat Jeruzalem vol vreugde zal zijn, dat een jongeling zal sterven op honderdjarige leeftijd en dat de wolf en het lam tesamen zullen weiden. Een chiliast ziet hier onmiddellijk de contouren van een duizendjarig vrederijk opdoemen. Hij zal zich verwonderen dat een ander dit niet ziet. Het staat er toch? Jawel, maar er staat ook iets boven: "Want ziet. Ik schep nieuwe hemelen en een nieuwe aarde" (vs. 17). Gaat het dan wel over een vrederijk dat een begin als ook een einde kent? Als Johannes in Openbaring 21 spreekt over een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, zal niemand (ook geen chiliast!) eraan twijfelen wat daarmee bedoeld wordt. De apostel spreekt immers van de eeuwige gelukzaligheid. Maar Jesaja 65 dan? Het blijkt toch niet zo gemakkelijk te zijn! Dat kan z'n oorzaak hebben in het feit dat de oudtestamentische profeten het heil aankondigen in begrippen die aardsconcreet en eenvoudig voor de tijdgenoot te vatten zijn. Het kan ook te maken hebben met het feit dat bij hen de eerste en de tweede komst van Christus ineen lijken te vloeien (het zgn. "profetisch perspectief). Kortom, we stuiten hier op het vraagstuk van de hermeneutiek: hoe leggen wij de Schrift uit?

Schrift uit? Ik wil eerst een paar opmerkingen daarover maken, voordat we van dichtbij gaan kijken naar de belangrijke passage in Openbaring 20. Ten slotte geven we kort aandacht aan enkele dogmatische noties. Met andere woorden, we beoordelen het chiliasme vanuit de hermeneutiek, de exegese en de dogmatiek.

(Wordt vervolgd)

Veenendaal, ds. C. Sonnevelt.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 juni 1999

De Saambinder | 12 Pagina's

Het Chiliasme... een bijbelse weg?

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 juni 1999

De Saambinder | 12 Pagina's