Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De muur voltooid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De muur voltooid

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bijbelstudies

Nehemia 5

(1)

Satan geeft het niet op

Gods kerk hier op aarde blijft een strijdende kerk. De grootste vijand is het eigen onverbeterlijke zondaarsbestaan, dat maar niet buigen wil onder God. Daarbij komen de verleidingen van deze tegenwoordige boze wereld die er altijd op uit is Gods kind van de Heere en Zijn dienst af te trekken. Daarnaast is er de vorst der duisternis. De duivel houdt niet op Gods kinderen aan te vechten. Hij geeft het niet op. Zolang hij tijd heeft zal hij

de kerk des Heeren niet met rust laten. Met het oog op al die vijanden riep David het uit: "Ik heb veel bestrijders, o Allerhoogste." (Psalm 53:3). Al Gods kinderen zeggen David dat wel eens na. Ook Nehemia heeft ondervonden, dat er zoveel op komt tegen het wek Gods. Het werk aan de muur van Jeruzalem naderde haar voltooiing. De scheuren in de muur waren gedicht, de ruïnes waren opgeruimd en de verwoestingen hersteld. Slechts de poortdeuren moesten nog worden opgehangen; daarom lezen we in het eerste vers: "Ook had ik tot deze tijd toe de deuren niet opgezet in de poorten." Ondanks alles wat er tegenop kwam, had de herbouw van de muren een voorspoedig verloop gehad. De vijanden konden dat echter niet hebben. Daarom deden zij een nieuwe poging om het werk te verstoren. Als het hen eens gelukken kon om Nehemia zelf uit te schakelen? Vandaar dat zij nu een poging deden om Nehemia uit de weg te ruimen. Als Nehemia dood was, dan zou het volk in verwarring raken en het werk aan de muur alsnog verijdeld worden. Daarom werd door de vijanden een samenzwering opgezet tegen de persoon van Nehemia.

Satan als een engel des lichts

Op welke wijze werd deze samenzwering opgezet? Wel, Sanballat en Gesem (en we mogen wel veronderstellen, dat Tobia er ook van geweten zal hebben) nodigden Nehemia uit om met hen te spreken in het dal Ono. Zij lieten hem de volgende boodschap brengen: "Kom en laat ons te zamen vergaderen in de dorpen in het dal Ono." Ono was een stad, die gebouwd was door de Benjaminiet Semer (1 Kron. 8:12). Na de Babylonische ballingschap werd de stad opnieuw bewoond door Benjaminieten (Ezra 2:33; Neb. 7:37). Volgens Neh. 11:35 lag Ono met Lod in het dal der werkmeesters. Dat betekent, dat Ono in de nabijheid lag van Lod, het latere Lydda, gelegen ten noordwesten van Jeruzalem in de richting van de Middellandse Zee. Welnu, Sanballat en Gesem probeerden Nehemia naar de vlakte van Ono te lokken. Ze deden alsof ze een verbond wilden sluiten met Nehemia. Allervriendelijkst stelden zij zich tegen hem op. Maar het was niet anders dan een valstrik. "Maar zij dachten mij kwaad te doen." (vers 2). Hier zien we zo duidelijk, dat satan kan optreden als een engel des lichts. Dan is hij het gevaarlijkst. Zijn twee wapenen zijn immers geweld en list. Hij kan komen tegen de gemeente Gods met bruut geweld. Denk alleen maar aan de vele christenvervolgingen, de eeuwen door. Maar hij kan ook komen met list. Dat is het gevaarlijkst. O, dat zijn listen ons toch niet onbekend zouden zijn. Satan kwam hier door middel van Sanballat en Gesem zo vriendelijk naar Nehemia toe. Hij deed alsof hij respect voor Nehemia had. "Laten we samen eens een vergadering houden, laten we samen eens rond de tafel gaan zitten", zo spraken de vijanden. Hoe spoedig voelen we ons dan gevleid. Het lijkt met de vijand toch nog wel mee te vallen. Satan doet zich altijd mooier voor dan hij is. Hoe verleidelijk is dat. Hij is de grote verleider. De aartsleugenaar. De leugenaar van den beginne. In het Paradijs is hij ermee begonnen. De paradijsgeschiedenis kan ons leren, dat hij doet alsof hij het goede met ons voorheeft. Hij is altijd weer bezig de zonde onschuldig voor te stellen. Je mag toch wel wat? Je hoeft toch niet overal kwaad in te zien? Hij wil ons ook doen geloven, dat we iets zijn, terwijl Gods Woord zegt, dat wij niets zijn in Gods ogen. "Want zo iemand meent iets te zijn, daar hij niets is, die bedriegt zichzelven in zijn gemoed." (Gal. 6:3). Maar satan bespeelt ons hoogmoedige hart. Zo komt hij met zijn verleidelijke vriendelijkheid tot ons. Hij doet soms zelfs alsof de zaak van Gods Koninkrijk hem ter harte gaat. Maar laat u toch niet bedriegen. Wat hebben we toch licht van boven nodig om de listen van satan te kunnen doorzien. Hij heeft nooit het goede met ons voor, maar heeft onze ondergang op het oog. Vriendschap met hem is vijandschap tegen God. Hij wil ons weglokken van de dienst des Heeren. Wat scheidt kerk en wereld? Het leven naar het Woord Gods. Daar wil satan ons vandaan hebben.

Nehemia's afwijzing

Het is duidelijk, dat Nehemia de listen van satan doorzag. Maar hij liet het niet merken in het antwoord, dat hij Sanballat en Gesem gaf: "Ik doe een groot werk, zodat ik niet zal kunnen afkomen; waarom zou dit werk ophouden, terwijl ik het zou nalaten, en tot ulieden afkomen? " (vers 3). Met andere woorden: het werk aan de muur neemt mij zo in beslag, dat ik echt geen tijd heb om naar u toe te komen in het dal Ono. Nehemia stelde dus, dat hij geen tijd had. Dat horen we vaker: ik heb geen tijd. Ga het maar na. Ik heb geen tijd om de Bijbel te lezen. Ik heb geen tijd om mijn knieën te buigen. Ik heb geen tijd om de Heere te zoeken. Wat laten we onze tijd door veel dingen opslokken, door ons werk, door onze studie, door onze liefhebberijen. En voor de Heere blijft er geen tijd over. Moet dat zo doorgaan in uw leven? Dan zal er straks echt geen tijd meer zijn, geen genadetijd.

Bij Nehemia was het eigenlijk net andersom. Hij had geen tijd voor de vijanden, zo druk was hij in de dienst des Heeren. Wat is het groot als een mens geen tijd heeft voor satan. Als het werk des Heeren ons zo in beslag neemt, dat we geen tijd hebben voor de plaatsen der zonde, geen tijd voor lege en inhoudsloze gesprekken, geen tijd voor wat geen waarde heeft voor de eeuwigheid. Moeten we hier niet vol schaamte het hoofd buigen? Maar weet, dat er voor die schuld verzoening is bij Christus. Wie was er meer vervuld met het werk des Vaders? De duivel heeft ook beslag willen leggen op Zijn tijd. Hoe verleidelijk en vriendelijk kwam satan ook tot Hem bij de verzoeking in de woestijn. Hij heeft alles gedaan om Jezus van het werk af te houden. Maar Christus bleef staande.Al Zijn tijd was voor Zijn Vader en Zijn kerk. Met de schuld van uw verbeuzelde en vergooide tijd is er plaats aan Zijn gezegende Middelaarsvoeten.

(wordt vervolgd)

Zeist,

ds J.J.van Eckeveld.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 mei 2002

De Saambinder | 12 Pagina's

De muur voltooid

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 mei 2002

De Saambinder | 12 Pagina's