Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De verloren penning

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De verloren penning

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Meditatie

Of wat vrouw, hebbende tien penningen, indien zij één penning verliest, ontsteekt niet een kaars, en keert het huis met bezemen, en zoekt naarstiglijk, totdat zij die vindt? En als zij die gevonden heeft, roept zij de vriendinnen en de geburinnen samen, zeggende: Weest blijde met mij, want ik heb de penning gevonden, die ik verloren had. Alzo, zeg Ik ulieden, is er blijdschap voor de engelen Gods over één zondaar, die zich bekeert. Lucas 15 : 8-10

De Heere Jezus Christus is de van God gezalfde Profeet en Leraar der gerechtigheid. Hij is uitgezonden om de werken van Zijn Vader te verheerlijken. Eén van die werken van Zijn Vader is het zoeken en zaligen wat verloren is. De Vader heeft Zich, en dat dwars door de diepte van de zondeval heen, een gemeente tot het eeuwige leven verkoren. Deze gemeente zal Hij tot Zich trekken als Zijn Gemeente, dat is de Bruid van Christus. Vanwege de ongehoorzaamheid van Adam, ons aller vader, ligt Gods Gemeente met alle mensen van nature onder het oordeel wat op de zonden rust. Van de mens uit is er dan ook geen verwachting tot herstel of behoud mogelijk. Dat behoud is alleen mogelijk vanuit God Zelf Wat nog nooit iets van de ongerechtigheid van uw hart heeft gezien. Te vrezen, dat u nooit iets van de heiligheid en gerechtigheid van God heeft gezien. En dat betekent dat u nog een vreemdeling van het zaligmakende werk van de Heilige Geest bent. De Heere leert ons in Zijn Woord: Wanneer Deze zal gekomen zijn, dat is de Heilige Geest, dat Die zal overtuigen van gerechtigheid en van oordeel; en wie zal dan bestaan? Allen die van de Heere geleerd worden, worden aan hun ongerechtigheid ontdekt, en dan is zaligworden onmogelijk. Wat is nu zo won­ derlijk? Wel, daar waar de Heere dat zaligmakende werk, door de Heilige Geest, begint; dat de mens niet alleen zijn zondebestaan onder ogen krijgt, maar ook tot God gaat roepen. Zo'n mens kan de Heere niet meer missen. Het wordt praktijk: buiten Jezus is geen leven, maar een eeuwig zielsverderf. Zo'n mens zegt: "Heere, Gij Zone Davids, ontferm U Mijner." Ja, tot Wie zullen wij anders heengaan. Gij hebt de woorden des eeuwigen levens. O, vraag het uzelf eens af, of dit uw nood, uw roepen, uw gebed is. Wij kunnen het vanuit onszelf nog zo goed uithouden bij alles wat dit leven ons biedt. Weet toch, dat de dag komt, dat wij God gaan ontmoeten, en hoe zullen wij dan bestaan? Dat wordt de bange levensvraag van allen die de Heere, door Zijn Woord en Geest, gaat bearbeiden tot de zaligheid. De penning, waar het hier over gaat, is een beeld van de natuurlijke mens. Die penning is kwijt; zij ligt onder 't stof; die penning is een stukje metaal, en dat metaal is, op zich, dood; een dood geldstuk. Dat geldstuk heeft alleen waarde, als het gebruikt kan worden om gekochte goederen te betalen. In het diepste wezen is het zo ook met de mens, de van God afgevallen mens. Door de ongehoorzaamheid in Adam zijn wij als nakomelingen van Adam de gemeenschap met God kwijtraakt, waardoor de mens geestelijk dood is, door de zonden en de misdaden. Dit is juist is onze droeve staat in het licht van de eeuwigheid, er zou nooit geen verwachting tot behoud, redding, of zaligheid van de mens mogelijk zijn, als God Zelf daartoe geen weg had geopend in de Heere Jezus Christus.

God de Vader heeft Zijn eniggeboren Zoon gegeven, en dat tot in de dood aan het kruis, waardoor de weg tot gerechtigheid en behoud van de gevallen mens is geopend. Wat is nu nodig? Wel, het is nodig, dat wij deelgenoot van deze door Christus verworven gerechtigheid mogen horen; doch het is nodig dat die gerechtigheid ons van God geschonken wordt. De mens is ten volle verantwoordelijk voor zijn doen en laten, doch zaligworden is een eenzijdig Godswerk. Het is een werk wat God zonder ons, in ons werkt. Ja, weigelukzalig is de mens die het mag gebeuren, dat God naar recht hem niet wil schuldig keuren.

Laten wij ons, bij het licht van de Heilige Geest en het Woord, onderzoeken of wij op de goede weg zijn! Het wandelen op de goede weg is het volgen van de grote Herder der schapen. Hij zoekt het verlorene. Hij is geko- men om te zoeken en zalig te maken wat verloren is. Dat juist maakt het wonder van de zaligheid uit.

God de Vader heeft Zich een gemeente, een volk verkoren tot de verheerlijking van Zijn grote Naam en tot hun zaligheid. Doch om zalig te kunnen worden moet er aan Gods gerechtigheid voldaan worden. Immers, Gods gerechtigheid is geschonden door de zonde! En God kan aan die schuld niet voorbij, er moet voldoening plaatshebben en dat kan alleen in het bloed van de Heere Jezus, als het Lam Gods. In dat bloed gaat God uit door Zijn Geest en Woord om nu te zoeken en zalig te maken, wat verloren is.

Wij lezen van die vrouw dat zij een kaars ontsteekt en haar huis doorzoekt, opdat zij de penning zal vinden, die verloren was. De penning was haar eigendom, doch hij was verloren. De Heere gaat uit in het werk van de Heilige Geest om het verlorene te zoeken. Dat verlorene is Zijn eigendom. het eigendom van Christus. Ja, zij zijn door de Vader aan Christus, Zijn Zoon, gegeven.

De Heere Jezus zegt het Zelf: Gij hebt ze Mij gegeven. En nu gaat de Heilige Geest, op grond van de offerande van Christus, uit om 't verlorene te zoeken. U leest ook dat bij het zoeken de bezem wordt gebruikt, het huis wordt met bezemen gekeerd d.w.z. geveegd. Het stof van de eigengerechtigheid en de zonden maakt het benauwd. Bunyan zegt in de Pelgrimsreis naar de eeuwigheid, het ging zo geweldig stuiven in het huis van uitlegger dat christen er bijna door verstikt werd; er werd water gesprenkeld, zodat de reiniging gemakkelijk verliep.

Dat wijst op dat bloed, de reinigmakende kracht van Christus' bloed en Geest, waarin en waardoor verzoening werd en wordt verkregen. O, de Heere doe ons daarin delen.

Bodegraven,

ds. A. Bac

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 februari 2006

De Saambinder | 12 Pagina's

De verloren penning

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 februari 2006

De Saambinder | 12 Pagina's