Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een zee can ramp

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een zee can ramp

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zuid-West Nederland zwaar getroffen door de watersnood

"Wij hebben ook in den weg Uwer gerichten, U, o HEERE! verwacht." Wat zou er gaan gebeuren? De jongeman op Zuid-Beveland die bij deze woorden uitjesaja 26:8 bepaald werd, wist het niet. Enkele weken later stuwden storm en springtij het water in de zeearmen hoog op en braken op een groot aantal plaatsen de dijken door.

Van de 1836 slachtoffers behoorden er waarschijnlijk tussen de 130 en de 140 tot de Gereformeerde Gemeenten; meer dan de helft (73) van dat aantal tot de gemeente van Nieuwerkerk op Schouwen-Duiveland. Het jongste slachtoffer was een baby die op een ronddrijvend vlot geboren werd en vier uur later in de armen van zijn zus overleed. Ouwerkerk verloor meer dan 16 procent van zijn inwoners, Nieuwerkerk 15, 5 procent, Oude-Tonge bijna 10 procent, Stavenisse 9 procent. Kille cijfers, waarachter onzegbaar veel leed schuilgaat. Wie met de overlevenden spreekt, bemerkt hoe de gebeurtenissen hen vaak nog bezighouden. Sommigen zagen gezinsleden voor hun ogen verdrinken. Zelf werden ze ternauwernood gered. Woningen werden verwoest; van het huisraad bleef soms niets over. "Nog schemert voor onze ogen de grauwe troosteloosheid van de eindeloze watervlakte, " noteerde een verslaggever. "Nog horen wij het angstig loeien van het ten dode opgeschreven vee. Nog zien we voor ons de getekende gezichten van hen, die de ramp nauwelijks hebben overleefd."

Toch vreugde

De inwoners van het rampgebied verbleven weken, soms vele maanden als evacué in den vreemde. Een jongen uit een van de gemeenten waar ze gastvrij werden opgevangen, herinnerde zich later "opoe met haar Zeeuwse muts, in de bank tegen de dwarsbanken waar wij altijd zaten. Haar gerimpelde gezicht, de gouden oorkrullen die blonken, maar vooral: als we zingen moesten 'een zee van ramp moog' met haar golven slaan, hoe hoog zij ga, zij raakt hem zelfs niet aan, ' dan huilde ze altijd en toch glom haar gezicht van vreugde..., een indruk die ik nooit vergeet!"

Kerken in het water

Bij negentien Gereformeerde Gemeenten stond het kerkgebouw in het water. Soms voor de tweede keer in korte tijd: toen de Duitsers in 1944 gedeelten van de eilanden onder water hadden gezet om een geallieerde aanval te bemoeilijken, waren de kerken van Goudswaard, Herkingen en Poortvliet ook al ondergelopen. Nu gebeurde dat opnieuw. De schade aan kerkelijke eigendommen en scholen, maar ook aan de huizen, bedrijven en goederen van de leden van de Gereformeerde Gemeenten werd in totaal op bijna 11, 5 miljoen gulden geschat. Het Nationaal Rampenfonds en andere instanties kwamen royaal met geld en goederen over de brug. Binnen de grootscheepse hulpverlening die op gang kwam, had ook de kerkelijke hulp een plaats. De synodale commissie tot hulp aan verwoeste kerken en oorlogsslachtoffers kreeg na de watersnood een nieuwe taak. Ze kreeg ook een nieuwe naam: hulpverlening in bijzondere noden. De gemeenten brachten in vier maanden tijd 192.500 gulden bijeen. Daarnaast werden evacués in de gemeenten waar ze werden opgevangen ook door de plaatselijke diaconie geholpen.

De monden waren er vol van

De emigranten in Amerika en Canada hoorden van de Ramp die hun vaderland had getroffen. "Tot onze blijdschap kregen vdj hedenmorgen reeds een telegram uit Noordwijk, dat daar alles goed is, " schreef ds. C. Hegeman. Over zijn familie had hij nu bericht, maar hoe was het met zijn schoonfamilie in Ridderkerk? "Onze vraag is: Hoe is het in Zeeland? Hoe is het in de omgeving van Ridderkerk? Steeds bellen de mensen mij op en ik weet ook niet meer dan ons dagblad zakelijk weergeeft."

"Ook bij ons was er grote ontroering toen wij de berichten hoorden, " schreef ds. W.C. Lamain. "Toen wij van alle kanten brieven kregen, waren er momenten dat wij ons niet bedwingen konden. Dan wordt het gevoeld dat het ons eigen volk was. Zowel in Kalamazoo, waar ik 's woensdagsavonds preekte, als in onze eigen gemeenten donderdagsavonds, hebben wij naar aanleiding van die grote ramp gepreekt, en het meeleven is allerwege groot. Het is ook in onze gemeenten met daden getoond. De vorige week was ik in Ontario, Canada, en op de beide plaatsen waar ik voorging, waren de monden er vol van. Ook in Canada, onder de emigranten, is er gecollecteerd voor ons zwaarbeproefde volk. Het heeft ons goed gedaan te vernemen dat er over schier de gehele wereld nog zoveel meeleven is met al de ellende die er over ons volk kwam."

Niet misgunnen

Na enkele dagen werd de omvang van de Ramp duidelijk. De verwoestingen waren nauwelijks te overzien. Het aantal doden werd vastgesteld op 1835; vele jaren later werd bekend dat het er nog één meer was. Sommigen kwamen plotseling om, in hun slaap. Anderen worstelden uren met de dood. In Amerika schreef ds. Hegeman: "Zullen er ook van Gods kinderen verdronken zijn, weet het: ze gingen de hemel in om liederen te zingen aan de glazen zee, waar geen oordeelsstorm meer zal wezen. O, zal ik dat volk dan op aarde niet meer zien, de ingang in de hemel zal ik hun niet misgunnen. Wij denken met ontroering aan degenen die achterblijven. Vrienden, ik kan niet troosten, maar ik mag u wijzen op de enige Trooster. Hij kan het, hoor, en Hij wil troosten hem die, door de nood gedreven, zich tot Hem om troost begeeft."

Roepstem

In de kerkelijke bladen en tijdens de kerkelijke vergaderingen werd er steeds weer op gewezen dat de Ramp een roepstem was. "Hoe krachtig heeft God gesproken, " zei ds. M. van de Ketterij in zijn openingswoord toen de classis Dordrecht vergaderde. „Wat onderscheidt de gemeenten in onze classis, waaronder er wel zijn die wat schade leden, maar toch meest alle als het ware met de schrik vrijkwamen? " De roepstem leidt tot verootmoediging of tot nieuwe oordelen, waarschuwde de predikant. Met veel moeite werden de bressen in de dijken gedicht. In de Provinciale Staten van Zuid-Holland blikte SGP-vertegenwoordiger ds. P. Zandt terug op het herstel van de waterweringen: "Als wij over de watersnood spreken, moet het ons van het hart dat daarin Gods zo dringend waarschuwende stem tot ons volk viel te beluisteren, alsook dat daarin Zijn lankmoedigheid en goedertierenheid valt op te merken, dat Hij ons volk een najaarsweer gaf waarin met

Sommigen zagen gezinsleden voor hun ogen verdrinken. Zelf werden ze ternauwernood gered.

onderbreking van slechts twee regendagen ongestoord gearbeid kon worden, zodat de dijken voor het invallen van de winter hersteld konden worden. Wij doen zulks temeer, dewijl hier in de loop van de debatten zulk een overmatige betekenis is toegekend aan de moderne technische hulpmiddelen, welke bij voortdurend ongunstig weer niet zouden kunnen zijn toegepast. Hetgeen duidelijk aantoont dat er boven alle menselijke macht een Goddelijke macht bestaat, waarvan de mens geheel afhankelijk is."

Diepe sporen

De gevolgen van de Ramp waren ingrijpend, niet alleen voor degenen die verliezen leden, maar voor het gehele gebied. Nieuwe dammen sloten de zeearmen af en verbonden de eilanden met elkaar en met het vasteland. Nog altijd herinneren sporen in het landschap aan de watersnood. Diep was het spoor dat de Ramp trok in de levens van degenen die ingrijpende verliezen te betreuren hadden. Lege plaatsen in de familiekring; waarom-vragen... Hoe vaak zal de Ramp in pastorale gesprekken aan de orde gekomen zijn?

Herinneringen komen boven als de storm weer door de delta buldert. De watersnood speelde onmiskenbaar een rol in de felle reacties die loskwamen toen er plannen voor ontpoldering werden gepresenteerd: land teruggeven aan de zee als 'natuurcompensatie' voor het uitdiepen van de Westerschelde ten behoeve van de scheepvaart. "We hebben gefeest, geféést toen de dijken eindelijk op Deltahoogte waren. En nu steken we ze zelf door, " zei een tegenstander. Mensen hanteren de watersnood als tijdgrens: iets is voor of na de Ramp gebeurd. Her en der werden gedenkstenen opgericht. Als herinnering aan de Ramp van 1953. Op een monument in Nieuwe-Tonge werd Psalm 93:4 vermeld: "Doch de Heere in de hoogte is geweldiger dan het bruisen van grote wateren."

Scherpenzeel

L. Vogelaar

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 januari 2008

De Saambinder | 20 Pagina's

Een zee can ramp

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 januari 2008

De Saambinder | 20 Pagina's