Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Inleiding tot de Dordtse Leerregels

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Inleiding tot de Dordtse Leerregels

Maurits beseft, dat de politieke stellingname van de remonstranten in kerkelijke zaken de eenheid van de jonge Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden bedreigen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Na het overlijden van Arminius geeft de Haagse predikant JohannesWtenbogaert leiding aan zijn aanhangers. Hij is bevriend met Johan van Oldenbarnevelt, de uitzonderlijk bekwame raadpensionaris van Holland en met Louise de Coligny, de weduwe van Willem van Oranje. Ook functioneert hij als de leermeester van de latere stadhouder Frederik Hendrik.

Het verzoekschrift of de Remonstrantie
Wtenbogaert blijft vasthouden aan de wens van Arminius om te komen tot een herziening van de Nederlandse geloofsbelijdenis en de Heidelbergse Catechismus. In 1610 stelt hij om dit te bereikenmet anderen een verzoekschrift of remonstrantie op, die wordt aangeboden aan de Staten van Holland. Daarin worden vijf punten of artikelen genoemd ten aanzien van de leer, die men voor revisie in aanmerking wil laten komen. Ze zijn letterlijk uit een handschrift van Arminius uit 1608 overgenomen. Sinds die tijd worden de volgelingen van Arminius ook naar dit verzoekschrift Remonstranten genoemd. Oldenbarnevelt gaat zich nu met de zaak inlaten. Hij stuurt de vijf artikelen over de leer naar de classesmet de opdracht om bij examens niet verder te gaan in het spreken over de voorbeschikking van God, dan in de Remonstrantie stond. Dat overheidsbevel wekt uiteraard de nodige beroering. De overheid laat zich in met de leer van de kerk!

Het tegenverzoek of de Contraremonstrantie
Opnieuw belegt de regering van Holland een conferentie van voor- en tegenstanders. Kort voor deze bijeenkomst, die op 11 maart 1611 gehouden zal worden, krijgen de volgelingen van Gomarus de tekst onder ogen van het verzoekschrift vanWtenbogaert en zijn vrienden. Zij stellen nu een contraremonstrantie of een tegenverzoek op, waarin zij de gedachtenwereld van Arminius afwezen. De volgelingen van Gomarus worden nu algemeen contra-remonstranten genoemd. De conferentie in Den Haag heeft ruim twee maanden geduurd, maar levert niets op. Tal van strijdschriften beginnen te verschijnen. Zo is er een remonstrant, die beweert dat een kind van God kan veranderen in een kind van de duivel, want het is immers volgens Arminius helemaal niet zeker dat een gelovige zal volharden. Hij kan nog afvallen.

De aanloop tot het nationale conflict
De kerkelijke en politieke tegenstellingen in het gehele land worden steeds scherper Tenslotte ontstaat er een nationaal conflict, omdat de kerkelijke tegenstellingen allerlei politieke stellingnames ten gevolge hebben. De Staten van Overijssel en Utrecht zijn op de hand van de remonstranten. Zeeland en Groningen staan geheel achter de contra-remonstranten. Holland is verdeeld. In sommige plaatsen worden contraremonstrantse predikanten door de overheid afgezet en verbannen. Hun aanhangers gaan dan buiten de stad in kwestie kerken in andere dorpen of stadjes. In Utrecht komt zelfs een verbod om in het eigen huis overdag of ‘s nachts een gezelschap te houden. Toestemming omin hun eigen woonplaats in een kerkgebouw te vergaderen wordt de contra-remonstranten geweigerd. Ze worden door de remonstranten uitgemaakt voor “slijkgeuzen”, omdat ze min of meer onder de modder terugkeren van een vergaderplaats buiten de stadswallen. Zelf spreken zij over hun groep als de “dolerende” omdat zij klagen over de toestand van de kerk. In allerlei Hollandse steden ontstaan opstandjes onder de bevolking. Maurits weigert in 1616 troepen beschikbaar te stellen aan de remonstrantsgezinde regenten omdeze opstandjes neer te slaan.

Positiekeuze van Prins Maurits
Er wordt heel verschillend gedacht over de verhouding tussen kerk en overheid. De remonstranten zijn warme voorstanders van de opvatting van de beroemde jurist Hugo de Groot, die aan de Staten van de provincie de beslissende stem wil geven in kerkelijke zaken. De Statenmoeten eenvoudig verbieden dat predikanten dergelijke diepzinnige kwesties als de verkiezing en verwerping op de kansel brengen. Van Oldenbarnevelt steunt als raadpensionaris van Holland deze visie. De contra-remonstranten echter zijn en blijven voorstander van een nationale synode. De Friese stadhouder Willem Lodewijk is een uitgesproken voorstander van de contra-remonstranten. Prins Maurits, stadhouder van Holland en Zeeland en Zeeland blijft nog bij Wtenbogaert kerken in Den Haag, maar gaat steeds meer luisteren naar de adviezen van Willem Lodewijk. Als in Den Haag de contra-remonstranten de ongebruikte Kloosterkerk in bezit nemen en die inrichten voor hun diensten, gaat Maurits daar op 23 juli 1617 met zijn gevolg naar de kerk. Zijn broer Frederik Hendrik blijft met Louise de Coligny naar de Grote Kerk gaan, waar Wtenbogaert voorgaat. Willem Lodewijk is bijzonder dankbaar voor de stap die Maurits heeft gezet. Hij schrijft hem, dat hij het juiste middel heeft gekozen om religie en land te behouden.

Burgeroorlog in zicht
Deze daad van Maurits betekent een openlijke oorlogsverklaring aan het adres van Van Oldenbarnevelt. Maurits beseft, dat de politieke stellingname van de remonstranten in kerkelijke zaken de eenheid van de jonge Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden bedreigen. Straks zal het statenbondje uit elkaar vallen. In de Staten van Holland drijft Van Oldenbarnevelt met een geringe meerderheid door wat hij goed vindt. Zo komt het veertien dagen na de kerkgang van Maurits bij de contraremonstranten tot de aanvaarding van de staten van de zogenaamde Scherpe Resolutie van 4 augustus 1617. Een Nationale Synode wordt geweigerd. Alleen een provinciale Synode is toegestaan. De steden mogen een eigen legertje -de waardgelders- in dienst nemen. Onderdelen van het nationale leger van de Republiek moeten uitsluitend gehoorzaamheid betrachten tegenover de Staten van de provincie. Aan de contra-remonstranten wordt elke mogelijkheid ontnomen zich te beklagen bij de rechter. De burgeroorlog staat voor de deur. Groen van Prinsterer citeert in zijn Handboek Maurits: ‘De Staten van Holland hebben zoo buitensporige Resolutiën genomen, dat ik voorzie eene scheuring ook in den Staat. Al het fenijn is daarin gelegen en er blijkt klaarlijk uit dat zich de Advocaat is makende Dictator van Holland: strekt ook merkelijk tegen de ware Gereformeerde Religie en onzen persoon, dewijl men daartoe het krijgsvolk begint te gebruiken’.

Besluit van de Staten-Generaal
Het verloop van de geschiedenis is bekend. De Staten-Generaal komen bijeen en besluiten, dat er een nationale Synode zal worden gehouden. Zij machtigen Maurits tot ingrijpen. Overal worden de stedelijke legertjes afgedankt en in een groot aantal plaatsen wordt de samenstelling van de vroedschap veranderd.Wtenbogaert vlucht naar Antwerpen. Van Oldebarnevelt, Hugo de Groot en enkele anderen worden op 16 augustus 1618 gevangen genomen.Van Oldenbarnevelt, de meer dan zeventigjarige staatsman, moet voor een buitengewone rechtbank verschijnen. Hij, een manmet vele en grote verdiensten in vroeger jaren, heeft door zijn onberaden drijven het land op de rand van een burgeroorlog gebracht. Hij wordt door de rechtbank ter dood veroordeeld.

(wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 maart 2010

De Saambinder | 16 Pagina's

Inleiding tot de Dordtse Leerregels

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 maart 2010

De Saambinder | 16 Pagina's