Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het troostwoord van de levende Koning

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het troostwoord van de levende Koning

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

En ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld. Amen. Mattheüs 28:20

“Ziet, Hij gaat u voor naar Galiléa, daar zult gij Hem zien” . Dat was de boodschap die door de engel gesproken werd bij de opstanding van de Heere Jezus, en dit woord gaat nu in vervulling.

De elf discipelen zijn heengegaan naar de berg, waar Jezus hen bescheiden had. Welke berg dat geweest is weten we niet. Het doet ook niet ter zake. De Heere heeft hun een berg genoemd als plaats van samenkomen, opdat zij elkaar niet zouden missen in het wijde landschap van Galiléa. Daar in het noorden, in Galiléa der heidenen, had de Heere bijna de gehele tijd van Zijn leven op aarde gewoond. Daar kwamen ook de meeste discipelen vandaan. Daar had de Heere de meeste van Zijn woorden gesproken en de meeste van Zijn wonderen verricht. Daar woonde wel het meeste volk van God. Het behoeft ons dan ook niet te verwonderen dat het hart van de discipelen naar dat land trok, wellicht het meest omdat de Heere beloofd had dáár aan Zijn jongeren te verschijnen. Gods Geest heeft in hun zielen de behoefte gewerkt omde Heere te zien en bij Hem te zijn. Toen de Herder geslagen werd zijn de schapen verstrooid geworden. Maar omdat de Herder hén zoekt, zoeken zij ook de Herder, omblijvend met Hem verenigd te worden. Gods kind kan ronddwalen gelijk een schaap in het rond, dat onbedacht zijn Herder heeft verloren, maar toch trekt het hart altijd weer naar de Herder, omdat de liefde Gods in het hart uitgestort is, door de Heilige Geest Die hem gegeven is. Hier in het Galilése land heeft de Heere voor de discipelen Zijn testament geopend.

Een testament met rijke beloften;met een belangrijke opdracht om de volkeren te onderwijzen, maar ook met een heerlijk troostwoord: “En ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld. Amen”. De Heere Jezus verzekert Zijn discipelen Zijn blijvende nabijheid. Het woord “Ik ben met ulieden” betreft Zijn bijzondere tegenwoordigheid als Middelaar. Als zodanig is Hij door Zijn Vader verhoogd als loon op Zijn volbracht werk. Die verhoging houdt onder andere in dat aan Hem nu alle macht gegeven is. Macht, dat wil zeggen bevoegdheid om Zijn verdiensten toe te passen en Zijn Kerk te vergaderen en te onderhouden. Wel vaart Hij straks op naar de hemel, maar Hij laat Zijn discipelen niet als wezen achter. Dit heengaan zal geen verlies voor Zijn kerk zijn, maar enkel winst. Want nu kan Hij heel Zijn kerk, al de Zijnen, wáár ook wonend op aarde, tegelijk helpen en nabij zijn met Zijn vertroosting en gaven. Nog altijd is Hij, naar Zijn belofte,met Zijn genade, Majesteit en Geest, in de harten van allen die Hem vrezen. En als Hij mét ons is, wie zal dan tégen ons zijn? Dan staat alles Zijn volk ten dienste, en werken alle dingen mee ten goede. Dan wordt Zijn kracht in hun zwakheid volbracht. “En ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld”. Hier spreekt de Christus, Die veel van de Zijnen vraagt, maar Die ook iedere dag opnieuw weet wat zij nodig hebben in hun strijd, in hun struikelen, in hun aanvechtingen, in hun kleingeloof, in hun wankelingen. Die hen opheft als zij vallen; Die hen verder leidt als zij niet meer kunnen; Die de moeden kracht geeft en de sterkte vermenigvuldigt dien die geen krachten hebben. Hij gaat hen voor, en neemt hen mee als de Overste Leidsman en Voleinder des geloofs. En dit zal doorgaan tot de voleinding der eeuwen; tot de dag dat Hij zal wederkomen op de wolken des hemels. Dan zal het doel van het grote heilswerk bereikt zijn.

Het zal ook de dag van de grote scheiding zijn. De bokken zullen aan Zijn linkerhand geplaatst worden, en de schapen aan Zijn rechterhand. Aan welke kant zullen wij staan? Heeft die vraag u al werkzaamheden gegeven aan de troon van Gods genade? Nú is het de dag der zaligheid, het heden van genade! Wij moeten in dit heden van genade tot een ware discipel gemaakt worden. En dat kán ook nog!Want Hij is machtig om door de kracht van Zijn Woord en Geest vijanden tot vrienden te maken. Hij heeft geen lust in de dood van de goddeloze. Zie,Hij staat aan de deur, en Hij klopt. Hij stáát er, dat betekent dat Hij straks weg zal gaan, als de genadetijd voorbij is, en u opgeroepen wordt om voor God te verschijnen. Daarom: “Zo gij Zijn stem dan heden hoort, gelooft Zijn heil- en troostrijk woord; verhardt u niet, maar laat u leiden”. “En ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld”. Is dat niet rijk vertroostend dat Christus de Zijnen daarvan verzekert? Dienaren van Hem mogen dan vertrekken, maar Zijn Wóórd blijft. Ja, Hij Zélf blijft! En aan de verzekering dat Hij blijft voegt Hij met nadruk toe: “Amen”: het zal waar en zeker zijn! Zolang er een volk des Heeren is, zal het ondervinden dat niets hen kan scheiden van de liefde van Christus. “Zij gaan van kracht tot kracht, een iegelijk van hen zal verschijnen voor God in Sion. Voor jong en oud is Hij altoos Dezelfde. Ja, ook voor jongemensen, die in hun jonge leven het woelen van de macht der zonde gewaar worden. Ook voor hen wil Hij de Middelaar zijn om te verlossen van de heerschappij van de zonde en de dood. Al is de strijd met de zonde nog zo fel, Zijn macht om te helpen is altijd groter. Als dit woord van de Zaligmaker: “Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld”, werkelijkheid mag zijn in ons leven, dan zijn we geborgen naar ziel en lichaam, voor tijd en eeuwigheid. Want:
“Houdt Christus Zijne Kerk in stand,
laat dan de hel vrij woeden.
Gezeten aan Gods rechterhand,
Zal Hij haar wel behoeden.”

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 april 2010

De Saambinder | 16 Pagina's

Het troostwoord van de levende Koning

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 april 2010

De Saambinder | 16 Pagina's