Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zondeloon ‑ Genadegift

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zondeloon ‑ Genadegift

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Want de bezoldiging der zonde is de dood, maar de genadegift Gods is het eeuwige leven door Jezus Christus onze Heere. Romeinen 6:23

Wat loon is weet u allemaal. Ook jullie jongelui. In de komende weken zullen velen van jullie weer vakantiewerk doen waar je loon voor ontvangt. Loon verdien je, daar heb je “recht” op. Dat is precies wat Paulus bedoelt in onze tekst. Hij spreekt over loon en noemt dat bezoldiging. U herkent het woord soldij (soldatenloon).

Eigenlijk staat er bezoldigingen (meervoud) Dus.. de uitbetalingen van de zonde …de dood. Elke zonde, openbaar, bedekt, in gedachten, thuis, op vakantie betaalt de dood uit. En wij ? Ondertussen gerust voortlevend in onze doodsstaat, gescheiden van Gods gunst. Genietend, spelend, werkend, reizen we al zondigend naar de uitbetaling van ons verdiende zondeloon, de tijdelijke dood, en als God het niet verhoedt de eeuwige dood. Sta daar toch eens bij stil. Het zal zo vreselijk zijn om altijd onder de toorn Gods, in de buitenste duisternis, te moeten zijn. Daar zal wening zijn en knersing der tanden.

De zonde is een hellend vlak. Toe … één keer maar! Wat wennen we gemakkelijk aan de zonde. Dit is de droeve werkelijkheid van ons leven van nature. Ons inbeeldend dat we hier het eeuwige leven hebben, leven we onze doodsstaat uit. De bezoldiging der zonde is de dood. De Heere zou geen onrecht doen als hier geen komma zou staan maar een punt en we hiermee onze meditatie zouden moeten beëindigen. “Want ten dage als gij daarvan eet, zult gij de dood sterven”, en… wij hebben gegeten. Geschapen om te leven tot Gods eer koos de mens, zijn doel missend, voor de dood. De drievoudige dood, waar wij als gewillige slaven van de zonde recht op hebben. Maar ! Wat een tegenstelling. Na het maar! van het welbehagen Gods roept Paulus uit dat er eeuwig leven is als genadegift Gods door Jezus Christus. Dé genadegift Gods is Christus Zelf. Gode zij dank voor Zijn onuitsprekelijke gave. Nooit is onder woorden te brengen wat het betekent dat God Zijn Zoon gaf en de Zoon het uitriep “Vader Ik kom om Uw welbehagen te doen”. God dacht van eeuwigheid een weg uit en baande de weg, waar geen weg meer was, in Zijn dierbare Zoon. Om die weg te banen ging Christus, als Knecht des Vaders, door de dood heen. De mensen in alles gelijk geworden, uitgenomen de zonde. Het kostte Hem Zijn leven om zo dood, graf en hel te overwinnen en het leven te verwerven : “Zo leeft de Vorst altoos; Zo leeft Hij eindeloos”. Christus, de Verwerver past dit ook toe in het leven van allen die Hem van de Vader gegeven zijn. Voor hen stortte Hij Zijn dierbaar bloed. In de wedergeboorte, opgewekt uit hun doodsslaap, verstaan ze er voor het eerst iets van wat het betekent dood te zijn in zonden en misdaden, van nature een kind des toorns. Om dan te gaan leren dat zij, zoals in ons Avondmaalsformulier treffend verwoord, midden in de dood liggen ! (daar is de levende Kerk aan het woord). Maar ook om in het toevallen van het recht Gods op Gods tijd te leren dat het leven ligt buiten henzelf in de genadegift Gods in Jezus Christus. Horend van Hem, heengewezen naar Hem maar ook een geloofsoog te mogen slaan op Hem. Dan fluisteren ze Paulus in onze tekst het wel eens stilletjes na : mijn ! Heere. Om dan te gaan leren wat het Jezus gekost heeft om voor zulke opstandelingen de losprijs te betalen. Wat een onuitsprekelijk voorrecht ook om Hem in de oefeningen van het geloof op grond van recht van God geschonken te krijgen en in Christus een recht te ontvangen op het eeuwige leven. De dood verdiend, het leven ontvangen.

Het eeuwige leven, geschonken in de wedergeboorte sterft nooit meer. ‘t Komt openbaar in levenstekenen zoals kindergeschrei (tranen van Godsgemis, smart over de zonde) en gebed (ademtocht der ziel). ’t Komt ook openbaar in genade - levensvruchten. Mag ik u vragen : is de zonde u al de dood geworden ? En waar zoekt u het leven ? in uzelf ? ‘t Leven ligt alleen in Hem Die is de Weg en de Waarheid en het Leven. Leeft u nog dodelijk gerust voort ? De genadetijd is nog niet voorbij, maar de dood wenkt ieder uur. Zoek toch de Heere en leef. “Want die Mij vindt, vindt het leven en trekt een welgevallen van de HEERE. Maar die tegen Mij zondigt, doet zijn ziel geweld aan; allen die Mij haten, hebben de dood lief”. (Spreuken 8: 35, 36)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 juli 2010

De Saambinder | 12 Pagina's

Zondeloon ‑ Genadegift

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 juli 2010

De Saambinder | 12 Pagina's