Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De taal der bevinding [31]

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De taal der bevinding [31]

Zoen- en zoutverbond

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In Terwolde werd in 1827 de latere predikant Elias Fransen geboren. Als kind reeds kende hij overtuigingen van zonde en schuld. Toen hij 23 jaar was, trok de Heere met hem door.

Op aandrang van vrienden oefende Fransen op boerderijen in de omgeving. In 1870 begeerde de vrije Gereformeerde Gemeente onder het kruis te Kampen hem als opvolger van de in dat jaar overleden kruisdominee Dirk Hoksbergen. Door twee ouderlingen werd Fransen in 1871 te Kampen bevestigd als predikant.

In de Klumpieskarke aan de Burgwal brak toen een gezegende tijd aan. In die jaren verschenen ook zijn belangrijkste bundels met preken, waardoor Fransen bekendheid kreeg in ons land. In de omgeving van Sliedrecht en Giessendam zou men zijn boek “Messias’ heerlijkheid” zelfs huis aan huis verspreid hebben. Het lezen van dit boek was voor C.J.M. Hasselman-Sieben in Harvey (Amerika) in 1880 aanleiding om met ds. Fransen te gaan corresponderen.

Aanspraak en raad

Zo is van deze juffrouw Sieben de bundel “Verzameling van enige brieven” ontstaan. Daarin is een aantal brieven te lezen die zij in de loop der jaren geschreven heeft aan ds. Fransen, die na Kampen en Lisse in de laatste periode van zijn werkzame leven de gemeente van Barneveld nog met zegen gediend heeft. Van Catharina Sieben is ook een levensbeschrijving verschenen, getiteld “Aanspraak en raad” (van een moeder aan haar kinderen en pleegkinderen en de weg van haar bekering tot God). Van dat boekje is inmiddels al de dertiende druk verschenen.

Ze beschrijft daarin haar bekering en heeft het dan over een zoen- en zoutverbond: ‘Ik zag de zaligmakende genade Gods in het Raadsbesluit en Godsplan van vóór de nooit begonnen eeuwigheid en in de volheid des tijds en in den tijd der minne, alles in zijne orde, onuitsprekelijk heerlijk, alles vol en goed. Mijn ziele werd als in de armen der eeuwige liefde opgenomen, en ik heb uitgeroepen: O, eeuwige liefde des Vaders, o, eeuwige liefde des Zoons, o, eeuwige liefde des Heiligen Geestes! Christus, de God-mensch, werd nu het heilig aanbiddelijke Middel, maar de eeuwige liefde de oorzaak der zaligheid. Ik zag mijzelf als een reine maagd voor God staan, alsof ik nooit geen zonden gedaan had en mijn ziele lag in een zoenen zoutverbond. Meer wil ik er liefst niet van zeggen, want ik vreeze, daar ik een mensch ben van onreine lippen’.

Duurzaamheid

Wat wordt bedoeld met ‘zoen- en zoutverbond? Allereerst: het woord zoenverbond komt in de Bijbel niet voor. Wel het woord zoutverbond. Het eerste woord spreekt over verzoening en het tweede over duurzaamheid. In wezen gaat het natuurlijk over het genadeverbond. Het zoutverbond komen we tegen in Numeri 18:19 en in 2 Kronieken 135. Verder wordt er in Leviticus 2:13 gesproken over ‘het zout van het verbond uws Gods’. De volledige tekst luidt: ‘En alle offerande uws spijsoffers zult gij met zout zouten, en het zout van het verbond uws Gods van uw spijsoffer niet laten afblijven; met al uw offerande zult gij zout offeren’.

Een ieder weet dat gezouten vlees niet gemakkelijk bederft. Zo schrijft Dächsel bij deze tekst: ‘Het zout weert het bederf van de spijzen, het bezit een louterende kracht en maakt smakelijk’. De Heere heeft, om zo te spreken, met Israël zout gegeten, zoals ook werkelijk bij de oprichting van een verbond een maaltijd gehouden werd. Het zout is derhalve een zinnebeeld van de eeuwige duurzaamheid van de zijde van God en van onverbreekbare trouw van de zijde van het volk.

In Israël werden dus de offeranden met zout bestrooid. Zout conserveert; zout is symbool van het blijvende. In de schaduwen der wet werd dus ook de onvergankelijkheid van het grote Offer uit het genadeverbond afgebeeld. Met een zoutverbond wordt betuigd dat het bloed en de Geest van Jezus Christus reinigt van alle zonden en dat het overzet in Zijn onvergankelijk Koninkrijk.

Met zout besprengd

Het was niet de bedoeling van mejuffrouw Sieben haar levensbeschrijving “Aanspraak en raad” in druk te laten verschijnen. Maar de uitgever schrijft: ‘Op verzoek werd tot uitgave overgegaan, omdat naar de mening van velen de met zout besprengde woorden van deze godzalige vrouw voor velen onder de zegen des Heeren nog van dienst kunnen wezen op de reis naar de eeuwigheid’.

ds. J. Schipper, Scherpenzeel

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 oktober 2018

De Saambinder | 20 Pagina's

De taal der bevinding [31]

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 oktober 2018

De Saambinder | 20 Pagina's