Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VERGADERVARIA

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VERGADERVARIA

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

KORT VERSLAG VAN DE JAARVERGADERING TE HARDINXVELD-GIESSENDAM

gehouden op zaterdag 16 oktober 1982

In zijn openingswoord staat de voorzitter ds. K. Veldman een ogenblik stil bij Romeinen 12:2. "En wordt dezer wereld niet gelijkvormig; maar wordt veranderd door de vernieuwing uws gemoeds, opdat gij moogt beproeven, welke de goede en welbehagende en volmaakte wil van God is".

Een vermaning

"Alles wat de Heere geschapen heeft, en wat deel heeft aan de herschepping, " aldus ds. Veldman, "staat bloot aan vervlakking en aanvechting. De vijand zit van binnen en van buiten. Daarom vermaant de apostel dezer wereld niet gelijkvormig te worden. Het woord "worden" wijst op een proces, het gaat langzamerhand, ongemerkt. Weet u hoe de duivel komt? In de nacht en op kousevoeten. Denk maar aan de gelijkenis waarin de duivel het zaad des onkruids zaaide in de nacht, als de Kerk slaapt. De vermaning van de apostel kan ook aldus vertaald worden: wordt niet gezet in het schema van deze wereld; sof: wordt niet gelijkvormig aan de geest van deze eeuw. En dan denk ik aan onze Staatkundig Gereformeerde Partij. Allerlei veranderingen staan op til of zijn reeds onder ons ingevoerd, openlijk of bedekt. Komt dat niet uit de geest der wereld? Ik denk aan het vrouwenkiesrecht; in vele plaatsen is het geen punt meer. Men heeft de beginselen, hoewel uiterlijk nog onderschreven, praktisch verlaten. Maar wat zegt de apostel nu? Wordt dezer wereld NIET gelijkvormig. En geliefden, langzamerhand doordringt de geest dezer eeuw dat volksdeel, dat nog begeert te leven naar de beginselen, die naar Schrift en Belijdenis zijn.

In onze tijd hoort men nogal eens dat er belangrijke zaken zijn, en minder belangrijke. En dan noemt men een zaak als het vrouwenkiesrecht, of onder andere het mediabeeld, middelmatige dingen. En om middelmatige dingen, zegt men, moet je elkaar niet aanvechten of bestrijden. Maar wat zegt de apostel? Dat we veranderd moeten worden naar de vernieuwing des gemoeds. Opdat we beproeven zouden welke de goede en volmaakte wil van God is. De liefde staat naar volmaaktheid en de liefde is de vervulling der wet. Deze liefde mocht ons vervullen, de liefde tot het beginsel. Weet u wat de Heere in dit verband zegt? Die getrouw is in het minste, die is ook in het grote getrouw. Dat keren ze vandaag ook om: als je in het grote maar getrouw bent; in het kleine hoeft niet. Maar de Heere zegt het anders.

Die in het minste getrouw trachten te zijn, worden doorgaans dwepers genoemd, volmaaktheidsdrijvers. Maar wie iets van de heilige deugden Gods heeft geschreven gekregen in zijn ziel, die weet wat het is: "zijt heilig, want Ik ben heilig".

Een vraag

En nu wij; kan iemand onzer zeggen hieraan te beantwoorden? Ik wenste wel, dat we het in waarheid mochten zeggen: "ik heb het bedorven". Dan zetten we ons nergens boven. Dan zal de schuld van land en volk, ook van onze Staatkundig Gereformeerde Partij, beleefd worden. Mocht de Heere dat schenken, want praatgenade is er genoeg. Maar mocht die ware schuldbeleving onder ons gevonden worden, want Gods kracht wordt in zwakheid volbracht".

Na dit openingswoord maakt de voorzitter nog bekend, dat er in de morgen vergaderd is met het College van Advies. Spreker wenste het College van Advies des Heeren onmisbare zegen toe. "Dat we nu samen maar leerjongens mogen zijn, in onszelf niets wetende, want de Heere zal de wijsheid der wijzen doen vergaan. Mochten we de wijsheid benodigen die van Boven is. En moge uw werk tot zegen zijn van de Staatkundig Gereformeerde Partij in zijn geheel en van de Stichting in het bijzonder", aldus de voorzitter.

Positie van de vrouw

Omdat de positie van de vrouw binnen onze partij op dit ogenblik ter diskussie staat, heeft het bestuur gemeend hieraan op de jaarvergadering aandacht te moeten schenken. In verband met de tijd wordt het jaarverslag

van de sekretaris niet voorgelezen, maar een ieder kon een exemplaar mee naar huis nemen.

Ds.Tj. de Jong houdt vervolgens een inleiding over de positie van de vrouw in bijbels licht, terwijl de heer M. Bogerd daarna nader ingaat op de positie van de vrouw in de politiek. In de brochure "De Schrift Gebonden Plaats van de vrouw" vindt u de gehouden inleidingen (zij het uitgebreider) afgedrukt.

Van de in de pauze geboden gelegenheid tot het indienen van schriftelijke vragen, wordt veelvuldig gebruik gemaakt.

Slotwoord

Dominee A.P. van der Meer is, wegens een begrafenis, verhinderd het slotwoord uit te spreken. Dominee Tj. de Jong neemt hem waar en bepaalt de aanwezigen bij Ezechiël 24 vers 16, waar we lezen: "Mensenkind, zie, Ik zal den lust uwer ogen van u wegnemen door een plage; nochtans zult gij niet rouwklagen, noch wenen, en uw tranen zullen niet voortkomen."

Een teken

"Ezechiël was een kind en een knecht des Heeren. Hij had een gelukkig huwelijk in de gunst van God. Zijn vrouw wordt echter van hem weggenomen en in één slag is hij weduwnaar. Hier valt dus een vrouw, een moeder weg. Hier komt een gezin in de ontreddering. Deze gebeurtenis wordt als een teken gezien voor de val van Jeruzalem, die komen zal. Voor de val van een godsdienst die geen schuld kent, en geen levende gunste Gods in Christus. En dan mag Ezechiël niet rouwklagen, dan mag hij niet naar menselijke vertroosters gaan om daar troost te ontvangen.

Zo zal het zijn als de Heere met Zijn wrekende gerechtigheid tot ons komt. Dan zullen we moeten verstommen; dan zal er geen uitweg zijn voor de smart. Als de weg geweten is en niet bewandeld, dan zal er geen vertrooster zijn tot in der eeuwigheid; als Gods Woord ons is gepredikt en we hebben ons niet bekeerd.

Ook in onze tijd wordt de vrouw van haar plaats genomen. Maar nu niet door de dood, zoals in Ezechiël 24, maar door de zonde, in opstand tegen God. Bij Ezechiël was haar dood al een teken van de oordelen Gods. Als we dan zien hoe in deze tijd de vrouw in een zondige weg wordt weggenomen uit huwelijk en gezin, wat zullen daar dan een oordelen op volgen!

Mocht het zijn dat de Allerhoogste deze dingen in onze harten kwam af te drukken, want alleen in een weg van waarachtige bekering is het mogelijk, dat de Heere door het duister heen nog een weg komt te banen waar geen weg is. Dan zal tot dezulken het profetisch woord weer komen (lees het maar na in Ezechiël) van een nieuwe tempel in Christus Jezus. Mocht het zijn, dat de Heere ons, in een weg van schuld, Zijn gunst vanuit Zijn eeuwig welbehagen in Christus mocht doen smaken."

Met deze woorden besluit ds.Tj.deJong onze vijfde jaarvergadering, waarvoor veel belangstelling bestond.

Dit artikel werd u aangeboden door: In het spoor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 december 1982

In het spoor | 28 Pagina's

VERGADERVARIA

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 december 1982

In het spoor | 28 Pagina's