JAARVERSLAG

Er ligt weer een jaar achter ons. Een jaar dat nimmer terugkeert. Zo de boom valt, zo blijft hij liggen. Dat geldt ook voor dit afgelopen jaar, waarin we als Landelijke Stichting werkzaam zijn geweest. Met veel tekortkomingen, dat moeten we erbij zeggen. Dat het niet alleen een zeggen mocht zijn, maar de beleving van ons hart. Zijn we werkelijk verontrust, bezwaard, vanwege de vervlakking? Verontrust, dat meer en meer het getuigend karakter van onze partij wordt verwisseld voor het praktisch handelen? Dat er veelal alleen aan het slot van het betoog met een enkele zin nog gewezen wordt op het Woord van God. Als het goed is, zullen we iets moeten kennen van de zuchters uit Ezechiël 9. Die zuchtten vanwege al de gruwelen die er gedaan werden. Moest onze SGP, en wij die daar deel van uitmaken, niet veel meer zuchten en wee uitroepen, over al de gruwelen die er plaatsvinden in ons vaderland? Zouden we als SGP-ers niet veel meer moeten wijzen op de rechten Gods en op Zijn geboden, die heilzaam zijn voor land en volk? We zullen echter eerst de verdorvenheid van ons eigen bestaan moeten kennen, willen we ook ooit op een rechte wijze verontrust kunnen zijn over de gang van zaken binnen onze Staatkundig Gereformeerde Partij.

Dan wordt er niet vanuit de hoogte met de vinger gewezen naar al wat niet is naar het Woord van God. Dan wordt het verkeerde en het halfslachtige ook

niet goedgepraat, of verkleind, beslist niet. Maar dan zal er in besef van eigen zondigheid en schuld, getracht worden open en eerlijk te waarschuwen tegen de steeds verdergaande aanpassing aan het schema van deze wereld. Voor de SGP geldt het toch krachtens haar beginsel: "Gij geheel anders".

Dat kan nooit in eigen kracht. Hoe nodig is het dan ook te ontvangen verlichte ogen des verstands. Paulus kon zeggen "zijn listen zijn ons niet onbekend". Dat er dan onder ons nog gevonden mochten worden die het heil van land en volk, van Godswege kregen opgebonden.

Tegen de revolutie het Evangelie. Niet de praktische politiek, niet het zoveel mogelijk invloed uitoefenen, niet het haalbare en zoveel dingen meer, maar het Evangelie, het Getuigenis dat eeuwig zeker is, kan hier baat geven. Dat we hiervan doordrongen mochten zijn en van gewagen, een ieder op de plaats waar hij gesteld is.

In het Spoor

In "In het Spoor" trachten we door voorlichtende artikelen principiële informatie te verschaffen. Ds. Tj. de Jong heeft ook dit jaar de rubriek "Het Beginselprogram toegelicht" voortgezet. De nu reeds verschenen toelichtingen op het Beginselprogram van zijn hand, zullen in de vorm van een boekwerkje worden uitgegeven. De heer M. Bogerd schreef in de achterliggende jaargang over samenwerking met andere partijen, en over de wethoudersverkiezingen. De heer B.P. den Hartog verzorgde de weergave van de inleiding over de Schotse geloofshelden, gehouden door de heer B. Florijn, terwijl van de hand van de heren W.H. van Oostrum en L.J. Molenaar diverse leerzame artikelen over actuele onderwerpen verschenen. Ook dit jaar is "In het Spoor" zesmaal verschenen.

Kontakten Hoofdbestuur

In "In het Spoor" 10e jaargang, nummer 1, hebt u kunnen lezen, dat het bestuur op 31 januari 1986 met het Hoofdbestuur een gesprek heeft gehad. Tijdens dit gesprek gaf het Hoofdbestuur ons ondermeer te kennen, dat het geven van een stemadvies, inzake de verkiezing van Hoofdbestuursleden, de oorzaak is, dat er tot dan toe geen gesprek had plaatsgevonden over de onderwerpen van verontrusting. Dit gesprek was ons op 3 december 1983 reeds toegezegd.

In een schrijven van 17 februari 1986 deelden wij het Hoofdbestuur mee, dat wij gezien het grote belang van deze inhoudelijke gesprekken, zouden afzien van aktie ten aanzien van de Hoofdbestuursverkiezingen 1986. Tevens hebben wij het Hoofdbestuur gevraagd "op korte termijn te komen tot inhoudelijke gesprekken over de geschilpunten, die de partij, die ons lief is, maken tot een verdeeld huis". Op 11 augustus 1986 berichtte ons het Hoofdbestuur bereid te zijn tot een gesprek over lijstverbinding en lijstineenschuiving, en de praktische invulling van artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Dit gesprek kan geschieden - aldus het Hoofdbestuur - op een nader te bepalen tijdstip in het komende najaar.

Het bestuur heeft op dit schrijven geantwoord, met belangstelling opgave van plaats ten datum tegemoet te zien. Op 4 november jl. ontvingen wij van het Hoofdbestuur bericht, dat het Dagelijks Bestuur op D.V. 17 december a.s. bereid is met ons over bovengenoemde punten een gesprek te hebben. Het Dagelijks Bestuur liet tevens weten voor dit gesprek één uur beschikbaar te stellen.

Het bestuur

Onze gedachten gaan allereerst uit naar ons zeer geacht bestuurslid ds. E. du Marchie van Voorthuysen, die op 18 maart 1986 het tijdelijke voor het eeuwige moest en mocht verwisselen. In ons bestuur nam hij een bijzondere plaats in. Met raad en daad heeft hij ons bijgestaan. Zijn leven was Christus, en het sterven gewin. Nu is hij verlost; God heeft hem welgedaan.

Tot onze grote spijt moest onze voorzitter, ds. K. Veldman van Staphorst, in verband met zijn vele werkzaamheden bedanken als bestuurslid. Vanaf deze plaats willen we hem hartelijk dankzeggen voor wat hij voor de Landelijke Stichting heeft gedaan. Ds. Veldman deed dat uit liefde voor de beginselen van onze Staatkundig Gereformeerde Partij. Mocht des Heeren gunst ds. Veldman omringen in het persoonlijke leven met de zijnen, alsmede in de ambtelijke bediening.

Het bestuur heeft ds. Tj. de Jong gekozen als nieuwe voorzitter. Als tweede voorzitter is gekozen ds. A.C. Rijken te Houten. De Heere schenke hun genade en getrouwheid om naar de wet en getuigenis de SGP-beginselen uit te dragen. Als nieuwe bestuursleden traden tot het bestuur toe de heren L. Post en mr. L.J. Molenaar. De heer Molenaar heeft tevens de verzorging van "In het Spoor" op zich genomen, waaraan veel werk verbonden is.

Het bestuur vergaderde in deze verslagperiode zeven maal. Op 12 oktober 1985 kwamen wij in Hardinxveld-Giessendam in jaarvergadering bijeen. Ds. K. Veldman opende deze vergadering naar aanleiding van Lukas 1 vers 5. Het onderwerp "Geen God, geen vader, geen zonen en geen dochteren meer", werd ingeleid door de heer J. Verbeek uit Amerongen. Na de pauze en discussie besloot ds. A.C. Rijken deze achtste jaarvergadering naar aanleiding van Jakobus 1, van vers 1 tot en met 7.

College van Advies

Ook dit jaar willen we de ontvangen steun van het College van Advies niet onvermeld laten. Er deden zich in het afgelopen jaar binnen onze partij situaties voor, waarover het bestuur het advies van het College niet gaarne zou hebben willen missen. Ook voor de toekomst hopen we op de zo nodige steun. Het College van Advies vergaderde dit jaar twee maal.

Financiën

Wat betreft de financiën is er reden tot dankbaarheid. Ook dit jaar heeft de Stichting haar werk weer

kunnen doen. Heel hartelijk dank voor alle giften, groot en klein. Het verwondert ons weieens, dat er steeds weer voldoende geld aanwezig is om alles te kunnen bekostigen. We hopen en vertrouwen, dat u ons, in de voor ons liggende tijd, ook in uw gaven weer zult willen gedenken.

Tenslotte

Zo zijn we weer aan het einde van ons 9e jaarverslag gekomen. Bijna 10 jaar Landelijke Stichting. We denken weieens: Hoelang nog? Hoelang is het nog nodig? In artikel 15 van de Statuten van de Stichting staat: 'Tot opheffing der Stichting kan slechts besloten worden als het doel der Stichting bereikt is." Het doel der Stichting is het handhaven of doen handhaven van de aloude staatkundig gereformeerde beginselen zoals die omschreven zijn in het Beginselprogram van de Staatkundig Gereformeerde Partij (artikel 3 van de Statuten).

Letten we dan op bepaalde tendenzen binnen onze partij, zoals de zaak Putten, de jongerendagen, het vrouwenkiesrecht, de media en de sport, om maar enkele dingen te noemen, dan heeft het bestuur op dit moment geen vrijmoedigheid de Landelijke Stichting op te heffen.

Dat het ons gegeven mag worden op een eerlijke en gepaste wijze, ons weïk ook in het komende jaar te verrichten.

De Heere geve u en ons liefde voor de staatkundig gereformeerde beginselen. Hij brengt de SGP in het spoor der vaderen, tot Zijn eer en ons aller heil. De Heere geve ons getrouwheid en genade, opdat we met de dichter van Ps. 119 : 7 zouden mogen instemmen:

'k Heb and'ren al de rechten van Uw mond Met lust verteld, hen vlijtig onderwezen. Uit al den schat van 't grote wereldrond Is nooit de vreugd in mijn gemoed gerezen, Die 'k steeds in Uw getuigenissen vond, Door mij betracht, en and'ren aangeprezen.

Langerak, 22 november 1986 De secretaris van de Landelijke Stichting

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen