GEEN ENKELE REDEN TOT FEESTGEDRUIS!

Ieder jaar maar weer wordt tijdens de jaarwisseling luidruchtig feestgevierd. Voor miljoenen aan vuurwerk wordt er de lucht in geschoten. Veel alcolhol wordt er gedronken. Grootse vreugdevuren worden er ontstoken. En wat al niet meer! Van groot tot klein doet men er aan mee!

Naar men verwacht zal Deo volente ook de komende jaarwisseling weer in dezelfde brooddronkenheid en ij delheid worden doorgebracht en dan rijst de vraag of er aan het einde van dit jaar wel redenen zijn om feest te vieren? Nu is dat ij del feestvertoon en feestvieren dat gebruikelijk tijdens de jaarwisseling plaatsvindt, nooit goed te keuren, laat dat duidelijk zijn, maar toch zeker tijdens de komende jaarwisseling niet! Want wat een gruwelijk goddeloze wetten zijn er dit jaar in ons land niet aangenomen! Het bordeelverbod is opgeheven, het homohuwelijk is tot bekroning van de gruwelijke sodomie ingesteld en nog onlangs besloot de Tweede Kamer tot verbazing van het buitenland dat het verlenen van hulp bij euthanasie op verzoek van ondraaglijk en uitzichtloos lijdende patiënten niet langer als strafbaar aangemerkt dient te worden. Een en ander zou van

"Gemeente, mocht deze ure ons nog tot bezinning brengen en mocht de Heere ons ook gedenken in dit late avonduur. En jonge mensen in ons midden, ik heb voor jullie een speciale boodschap. Hoe ga je nu die laatste uren vanavond doorbrengen. Met drinken, lachen en feestmaken. Ja, ik weet niet of je je het herinnert, maar verleden jaar met Oudejaar om twaalf uur zijn er vier jonge jongens, gelijk verongelukt. Die gingen het oude uit zo naar het nieuwe, zo naar de eeuwigheid. Denk er maar eens over. God is geen ledig toeschouwer. God la het ver gaan kinderen, Hij laat het ver gaan. Zijn geduld is onpeilbaar, lankmoedig, maar er komt een einde aan en dan trekt Hij door. Maar het was beter kinderen, dat je vanavond om twaalf uur op je knieën voor je bed ging, en zeggen: Heere, nu heb ik gehoord dat er nog een red dende hand is voordat het een richterlijke zaak wordt. En roep dan de dichter van Psalm 25 maar na: 'Zie op mij in gunst van boven. En wees mij toch genadig Heere"'!

Ds. A. van Straalen, Sion door recht verlost, 1990, p. 188, 189-

vooruitstrevendheid getuigen, maar de werkelijkheid is dat wij als volk afglijden tot het niveau van een onderontwikkeld barbaarse heidenstam. En nog is het einde van het hellend vlak niet bereikt, want inmiddels praat men bijvoorbeeld al over het afschaffen van de plicht tot samenwoning binnen het huwelijk en over het beschikbaar stellen van een euthanasiepil om het mogelijk te maken dat een mens zelf zijn leven op het door hem of haar gewenste moment kan beëindigen.

Zien we daarnaast ook op de vele goddeloosheden in leer en leven van het afgelopen jaar op Godsdienstig terrein en op het feit dat waar de gedaante van de Godzaligheid nog mocht zijn, veelal de kracht derzeive verloochend werd (2 Tim. 3:5), is er dan ook maar enigszins reden om de komende jaarwisseling al feestend door te brengen? Is er niet veel meer reden om te treuren over de gruwelen van land en volk en met de Psalmdichter te belijden (Ps. 106:4 ber.):

Wij hebben God op 't hoogst misdaan; Wij zijn van 't heilspoor afgegaan; Ja, wij en onze vaad'ren tevens, Verzuimend alle trouw en plicht,

Vergramden God, den God des levens, Die zoveel wond'ren had verricht.

Is er naast Israël wel een land op de wereld te vinden dat zoveel weldaden van God in materieel en immaterieel opzicht heeft ontvangen als ons land? Evenwel is er, o gruwelijke ondankbaarheid!, ook geen land op de wereld te vinden waar zo bruut en openlijk tegen Gods Woord en ordinantiën gezondigd wordt als in ons land. Wat in het buitenland (nog) niet mag, mag hier! En zullen wij dan de komende jaarwisseling die schuld nog meer gaan verzwaren met een brooddronken feestgejoel? Nee, jong en oud, mengt u niet in het feestgedruis! Blijft binnen! Tracht op oudejaarsavond de gelezen of gehoorde Waarheid te overdenken en onthoudt u van alles wat ij del is!

In Ezechiël 9:4 lezen we dat als God Zijn verdervend oordeel over de stad Jeruzalem uitzendt, Hij eerst een teken laat tekenen op de voorhoofden der lieden, die zuchten en uitroepen over al die gruwelen, die in het midden derzelve gedaan worden en de Psalmist merkt op: Waterbeken vlieten af uit mijn ogen, omdat zij Uw wet niet onderhouden (Ps. 119:136). Mochten we daarvan op oudejaarsavond iets in beoefening krijgen. Daar zouden we nog goed mee zijn! Want, zo zegt dr. J. Owen in een van zijn werken, "niemand onzer kan verwachten de uitwendige oordelen, die God zal zenden vanwege deze gruwelen, te ontgaan, zo wij er niet over getreurd hebben. Maar wel, dat een even smartelijke vergelding in uitwendige oordelen over ons zal komen, als op hen, die het meest schuldig staan aan het bedrijven der gruwelen"!

Talloze Godsgezanten hebben het ons volk al aangezegd dat God de zonden van Nederland gaat bezoeken en het oordeel vanwege onze verharding door zal gaan. Wee u, Nederland! Wee u, Chórazin, wee u, Bethsaïda! Want zo in Tyrus en Sidon de krachten waren geschied, die in u geschied zijn, zij zouden zich eertijds in zak en as bekeerd hebben (Matth. 11:21). En gij Nederland! En gij Kapérnaüm, die tot den hemel toe zijt verhoogd, gij zult tot de hel toe nedergestoten worden (Matth. 11:23a)! Daarom, wie u ook bent, haast en spoedt u dan nog om uw ziel geborgen te krijgen! Want in Christus is het leven, maar buiten Christus een eeuwig zielsverderf!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen