Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HET SGP-MEDIABELEID

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HET SGP-MEDIABELEID

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Inleiding

In het SGP-jaarverslag over 2004 meldde het SGPhoofdbestuur dat het besloten had om de bestaande mediarichtlijn uit 1994 te versoepelen (p. 16-17). Het afwijzend standpunt ten aanzien van het 'actief gebruik' van radio en tv bleef volgens het hoofdbestuur gewoon gehandhaafd (voorbeelden van 'actief gebruik' zijn: het gebruikmaken van de aan politieke partijen toegewezen zendtijd, het in verkiezingstijd uitzenden van SGP-reclamespotjes op radio of tv en het geheel zelf het initiatief nemen tot het geven van een interview op radio of tv). Slechts ten aanzien van het zogenaamde 'passief gebruik' werden de regels versoepeld. Voorheen werd tot het passief gebruik alleen gerekend het gefilmd worden tijdens een raads-, Staten- of Kamerdebat en het te woord staan van radio- of tv-verslaggevers als men in de wandelgangen onvermijdelijk een microfoon onder de neus geduwd kreeg. Het aan huis afspraken maken met een radio- of tv-verslaggever of het naar hun studio's afreizen werd daarentegen gerekend tot het 'actief gebruik' en was niet toegestaan. In praktische zin betekende dit dat geen contact gezocht werd met deze media en dat voor zover men benaderd werd - bijvoorbeeld voor een interview afgezien werd van deelname aan uitzendingen. Sinds 2005 mag echter volgens de nieuwe regels van het hoofdbestuur een SGP'er, indien hij daarvoor wordt gevraagd, wel zijn medewerking verlenen "aan een optreden voor radio of televisie wanneer standpunten worden toegelicht of verdedigd, tenzij de uitzending een karakter heeft dat zich niet verdraagt met de boodschap van de SGP, van de betreffende omroep of programmamaker geen objectieve weergave mag worden verwacht of uitzending op zondag plaats zal vinden. Onder dezelfde voorwaarden kan ook meegedaan worden aan een debat waaraan één of meer andere partijen deelnemen" (Zie De Banier, 1 juli 2005, p. 11). Inmiddels hebben onder meer de leden van de Tweede Kamerfractie al verscheidene malen hun medewerking gegeven aan radio- en tv-uitzendingen. En bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen nam de heer Van der Vlies zelfs deel aan het tv-debat dat tussen de lijsttrekkers van de kleine politieke partijen op de avond voorafgaande aan die verkiezingen werd gehouden. In dat debat kregen "diepgravende betogen", zoals te verwachten was, "geen schijn van kans", aldus de RD-verslaggever (22 november 2006)!

Het hek is van de dam

In de praktijk gaan de leden van de SGP-Tweede Kamerfractie nog lang niet op alle verzoeken in. Zij voe-

ren een nog wat terughoudend beleid in dezen. Maar dit is slechts een kwestie van tijd, want feitelijk is met de ogenschijnlijk kleine versoepeling van het mediabeleid het hek van de dam gehaald. Er is nu geen harde grens meer tussen actief en passief gebruik. Dit betekent dat in de praktijk langzaam maar zeker, stapje voor stapje, het mediabeleid van de SGP zal opschuiven naar een volledig actief gebruik van radio en tv. Dit ontkennen is de ogen sluiten voor de droeve verwereldlijking van (een fors deel van) de SGP-achterban.

Maar hoe het in de toekomst ook moge gaan, we zijn nu al aangekomen waar we niet willen zijn, namelijk dat raads-, Staten- en Kamerleden van de SGP desgevraagd hun medewerking verlenen aan radio- en tv-uitzendingen. Het is overigens ook niet eerlijk om dit nog onder 'passief gebruik' te scharen. Dit vertroebelt de discussie alleen maar. Passief zijn namelijk alleen die situaties waarin we de camera en/of de microfoon gewoonweg niet kunnen ontlopen. Maar dit terzijde.

Waarom zijn we er zo op tegen dat deelgenomen wordt aan radio- en tv-uitzendingen? In dit blad is al meermalen hierop antwoord gegeven. In het oktobernummer van 2005 is door de heer A. Verwijs een heldere en aansprekende samenspraak over deze problematiek gepubliceerd en in het julinummer van 2006 hebben we van student A.W. de Lange een lezenswaardige brief afgedrukt over het tv-gebruik door de SGP (de mogelijkheid bestaat om alsnog een kopie van deze beide artikelen bij de redactie op te vragen, tel.: 0416-693844). Ter aanvulling op deze beide artikelen willen we in dit artikel nog kort enkele SGP-geluiden uit het verleden ophalen waarin argumenten worden aangevoerd tegen het voor de verbreiding van de SGP-beginselen gebruikmaken van radio en tv.

Vrijwel unaniem afgewezen

Op de partijdag van 17 februari 1960 stelde de SGPkiesvereniging Mijdrecht voor om de SGP "gebruik te doen maken van de door de regering beschikbaar gestelde zendtijd voor politieke partijen, teneinde ook op deze wijze haar beginselen uit te dragen". Het toenmalige hoofdbestuur voegde daaraan het volgende principiële preadvies toe: p l d h b v D m

"Het H.B. is van oordeel, dat het voorstel van Mijdrecht ernstig moet ontraden worden, omdat in het gebruikmaken van de radio-zendtijd een zekere aanmoediging ligt [vet; red.] om van de radio gebruik te maken, een gebruik, dat het H.B. voor de gezinnen vooral met kinderen, schadelijk vindt, gelijk dit ook het geval zal zijn met het gebruik van de televisie, waarvoor bij de verkiezingen aan de politieke partijen ook de gelegenheid wordt gegeven om er aan deel te nemen ". v

Ter vergadering lokte het voorstel van Mijdrecht "een tamelijk brede discussie uit", aldus het verslag in De Banier van 25 februari 1960, "waarbij echter wel zeer duidelijk bleek, dat de tegenstanders van dit voorstel verre in de meerderheid waren en zich met het preadvies van het Hoofdbestuur ten volle konden verenigen". Toen uiteindelijk tot stemming werd overgegaan, werd duidelijk "dat alleen de beide afgevaardigden van Mijdrecht er vóór waren, zodat dit voorstel hiermede verworpen en het preadvies van het Hoofdbestuur met nagenoeg eenparige stemmen aanvaard was". Hiermee had de SGP als partij duidelijk aangegeven hoe zij over het gebruik van radio en tv voor het verbreiden van de SGP-beginselen dacht.

Niet op tv

Op 24 maart 1999 reageerde de toenmalige SGP-partijvoorzitter ds. D J. Budding op de opiniepagina van het

D onder de al veelzeggende titel "Bijbelse boodschap ast niet op tv" en ondertitel "SGP moet geen middeen gebruiken die ze principieel afwijst" op enkele kort aarvoor binnen de partij gehouden pleidooien voor et ter verbreiding van de SGP-beginselen actiever geruikmaken van de moderne media, in het bijzonder an de tv.

s. Budding voerde in lijn met het beleid van het toenalige SGP-hoofdbestuur hiertegen onder andere het olgende aan:

"Vooral de tv is in onze samenleving en cultuur veel meer een amusementsmiddel dan een voorlichtingsmiddel. Het overgrote deel van degenen die verantwoordelijk zijn voor de programma's komt er ope? ilijk voor uit dat zij met God en Zijn gebod niet rekenen. De programma's zijn zeer gevarieerd en erop gericht een zo groot mogelijk publiek te behagen. Seks, misdaad, geweld zijn de publiekstrekkers. De massa vergaapt zich aan al wat God verboden heeft. Geoorloofde en ongeoorloofde dingen passeren in een bonte mengeling. Nieuws, uiteraard geselecteerd door journalisten, die zich doorgaans ook niet kenmerken door christelijke principes, wordt afgewisseld met sport en alles wat het vlees bekoren kan. In die bonte mengeling zou zich ook de SGP dan moeten storten om haar principes uit te dragen. We kunnen het ons ongeveer zo voorstellen: de tvkijker heeft net naar het nieuws gekeken, waarin het Nederlandse wereldkampioenschap voetballen een prominente rol gespeeld heeft. Vervolgens is er een aantal reclamespotjes met veel popmuziek en bloot. Dan zijn er 3 minuutjes voor de SGP. Een kort en krachtig principieel betoog, waarin ons volk wordt opgeroepen om terug te keren tot God en Zijn geboden. Dit wordt nagejoeld met de opzwepende muziek die het volgende programma aankondigt, een spannende film met veel geweld, seks en misdaad. Is dit de sfeer waarin de bijbelse boodschap klinken kan en mag?

Zeker, wij moeten met de boodschap de wereld in. Wij moeten trachten elke Nederlander te bereiken. Maar zijn alle middelen geoorloofd? Zijn puur wereldse middelen geoorloofd? Middelen die wij overigens om principiële redenen afwijzen. Middelen waartegen gewaarschuwd wordt in onze kringen vanaf de kansels. Bovendien, ben ik nog geloofwaardig als ik op zaterdagavond verschijn in een discussie van partijvoorzitters, die gehouden wordt na een interlandvoetbalwedstrijd, en zondag vanaf de kansel ernstig waarschuw tegen tv-bezit? Ik geloof zelf van niet.

Als wij een middel willen gebruiken om onze beginselen te verbreiden, dan moet dat middel op zich in het licht van Gods Woord geoorloofd zijn. Anders lopen we gevaar dat wij het kwade gaan doen opdat het goede daaruit voortkome. Ik ben ervan overtuigd dat de tv in onze samenleving geen bijbels verantwoord middel is en ontzettend veel kwaads en weinig goeds uitricht.

Een tweede argument om geen actief mediabeleid te voeren is het onherroepelijk drempelverlagend effect dat ervan uitgaat. De zuigkracht van de moderne media op onze eigen gezindte is groot. Het tv-bezit stijgt onrustbarend. Enquêtes wijzen dit uit. Het argument dat we de knop in de hand hebben, heeft zijn duizenden reeds onder ons verslagen. Maar het is een schijnargument, zelfs een argument dat in strijd is met Gods Woord en onze belijdenis. Wie echt beleeft: 'Ik ben geneigd tot alle kwaad', zal dit argument wel inslikken. Hoevele van onze gezinnen zijn sterk verwereldlijkt juist door dit valse argument.

De SGP waarschuwt tegen de verwereldlijking. Met alle mogelijke bijbels verantwoorde middelen wil ze die tegengaan. Maar als onze leidslieden regelmatig en bewust op de tv verschijnen, is het dan echt nog aan onze jeugd duidelijk te maken dat ze er niet naar mogen kijken? De vraag stellen, is haar beantwoorden. (...)".

In het vervolg van zijn betoog wees ds. Budding er nog op dat "het afwijzen van een actief gebruik van de moderne media" ons echter niet ontslaat "van de plicht, de roeping, om elke Nederlander te confronteren met een bijbels verantwoorde politiek". "Daarom moeten wij", zo schrijft hij, "wegen en middelen zoeken om ons volk te bereiken op een verantwoorde, maar duidelijke wijze. Daarvoor moeten wij meer offers brengen dan wij tot dusver gedaan hebben". Zelf is hij er "van overtuigd dat een goede, principiële pakkende folder in elke Nederlandse brievenbus, en dat regelmatig, meer effect" kan hebben dan het hiervoor inschakelen van de tv, want "wie schrijft, blijft"!

Media als de radio en in het bijzonder de tv lenen zich overigens sowieso niet voor het overbrengen van de Bijbelse en Staatkundig Gereformeerde boodschap. Op de tv draait het om het visuele. Dit betekent dat de tvregisseur de kijker, wil deze een programma interessant vinden, door beelden zal moeten boeien. En willen beelden boeien, dan moeten ze sterk afwisselend en flitsend zijn. Hetzelfde geldt feitelijk voor het gesprokene. Dat moet noodzakelijkerwijs ook kort, afwisselend en gemakkelijk te consumeren zijn. Kortom, om de kijker of luisteraar te boeien moet alles, ongeacht het onderwerp, vluchtig, oppervlakkig en vooral amusant worden gepresenteerd en verpakt, het moet een show zijn. Hierbij passen eenvoudigweg geen gedegen betogen, diepgaande discussies of uitvoerige gesprekken.

Ten besluite

Wat we hierboven van de toenmalige voorzitter van de SGP, ds. D.J. Budding, hebben aangehaald, is duidelijke taal. De media radio en tv, die door de huidige SGP-voorzitter, ds. A. van Heteren, een keer treffend getypeerd zijn als 'riolen', hebben als middelen in handen van satan onder ons en onder ons volk al vreselijk veel geestelijke schade aangericht, zodat ze terecht wel de motoren van de secularisatie zijn genoemd. Laat ons ze daarom niet gebruiken, maar laat ons - gelijk de apostel Judas ons beveelt - deze rokken haten die zozeer van het vlees bevlekt zijn (vers 23b). Ja, mocht de SGP in dezen nog ten halve keren - door de ingevoerde versoepeling weer ongedaan te maken - , voordat zij ten hele gaat dwalen, met alle droeve gevolgen van dien.

Dit artikel werd u aangeboden door: In het spoor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 2007

In het spoor | 48 Pagina's

HET SGP-MEDIABELEID

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 2007

In het spoor | 48 Pagina's