Waarheid of schijn ?

In nr. 25 van de Bazuin, schrijft Ds. Gispen aan een vriend te Jeruzalem, onder meer liet volgende: «vele afgescheidenen spreken en schrijven over Dr. Kuyper als over den man, die het er op toelegt, om, met schoon klinkende woorden, de Christelijke Gereformeerde Kerk het hieltje te lichten en ons allemaal over de brug der doleantie, in den schoot der Ned. Herv. Kerk terug te brengen.» Natuurlijk moeten zij, die zoo spreken en schrijven, hiervoor reden en oorzaken hebben, tenzij iemand laag genoeg van karakter ware, iemand, zonder eenigen grond, zulk een doel toe te schrijven. De vraag is echter: zien zij, die, naar Ds. Gispen zegt, aldus spreken en schrijven, juist ? Liggen hieraan feiten en daadzaken ten grondslag, of kan hunne bewering den toets der waarheid niet doorstaan ?
Niet slechts de oorsprong der doleantie, maar ook de werkelijkheid, waarin deze zich openbaart, werpt, naar onze bescheiden meening, hierover een helder licht. Het eerstgenoemde blijft thans buiten bespreking. Doch wat het tweede betreft, rijst bij ons de vraag: staan de doleerenden, naar hunne eigen verklaring geoordeeld, thans buiten of in de Herv. Kerk ? Algemeen wordt beweerd, door de Doleerenden niet: «wij zijn buiten de Ned. Herv. Kerk,» maar : «wij zijn de Hen. Kerk.»
Vandaar, dat niet één doleerende, bij zijne overkomst tot de doleantie, zijn lidmaatschap van de Ned. Herv. Kerk mag opzeggen. Zelfs niet, al wordt hij zijns ondanks gedrongen, om bij wijze van hoofdelijken omslag zijn kerkelijke belasting te betalen aan die Kerk. Eene andere vraag laat zich hierbij door ons evenmin afwijzen n. l.: Waar en in welk opzicht toonen de doleelenden, dat het hun ernst is met de kerklijke tucht ? Hoe komt men tot het lidmaatschap eener doleerende kerk ? Wat doet men met leden, die in de leer ongeloovig of in het leven zich goddeloos aanstellen P En eindelijk: welke gedragslijn volgt men tegenover hen, die of onder tucht zijn, of om deze te ontwijken de Chr. Ger. Kerk verwisselen met doleerende kerken ?
Denk voor een oogenblik de tucht weg, en wij vragen: wat verhindert ons allen, tot de Ned. Herv. Kerk terug te keeren ? Waar nu is uitgemaakt, voor ieder, die het weten wil, op welk standpunt in dezen de doleerende kerken staan, (niet op papier, maar in werkelijkheid) — waar ook is uitgemaakt, dat de doleerenden verlangen, dat wij met hen zullen vereenigen, vragen wij op onze beurt, of het spreken en schrijven van bovengenoemde «afgescheidenen» op waarheid of op schijn en misvatting berust?
De lezer oordeele.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen