Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Snoepen uit de heg

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Snoepen uit de heg

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

<br />

Als van de scheiding tussen mijn en dijn (erf) niet wordt verwacht dat deze ondoordringbaar en/of ondoorzichtig is, dan kunnen er allerlei leuke en ook lekkere gewassen voor worden gekozen. Hetzelfde geldt uiteraard voor scheidingslijnen tussen het ene en het andere eigen tuindeel.

Ingepakte nootjes
Wie een op den duur hoge en brede scheiding kan hebben moet absoluut kiezen voor een hazelnotenhaag. Hazelnoten vragen wèl een open, lichte en vooral luchtige plek (het zijn windbestuivers!) en liefst een aanplant van enkele soorten naast elkaar. Fruitkweker Peters („de Batterijen" in Ochten) leverde mij drie soorten en al in het eerste jaar kwamen er de beeldig „ingepakte" nootjes aan! Middenin de winter zijn de dan nog kale struiken bovendien overladen met bengelende katjes en dat is een feestelijk gezicht.

Sleedoorn: in de diepvries
Goedkoop, snel groeiend en goed afwerend (er zitten scherpe doorns aan!) is de ouderwetse sleedoorn (Prunus spinosa), die heel vroeg overdekt is met witte prunusbloesem, die wordt gevolgd door kleine blauwe „pluimpjes". Deze vruchten zijn voor ons zó van de struik gegeten erg zuur, maar de vogels zijn er gek op. Wilt u dus voor eigen gebruik oogsten, wees er dan tijdig bij, want u kunt van de sleedoorn-pruimpjes heerlijke gelei en likeur maken. (In Engeland is de „sloe-gin" beroemd!)

Het meeste aroma ontwikkelen de vruchtjes als er (nacht)vorst overheen is gegaan, maar omdat u zo lang zéker niet kunt wachten met roofzuchtige vogels in de buurt, verdient het aanbeveling de pruimpjes na het oogsten en vóór gebruik enkele dagen in de diepvries te deponeren.

Duindoorn doet het overal
Omdat de duindoorn (Hippophae) veel voorkomt in kustgebieden, denkt iedereen, dat die boom of struik absoluut met de wortels in het (duin)zand moet staan — ze doet het in mijn Betuwse klei (en élke andere grondsoort) echter nét zo enthousiast. Toch is het plezierig om gewassen te hebben die ook tegen het zilte windgeweld van de kuststreken bestand zijn. (De Rosa rugosa-soorten zijn dat overigens ook!)

De duindoorn is een stekelig geval en het oogsten van de fris oranje bessen is geen sinecure, vooral omdat ze dicht tegen de takken en dus tussen de lange scherpe doorns zitten. Toch een taak om (met handschoenen) aan te pakken, want duindoorngelei zit niet alleen stampvol vitaminen, maar is ook uitzonderlijk lekker!

Braampilaren
Gelukkig zijn kwekers erin geslaagd doornloze bramen te kweken, zodat het oogsten en vooral ook het opbinden van deze rankende gewassen een stuk plezieriger is geworden. De meest bekende is de „Thornless evergreen", die dus behalve doornloos ook nog (gedeeltelijk) wintergroen is. Het blad neemt tegen de winter bovendien de meest spannende kleuren aan: tot purperglanzend, wat fijn is voor de winterschikking!

Bramen zomaar in het wilde weg hun gang laten gaan leidt tot onoverzichtelijke „bergen" uitlopers waar moeilijk van te oogsten is. Het beste bindt u ze tegen een hoog hek, maar heel decoratiefis het om een (erf)scheiding van braampilaren te maken. Deze bestaat uit houten palen die zeker twee tot drie meter boven de grond uit steken en waartegen rondom de lange ranken van de bramen worden geleid en vastgebonden, zodat op den duur dikke braamkolommen ontstaan waarvan het goed oogsten en genieten is.

Bottelrozen
Een leuk idee is het om braampoorten af te wisselen met lagere bottelrooshagen. De mooiste dikke bottels voor het maken van jam en gelei, levert ongetwijfeld de Rosa rugosa, die er in verschillende kleuren is. De meest algemene (vaak als zeewindkering toegepast) is de violet bloeiende soort, maar bijzonder mooi is de Rosa rugosa „Blanc doublé de Coubert", die werkelijk spierwitte, half gevulde bloemen brengt met een verrukkelijk frisse geur!

Bol-boompjes
Bijna alle bes-soorten (aalbessen, kruisbessen en zwarte bessen) worden tegenwoordig ook al op een onderstammetje (ongeveer 1 m hoog) geënt. Vooral bij de stekelige kruisbessen is het oogsten van zo'n bolboompje een stuk makkelijker dan op de knieën eromheen kruipen. Een scheiding van een rand van dergelijke besseboompjes kan bijvoorbeeld worden geaccentueerd door eronder een randbeplanting van iets geurigs te zetten. Lavendel is, als de plek open en zonnig genoeg is, erg mooi.

Éénjarig en effectief
Leuke éénjarige scheidingsranden kunt u maken met melde (Atriplex hortensis), waarvan de geel- en roodbladige soorten het meest decoratief zijn. Het blad (telkens de grotere exemplaren wegplukken) kan worden gegeten als spinazie en is erg lekker.

Heel feestelijk als scheiding is ook het hekwerkje of horizontaal gespannen draden waartegen de rankende Oost-Indische kers wordt geleid. Blad én bloemen zijn heel lekker in salades, de bloemen (doordat ze héél veel vitaminen bevatten) bovendien een probaat middel tegen verkoudheid. Echt eens proberen: de lichtgele zijn het zachtst van smaak (dus voor „beginners") en de rode het meest pittig!

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 februari 1984

Terdege | 56 Pagina's

Snoepen uit de heg

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 februari 1984

Terdege | 56 Pagina's