Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ter overdenking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ter overdenking

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Geloofd zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die naar Zijn grote barmhartigheid ons heeft wedergeboren, tot een levende hoop, door de opstanding van Jezus Christus uit de doden" 1 Petrus 1:3

Behoort u ook bij de vreemdelingen aan wie Petrus een brief schrijft? Het zijn uitverkorenen naar de voorkennis van God de Vader, geheiligden door de Geest, gebracfit onder de gehoorzaamheid van Jezus Christus en gewassen van alle zonden door het dierbaar bloed van Christus. Ze hebben zich onttrokken aan de vroegere manier van leven en aan de gemeenschap, waartoe ze behoorden. En dat heeft verdachtmakingen en smaadheid van de kant van de volksgenoten met zich meegebracht. Ook zijn ze vreemd geworden aan de vleselijke begeerten, de oude natuur. Ze zijn de pijn gaan voelen van de spanning tussen oud en nieuw. En op deze wijze wereldvreemde mensen geworden. Toch zijn ze niet te beklagen, want ze hebben een levende hoop door de opstanding van Jezus Christus uit de doden. En daarmee zullen ze niet beschaamd uitkomen. Nu begrijpen we ook de hoge inzet van de brief: „Geloofd zij de God en Vader van onze Meere Jezus Christus". Met banden van geloof en liefde zijn ze aan de Heere Jezus verbonden. Het is de Heere van Petrus en deze vreemdelingen en bijwoners. En al staan ze dan beroofd en berooid in de wereld, er is toch een levende hoop. De eeuwige zaligheid in het verschiet. Deze Christus ook hun Middelaar, Die de weg tot God, de Vader en het Vaderhuis geopend heeft. Een vaderland in de hemel. Eens zonder God en zonder hoop in de wereld gestaan, maar nu is om Christus' wil de God van Jezus Christus hun God.

Hebt u met deze inzet van de brief mee kunnen komen? Laten we eens aan hen vragen, hoe ze vreemdelingen op deze aarde zijn geworden met zo'n hoop. We horen het antwoord: Deze God en Vader heeft naar Zijn grote barmhartigheid ons wedergeboren! Daar ligt de grond van de hoop. En in Gods grote barmhartigheid ligt de oorsprong van de wedergeboorte. Gods erbarmen is groot geweest met de ellendige zondaar. Krachtens de natuurlijke geboorte zijn ook deze vreemdelingen in zonde en ongerechtigheid ontvangen en geboren, dood in de zonden en de misdaden.

Maar de levende God heeft naar Zijn grote barmhartigheid van boven geboren doen worden. En deze geboorte was levendmakend, vernieuwend en herscheppend. Niet uit de werken der rechtvaardigheid zalig gemaakt, maar naar Gods barmhartigheid door het bad der wedergeboorte en de vernieuwing van de Heilige Geest. Het is het wonderlijke en krachtdadige werk van de Heilige Geest geweest. En waardoor doet de Heilige Geest dat nu? Even verderop spreekt Petrus erover:, ,Gij, die wedergeboren zijt, niet uit vergankelijk zaad, maar uit onvergankelijk zaad, door het levende en eeuwigblijvende Woord van God". De Heilige Geest doet het met het Woord, dat door Hemzelf is ingegeven. Wij kunnen het Woord niet verder brengen dan tot vóór de poort van het hart, maar de Heilige Geest laat het klinken tegen de wanden van het hart en vernieuwt daardoor en maakt daardoor dode zondaren levend. En door deze genade van God gaan we met het hart in de Heere Jezus Christus geloven en Hem als onze Zaligmaker liefhebben. En de God en Vader van de Heere Jezus Christus wordt onze God en Vader. Burgers van het Koninkrijk Gods. Zijn de vrucht van dit grote werk van Gods barmhartigheid is een levende hoop! Eens ook op van alles en nog wat gehoopt, maar alles was voos en bedrieglijk. Ook leren wanhopen aan onszelf. De hoop wordt gericht op de levende God, Die aan onze ziel het leven geeft en de liefde Gods uitstort in het hart door de Heilige Geest. Hopen op de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die doden levend maakt. Die Jezus, onze Heere, uit de doden opgewekt heeft. Met deze hoop op de levende God komt niemand beschaamd uit. En waar ligt nu de vastheid in van deze levende hoop? Deze ligt in de opstanding van Jezus Christus uit de doden! Door Zijn kracht opgewekt tot een nieuw leven. En dat is een even groot wonder als de schepping of de opwekking uit de doden. In de opstanding van Jezus Christus uit de doden is nu Gods grote barmhartigheid voluit zichtbaar. Het Hoofd van de Kerk is opgestaan en de heerlijkheid ingegaan en zal alle leden van Zijn Kerk tot Zich trekken. Daarom verwacht de ganse Kerk de opstanding ten eeuwigen leven. Als dan de zaligheid berust op de opstanding van Jezus Christus uit de doden en op Zijn heerschappij, is er grond voor het geloof en voor de hoop, vreemdelingen en pelgrims! De Heere is waarlijk opgestaan en Hij heeft de dood voorgoed en voor eeuwig achter Zich. Hij is voorgegaan in hemelse heerlijkheid. Hij als de Eerste van een reeks. Hij als de Garantie van de zalige opstanding van al de Zijnen.

Wat heeft de apostel Petrus het zelf beleefd, wat hij hier schrijft. Hij had zijn Heere en Meester in de steek gelaten. Hij had bij het kolenvuur gezegd niet van Hem te zijn en niet bij Hem te behoren. Hij had zich erbuiten gezondigd en voelde zich er toen ook buiten staan. De Heere liet hem echter niet in de steek, heeft hem er wel bij laten behoren, heeft gebeden, dat z' n geloof niet zou ophouden. Petrus had zo'n verkeerde hoop gekoesterd op de Heere Jezus Christus. Die hoop is tegen het kruis stuk geslagen. Het was een dode hoop geweest. Maar dan wordt de hoop veriegd en komt deze verankerd te liggen in de opstanding van Jezus Christus uit de doden. De engel had al tegen de vrouwen gezegd:,,Zegt Zijn discipelen en Petrus, dat Hij u voorgaat naar Galilea. Aldaar zult gij Hem zien." Petrus hoorde er nog bij. En op diezelfde dag is Hij al van Simon gezien. O, door Gods grote barmhartigheid wedergeboren, tot een levende hoop, door de opstanding van Jezus Christus uit de doden! Geloofd zij deze God en Vader van onze Heere Jezus Christus, dat Hij Hem heeft overgeleverd om mijn zonden en opgewekt heeft tot mijn rechtvaardigmaking. Nu is er een levende hoop op een onverderfelijke en onbevlekkelijke en onverwelkelijke erfenis, die in de hemelen bewaard is voor mij. Daarop mogen gasten en vreemdelingen op deze aarde zich alvast verheugen. ]

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 april 1984

Terdege | 60 Pagina's

Ter overdenking

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 april 1984

Terdege | 60 Pagina's