Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Godzalig thuiswerk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Godzalig thuiswerk

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

<p>,,Doch zo iemand de zijnen, en voornamelijk zijn huisgenoten, niet verzorgt, die heeft het geloof verloochend, en is erger dan een ongelovige."</p><p>1 Tim. 5 : 8</p>

De Heere Jezus heeft gezegd, dat bij het toenemen van de ongerechtigheid de liefde van velen zou verkouden (Matth. 24 : 12). Er is geen uitvoerig betoog nodig, om dit voor onze tijd te bewijzen, leder kan het in zijn naaste omgeving, en door genade in eigen leven, opmerken. Wel wordt overal nog van liefde gesproken, maar het rijke begrip, dat achter dit woord schuilgaat, wordt een steeds zeldzamer bloem in de woeste wildernis van onze samenleving.
De mens eist vrijheid om zichzelf te zijn, maar weet niet, dat uit hemzelf niets voortkomt dan,,kwade gedachten, overspelen, hoererijen, doodslagen, dieverijen, gierigheden, boosheden, bedrog, ontuchtigheid, een boos oog, lastering, hovaardij, onverstand" (Mark. 7:21,22). Ook dit is een woord van Christus, en Hij wist, wat in de mens was.
De zelfzucht, die de bron van zoveel kwaad is, staat tegenover de zelfverioochenende liefde tot de ander. Toch wordt deze zelfverloochende liefde, die niet het beste voor zichzelf maar voor de ander zoekt, nog wel in deze wereld gevonden. Gelukkig wel! Zonder deze natuuriijke liefde zou deze wereld tot een hel van haat worden! Door Gods goedheid is er in de mens nog een beginsel, dat stamt uit betere tijden. Er is nog een ingeschapen beginsel, dat de ander mag liefhebben en dat diens welzijn zoekt. Als een jongen een meisje liefkrijgt, of een meisje een jongen, zó, dat ze de ander begeren te dienen door de liefde; of als een moeder haar kind verzorgt, koestert en beschermt, zo nodig met haar eigen leven, of als een vader het beste voor zijn kinderen zoekt.
Ook andersom, als kinderen hun ouders liefhebben en eren- het zijn nog schaarse bloemen uit het Paradijs, bloemen, die vertrapt en geknakt worden, die verwelken en verdrogen, nu de ongerechtigheid toeneemt. Hoe staat het bij ons met deze liefde? 

Paulus schrijft aan Timotheüs over mensen die hun huisgenoten niet verzorgen. Er zijn blijkbaar ook in Efeze, in de jonge christelijke gemeente die Timotheüs dient, mensen die ontrouw zijn aan de natuurlijke liefde, en die hij daarom erger noemt dan de ongelovigen. Hoewel Paulus het in dit verband heeft over de weduwen in de gemeente en over hun plichten, mogen we de woorden van 1 Tim. 5 : 8 toch als een algemene regel lezen, die ieder geldt, vrouwen, maar ook mannen.
In Gods Woord wordt dikwijls uit bijzondere omstandigheden een algemene lering getrokken, of andersom, een erkende grondregel genoemd om een bepaald geval te belichten. Hier gaat het over de grondstelling, dat iemand, die in de christelijke gemeente de zijnen, en vooral zijn huisgenoten, niet verzorgt, voor God erger is dan een ongelovige.

Wat moeten we hier onder ,,verzorgen" verstaan? Wie zijn het die moeten verzorgen, en wie moeten verzorgd worden? Sommige verklaarders denken aan ouders, die hun kinderen van al het nodige moeten voorzien, om zo te handelen naar de wil der voorouders (vers 4). Anderen denken dat het gaat om de verzorging van behoeftig geworden ouders door hun kinderen; dit zou dan met de,,wedervergelding aan de voorouderen" bedoeld zjn. Ik geloof, dat we beide verklaringen moeten accepteren. Tot,,de zijnen" behoren zowel ouders als kinderen.
De apostel bedoelt dus in een algemene regel te stellen, dat het onze christenplicht is, in de noden van ,,de onzen" te voorzien, en alles te doen wat nodig is en in ons vermogen is, om hen te verzorgen. Wie dit nalaat, en zijn kinderen in de steek laat, of zijn ouders als ze behoeftig worden aan hun lot overiaat, heet hier erger te zijn dan de ongelovigen. Dat wordt hier niet zozeer gezegd, omdat de ongelovigen beter zouden handelen. We zien in de wereld, onder het toenemen van de ongerechtigheid, de natuuriijke liefde maar al te zeer verkouden (hoewel er soms ook voor velen van ons beschamende voorbeelden van zelfverioocheningzijn. . . .). Maar het wordt gezegd, omdat zij die het Woord Gods kennen, en zeggen het hoog te achten, zoveel beter weten dan de wereld.
Heeft de Heere het gebod van de ouderiief de niet als eerste op de tweede tafel der wet geplaatst? Is het niet het eerste gebod met een belofte? Wie dan belijdt naar Gods wil te willen leven, en evenwel moedwillig in gebreke blijft, is die niet erger dan een ongelovige? 

Tenslotte nog iets over de inhoud van de verzorging. In vers 4 van dit hoofdstuk wordt gesproken over ,,Godzaligheid te oefenen". We moeten dit niet uit gemakzucht uitleggen als het spreken over de Godsvreze. Nee, het gaat om de beoefening van de Godsvreze. Dat betekent een voorbeeld te zijn in de levenswandel van wat men leert. Anderzijds is het ook niet een leven van eigen goede werken. Nee,,,Godzaligheid oefenen" is de praktijk der Godsvreze tonen in een Godzalige wandel.
Dat is voor Paulus niets anders geweest, dan een sterven aan alle ijdele roem in eigen werk, en te leren leven door de genade, die hem in Christus geschonken was. Hem, de voornaamste der zondaren, was barmhartigheid geschiedt, opdat hij een voorbeeld zou zijn voor hen, die in Christus zouden geloven (1 Tim. 1 : 15, 16). Wie verzorgt zo zijn huisgenoten? Wie zoekt zo naar de heerschappij van Gods wil over ons en de onzen door de kracht van Zijn genade? Christus, de onberispelijke huisverzorger Gods, leert en geeft kracht door de openbaring van Zijn liefde. En allen, die daar iets van kennen, zoeken Hem gelijkvormig te zijn. En wie dit niet zoekt, is erger dan een ongelovige...

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 mei 1984

Terdege | 60 Pagina's

Godzalig thuiswerk

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 mei 1984

Terdege | 60 Pagina's