Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hernieuwde belangstelling voor borstvoeding

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hernieuwde belangstelling voor borstvoeding

"Men dacht de perfecte babyvoeding in het laboratorium te kunnen bereiden"

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

<p>Na een aantal „magere" jaren, waarin bijna iedere moeder naar de fles greep, is borstvoeding duidelijk weer in opmars. Dat geldt niet alleen voor het Westen, maar ook voor Derde-Wereldlanden, waar de moeders tot voor kort ingeprent werd dat er niets boven flesvoeding gaat. De argumenten die gehanteerd worden om weer op borstvoeding over te gaan, liggen hier weliswaar op een ander vlak dan in de Derde Wereld, maar vele artsen zijn ervan overtuigd dat voor elk kind borstvoeding in alle gevallen het beste is. Een mening die fabrikanten van babyvoeding minder goed uitkomt. Een Terdegereportage over de fles en de borst, in theorie en praktijk. </p>

Borst of fles. Het is een bekend dilemma voor menige zwangere vrouw. En een van de vaste vragen die iedere kraamverzorgster stelt aan een kersverse moeder wanneer de nieuwe wereldburger zich heeft aangemeld. Meestal is de kwestie al eerder ter sprake geweest. Bij de huisarts, de vroedvrouw of op moedercursussen. De periode waarin het geven van borstvoeding als achterhaald werd gezien is op haar retour. Kreeg in 1978 ongeveer 11 procent van de zuigelingen van drie maanden oud borstvoeding, nu schommelt dat rond de 30 procent. Toch zijn de geleerden er nog niet unaniem van overtuigd dat de natuurlijke wijze van voeden de beste is. En de commercie heeft op aanvechtbare gronden eveneens haar twijfels. Daarentegen is voor allerlei vrouwengroepen flesvoeding een doorn in het oog. Met grote welsprekendheid weten zij de voordelen van borstvoeding te etaleren. Beschermt tegen infecties. Altijd op de juiste temperatuur. Altijd bij de hand. Bevordert het contact tussen moeder en kind. Een originele verpleegkundige vulde bij een overgangstentamen deze rij aan met de opmerking: "Elegante verpakking".

Wereldgezondheidsorganisatie
Duidelijk is wel dat de WHO, de wereldgezondheidsorganisatie, het opneemt voor de borst. In 1981 werd in Genève de ,, International Code of Marketing of Breast-milk Substitutes" opgesteld, in bredere kring betere bekend als de WHO-code voor babyvoeding. Een van de artikelen verklaart dat de WHO „zich bewust is van het feit dat borstvoeding een niet te evenaren manier is om aan zuigelingen de ideale voeding te geven voor een gezonde groei en ontwikkeling; dat het geven van borstvoeding een unieke biologische en emotionele grondslag vormt voor de gezondheid van moeder en kind; dat de infectiebestrijdende eigenschappen van moedermelk de zuigelingen helpen beschermen tegen ziekte; en dat er een belangrijk verband bestaat tussen het geven van borstvoeding en de gemiddelde tijd die verloopt voor het opnieuw in verwachting raken''. Duidelijker kan het niet. „Breast best".

Massamoord
De duidelijke stellingname van de wereldgezondheidsorganisatie spruit voort uit de negatieve publiciteit rond flesvoeding. De code moest als uitgangspunt dienen om misstanden in de Derde Wereld in te dammen. Deskundige op dit gebied is mr. C. L. M. Thijssen. Hij is als beleidsmedewerker van de Hoofdafdeling Algemene Levensmiddelenhygiëne werkzaam op de afdeling Voedings- en Veterinaire Aangelegenheden en Produktveiligheid, een onderdeel van het Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur. , .Allerlei babyvoedingsfabrikanten dumpten hun melkpoeder in Derde-Wereldlanden", doet de jurist uit de doeken.,,Zo onder het mom van ,,Dit is het beste voor uw kind''. Dat heeft gigantische problemen gegeven. In de eerste plaats zijn die blikken melkpoeder vrij duur. Het hele gezin lijdt eronder als de baby flesvoeding krijgt. Toch heeft men dat er in veel gevallen voor over, want kunstvoeding wordt gezien als een statussymbool. Maar om de kosten te beperken wordt vaak veel te veel water toegevoegd. Als je bedenkt dat de watervoorziening in dergelijke landen ongeveer identiek is aan de riolering begrijp je de gevolgen. Kinderen stierven in groten getale." De fabrikanten trokken zich van deze wantoestanden weinig aan. De melkblikken werden versierd met afbeeldingen van welgedane blanke baby's, die negermoeders moesten overtuigen van de wondere werking van het westerse produkt. Het waren welzijnswerkers die de verkapte massamoord wereldkundig maakten. Bijna dagelijks werden ze geconfronteerd met de ellende die flesvoeding teweeg bracht. In hun strijd daartegen maakten ze soms gebruik van harde affiches, zoals de prent van een in een fles opgesloten stokmagere baby. Z'n fles werd zijn graf.

Code
De alarmsignalen hadden tot gevolg dat de WHO zich over het probleem boog, wat in 1981 resulteerde in het opstellen van de genoemde code. Hierin wordt vooral gepleit voor het verbieden van allerlei vormen van reclame voor flesvoeding. Inmiddels is men ook in EG-verband bezig met het opstellen van een dergelijke code. Hoewel de bedoeling ongetwijfeld goed is valt het resultaat van al dergelijke besprekingen en vergaderingen met daaruit voortvloeiende verklaringen te betwijfelen. De verschillende landen kunnen zelf bepalen hoe ze de code in praktijk brengen. In Nederland zijn enkele bepalingen omgezet in een wet, onder andere die met betrekking tot de samenstelling van de voeding en de etikettering. Maar de overheid heeft volgens Thijssen weinig mogelijkheden als fabrikanten de in Genève opgestelde verklaring welbewust schenden. ,, De industrie heeft beloofd zich zo veel mogelijk aan de code te houden, maar in de praktijk schort daar wel eens wat aan. Meestal worden we daarover ingelicht door consumentenorganisaties en actiegroepen. Die fungeren als een soort keuringsdienst van waren. Actiegroepen willen nog wel eens doorslaan naar de andere kant. Je moet als overheid het juiste midden proberen te vinden. Als wij van mening zijn dat een fabrikant inderdaad te ver gaat, wijzen we hem op zijn verantwoordelijkheid. We hebben dat nog niet zo lang geleden bij de hand gehad met de CCF, de Coöperatieve Condensfabriek Friesland, producent van Frisolac. Die had in Ghana monsters uitgedeeld in ziekenhuizen. Staatssecretaris Van de Reijden heeft in een brief aan de CCF zijn zorg uitgesproken over dergelijke praktijken. Op die manier wordt morele druk uitgeoefend."

Pers
Het sterkste wapen in de strijd tegen ongeoorloofde poedermelkpraktijken in de Derde Wereld is nog altijd de pers.,,Negatieve publiciteit is nooit fijn voor een bedrijf," grijnst Thijssen met een spoor van leedvermaak. ,,En de bedrijven onderling houden elkaar in de gaten hè. We krijgen meer dan eens seintjes van fabrikanten die vinden dat een concurrent iets doet wat niet door de beugel kan. Dat is wel leuk. Door zo' n verklikkerssysteem ontstaat een soort zelfregulering.'' Hoewel de bezwaren die aan flesvoeding kleven vooral van toepassing zijn op de Derde Wereld geldt de code van de wereldgezondheidsorganisatie ook voor de geïndustrialiseerde landen. De belangrijkste argumenten voor borstvoeding hier in het Westen zijn voor Thijssen de natuurlijke wijze van voeden en het sterkere contact dat hierdoor tussen moeder en kind ontstaat. ,, Het is de politiek van het ministerie van WVC om borstvoeding te stimuleren, al staat de vrije keus van moeders natuurlijk voorop. Met name de Geneeskundige Hoofdinspectie van Staatstoezicht is erg actief op het gebied van de voorlichting. Door het contact met consultatiebureaus kan borstvoeding gepropageerd worden. Verder worden subsidies gegeven aan symposia over de natuurlijke wijze van voeden en bestaat contact met verenigingen als,,Borstvoeding Natuurlijk", ,,La Leche League" en het,,Landelijk Overleg Babyvoeding''. De verontrustende berichten over giftige stoffen als DDT en PCB's in moedermelk hebben geen invloed gehad op het standpunt van het ministerie van WVC. Het onderzoek van de Gezondheidsraadscommissie die in het leven is geroepen heeft uitgewezen dat de gifconcentraties nog ver beneden het schadelijke niveau liggen.

Scheppingsgegeven
Een overtuigd voorstander van borstvoeding is dr. R. W. M. Croughs, kinderarts in het Utrechts Wilhelminakinderziekenhuis en auteur van het boek,, Het kind in gezin en samenleving". Hij betreurt het dan ook dat Nederland, ondanks de hernieuwde interesse voor borstvoeding, nog behoorlijk achteraan sukkelt. Kiest in Zweden al zo' n 60 procent van de moeders voor de originele wijze van voeden, in ons land is dat niet meer dan 30 procent. Nog bedenkelijker vindt Croughs dat de gereformeerde gezindte wat dit betreft bepaald geen goed voorbeeld geeft. In reformatorische kring is de fles nog erg populair., ,Dat was zeker mijn ervaring toen ik nog in Zeeland werkte, verzekert de specialist. ,,Bij de overgang van borst- naar flesvoeding zijn de verwereldlijkte, progressieve groepen voorgegaan. De zogenaamde conservatieve kringen, en daartoe behoren ook de orthodoxe christenen, kwamen na. Het is een triest feit dat men in christelijke kring nu ook achteraan komt als het moderne heidendom iets goeds doet. Het is voor mij bovendien een bewijs dat men minder kindgericht is dan men voorgeeft. Op de vraag aan vaak kinderrijke moeders waarom ze geen borstvoeding gaven kreeg ik meestal het antwoord: ,,Daarhebikgeen tijdvoor." Dan schrok ik toch wel. Door de schepping te verlaten krijg je altijd veel meer ellende dan je je realiseert. Ik ben ervan overtuigd dat een leeftijdsverschil van elf maanden tussen twee kinderen te verklaren is door de fles. Wanneer borstvoeding wordt gegeven is dat verschil bijna altijd groter. In de Bijbelse tijd - en dat heeft eeuwen geduurd was er de bescherming vanuit de schepping, van Godswege, dat er een behoorlijke periode lag tussen twee kinderen. Door verwaarlozing van het ene scheppingsgegeven komt het andere in de knel. Dan krijgje het probleem dat het volgende kind binnen een jaar komt en het derde elf maanden later en datje een overspannen moeder hebt die zegt:,, Laat broer en zus of oom en tante maar het flesje geven."

Vruchtbaarheid
Hoe sterk het vruchtbaarheidsremmend effect van borstvoeding is, is volgens dr. Croughs moeilijk vast te stellen. De meeste demografen zijn het er in ieder geval wel over eens dat de explosieve bevolkingsgroei in ontwikkelingslanden voor een belangrijk deel een gevolg is van de fles. Bij moeders die geen borstvoeding geven komt de menstruatie - in de regel een teken van vruchtbaarheid gemiddeld twee maanden na de geboorte terug. Bij vrouwen van de Kung San, een nomadenstam in de Kalahari-woestijn, is de gemiddelde afstand tussen twee kinderen nog bijna vierjaar. ,,Hoe frequenter je voedt, hoe groter het effect," doceert de Utrechtse kinderarts. ,,Daarbij gaat het niet direct om het voeden zelf, maar om het zuigen van het kind aan de tepel. Daardoor wordt de hypofyse gestimuleerd om prolactine te produceren, een hormoon dat het rijpen van een eicel remt. Bij de Westerse manier van borstvoeding - een keer of vijf per dag het kind aan de borst - is de uitstellende werking gemiddeld enkele maanden. Dat kan net het verschil uitmaken tussen erg moeilijk en haalbaar. Vrouwen in kringen van ,,La Leche League" pleiten voor een veel natuurlijker manier van voeden. Frequent de borst geven, laat bijvoeden en het kind 's nachts in bed nemen en eventueel laten drinken. Ik zeg niet dat dat voorbeeld massaal nagevolgd moet worden, maar recent onderzoek heeft wel aangetoond dat bij 92 procent van deze vrouwen met kinderen van vijf tot zestien maanden de ongesteldheid nog niet was teruggekomen."

Techniek
Dat veel medici lange tijd meer vertrouwen in flesvoeding dan in moedermelk hadden verklaart dr. Croughs uit de aanbidding van de techniek. Een bewijs daarvoor vindt hij in de Engelse term voor kunstvoeding, ,,Infant formula". ,, In laboratoria was men als alchemisten bezig om tot de juiste formule te komen. Een beetje van die stof, een beelje van dit, nog wat van dat en zo dacht men een perfecte voeding te kunnen bereiden. De jaren vijftig en zestig waren nog helemaal de jaren van de vooruitgang. De techniek ging boven de natuur. Mijn hoogleraar in de kindergeneeskunde stelde dat borstvoeding slechter is dan Almiron. Als je alsjonge mensen zoiets hoort word je onzeker. Je zoekt immers het beste voor je kind. En als een moeder haar kind de borst gaf mocht dat niet meer dan vijf keer per dag. Anders werd het teveel verwend. ook van die strakke voedingsschema's zijn veel artsen inmiddels teruggekomen. Het minimum moet gehaald worden, maar als een kind meer wil bestaat daartegen geen enkel bezwaar. Dat geldt voor zowel borst- als flesvoeding"

Onkunde
Hoewel een groeiende groep artsen zich zorgen maakt over de onoverzienbare consequenties van de medische mogelijkheden is het gewone volgens de kinderarts nog steeds niet interessant, ook niet in de kindergeneeskunde. ,,De kennis over borstvoeding en eenvoudige middelen tegen verschillende kwaaltjes wordt bewaard en doorgegeven door moederverenigingen en niet door medici. Hoe vaak gaat de zoogvorming niet teloor door huisartsadviezen? Veel moeders komen na een week of zes met de klacht: ,, Ik heb te weinig voeding. Als ze graag door willen gaan met voeden is de enige goede raad het kind vaker te laten zuigen. Dat wekt de produktie van hormonen op die de zogvorming aanzetten. Als geadviseerd wordt om een paar keer per dag een flesje te geven weet ik zeker dat binnen een paar weken de borstvoeding ten einde is. Puur door onkunde van de arts, die wel exact de dosering weet van dat spul waarmee je na de bevalling de zogvorming kunt blokkeren."

Gif
De verhalen over schadelijke stoffen in moedermelk neemt de specialist serieus, maar hij vindt het onterecht als op die manier borstvoeding in discrediet wordt gebracht. ,,Er is altijd wel een stok om de hond te slaan. Zo kun je ook flesvoeding bestrijden door erop te wijzen dat we inmiddels radioactief jodium in koemelk hebben gehad. Op zich is het natuurlijk waar dat een aantal stoffen in moedermelk veel meer ophoopt dan in koemelk. Dat heeft te maken met het voedingspatroon van de mens. Het is denkbaar dat een vrouw, door bijvoorbeeld het eten van veel verontreinigde vis, giffen in haar vetweefsel ophoopt. Maar dan begint het probleem niet bij de borstvoeding, maar is de ramp al geschied voor de geboorte van het kind, dat in de baarmoeder ook door de moeder wordt gevoed. Er is dus alle reden om verontreiniging van het milieu tegen te gaan. Je moet nooit zeggen: De mensen kletsen maar wat. Maar het is onjuist om deze problematiek rond het wel of niet geven van borstvoeding uit te vechten. De oorzaak van de vervuiling moet aangepakt worden. Er is nog niet aangetoond da thet PCB-gehaltein moedermelk zo hoog was dat het kind daardoor schade werd berokkend. Dat is wel overduidelijk aangetoond van giftige stoffen die vrouwen vrijwillig tot zich nemen. We zien niet zelden kinderen die onherstelbaar beschadigd zijn door nicotine of door alcoholmisbruik van de moeder."

Hogere intelligentie
De vraag of de niet-emotionele argumenten voor borstvoeding, zoals de bescherming tegen bepaalde infecties, ook voor de Westerse landen met hun uitgebreide hygiënische voorzieningen van toepassing zijn beantwoordt Croughs bevestigend. Hij wijst met name op het beschermende effect van moedermelk tegen middenoorontsteking en bepaalde vormen van eczeem. De kinderarts verwacht dat in de toekomst de superioriteit van borstvoeding boven flesvoeding meer en meer vast zal komen te staan. Daarbij tekent hij wel aan dat het niet meevalt om voordelen cijfermatig uit te drukken.,, De laatste jaren heeft men onbekende stoffen ontdekt - hormonen en groeistoffen - die wel in moedermelk voorkomen en niet in kunstvoeding. Maar het is altijd zo moeilijk aan te tonen wat het ontbreken van dergelijke stoffen voor gevolgen heeft. Het staat onomstotelijk vast dat borstkinderen in vergelijking met fleskinderen uit eenzelfde milieu een hogere intelligentie hebben. Het is zeer goed mogelijk dat in borstvoeding voor ons nog onbekende stoffen zitten die van belang zijn voor de ontwikkeling van de hersencellen. Maar je kunt ook de stelling verdedigen dat de oorzaak gezocht moet worden in het feit dat borstmoeders gemiddeld genomen een intensiever contact met hun kind hebben dan flesmoeders."

Dwang
De kinderarts is van mening dat dergelijke argumenten niet de reden moeten zijn om een kind borstvoeding te geven. ,,Je moet het doen omdat het een geschenk is en in de tweede plaats omdat het in alle opzichten voor moeder en kind - en eigenlijk voor het hele gezin - zo ontzettend leuk is. Vooral als je het langer doet dan de bekende drie maanden waarna de meeste moeders stoppen. Juist die eerste tijd hebben veel vrouwen last van kloven, van dit en van dat. Het echte plezier komt pas daarna. Ook dat pleit ervoor om veel langer borstvoeding te geven. Maar nog eens, een vrouw moet het zelf leuk vinden. Als ze het uit een soort dwang doet - ,,De dokter heeft gezegd dat het beter is tegen infecties, dus nu doe ik het tegen heug en meug'' - dan heeft het natuuriijk geen enkele waarde."

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 oktober 1986

Terdege | 64 Pagina's

Hernieuwde belangstelling voor borstvoeding

Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 oktober 1986

Terdege | 64 Pagina's