Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Openluchtmuseum viert ondanks alles z'n 75e verjaardag

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Openluchtmuseum viert ondanks alles z'n 75e verjaardag

Nieuwste project: een hervormd kerkje gekocht voor een gulden

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Heel Nederland stond op zijn achterste benen. ,, Het Openluchtmuseum moet sluiten'', oordeelde minister Brinkman. „Nee!" demonstreerde het publiek, door met tienduizenden naar het twee dagen illegaal geopende museum te trekken. Vervolgens werd het park met oude gebouwen weer gesloten, maar niet definitief gelukkig, zo bleek na veel heen-en-weer gepraat. Vandaag opent het museum het nieuwe seizoen en zijn de bezoekers welkom. Er is over dit museum een boek te schrijven, maar wij lichten er deze keer één facet uit: hoe krijg je een oud gebouw - in dit geval een kerkje - heelhuids in originele staat op zijn museumplek? <br />

Voorlopig mag het museum openblijven, al is nog niet precies bekend in welke vorm dit gestalte zal krijgen. Een pretpark wordt het in ieder geval niet. Misschien wordt het qua onderhoud voor het rijk te dure museum overgenomen door particulieren. Want dat ons museum moet blijven, dat is zeker. Was er aanvankelijk weinig van een feeststemming te merken, nu is besloten het 75-jarig bestaan (officieel op 24 april) van het Openluchtmuseum toch te vieren. Alle geplande jubileumactiviteiten - met onder andere op 24,25 en 26 april en 2 en 3 mei gratis toegang en uiteraard diverse tentoonstellingen zullen doorgaan. Twee „gratis dagen" vallen helaas op zondag, zodat niet iedereen optimaal zal kunnen profiteren van dit unieke feit. Op de gewone bezoekersdagen zal men meer moeten betalen dan tot nog toe, in verband met de bezuinigingen . . . Voor volwassenen is de toegangsprijs met twee gulden omhooggegaan(nu ƒ 7,-), een gezins(dag)kaartisvier> gulden duurder geworden enkostnu ƒ 15,-. Kinderen onder de achttien en 65plussers betalen vier gulden.

Bouwterrein
De doelstelling van het Openluchtmuseum, dat jaarlijks zo'n vierhonderdduizend bezoekers uit binnen- en buitenland trekt, is het geven van een historisch betrouwbaar beeld van het dagelijks leven in Nederland, het leven, wonen en werken in een niet al te ver verieden. Veel panden die elders voor nieuwbouw moeten wijken, worden steen voor steen in het Openluchtmuseum weer opgebouwd. Zo kan het voorkomen datje, wandelend door het museum, in de buurt van het pannekoekenhuis opeens op een bouwterrein stuit. De „bouwketen, steigers encei^mentmolens roepen nu niet direct gedachten op aan het leven in vroeger tijden. Gelukkig is ter nadere verklaring een bord geplaatst, dat uitlegt: ,,Hier wordt gebouwd de Ned. Herv. Kerk van 's-Heerenhoek, gemeente Borsele". Als je wat dichterbij komt, zie je al gauw dat de stenen waarmee gebouwd wordt niet bepaald twintigste-eeuws zijn. Dan dringt het opeens tot je door dat alle gebouwen in het Openluchtmuseum een keer zijn afgebroken en weer opgebouwd. Want er staan allemaal authentieke objecten. Het is dan ook niet zo vreemd dat het Arnhemse museum een eigen bouwdienst, architect en tekenaars heeft. Ook het afbreken van het pand ter plekke laat men liever niet aan een slopersbedrijf over, vertelt de heer J. M. Stikvoort, die de public-relations voor het oude-gebouwenpark verzorgt. ,,Onze bouwdienst is erbij tijdens de afbraak. Soms krijgen we hulp van particulieren uit de plaats zelf: bij de afbraak van het kerkje uit 'sHeerenhoek zijn we geholpen door werkloze bouwvakkers. Maar dat is per project verschillend.''

Vierde poging
Voor het symbolische bedrag van een gulden werd het kerkje gekocht van de gemeente Borsele, waarmee een lang gekoesterde wens in vervulling ging. ,, Dit is het eerste kerkje in het museum, maar het is al onze vierde poging," vertelt Stikvoort. ,,Onze eerste poging was in Volendam. Daar stond een mooi stolpkerkje, dat niet meer in gebruik was. Maar toen wij er belangstelling voor toonden, metingen deden en zo, dacht de kerkeraad: nou, dan is het zeker iets bijzonder. Daarom is het ter plaatse gerestaureerd en weer in gebruik genomen. In Blauwkapel, waar we onze tweede poging deden, ging het net zo." De derde keer beproefde het museum z' n geluk in een dorpje bij Delfzijl, waar-* een kerkje dat tegen de zeedijk stond zou verdwijnen omdat de dijk verhoogd moest worden. ,,Datwasin de jaren zestig," herinnert Stikvoort zich.,, Maar ook daar is vanwege onze belangstelling besloten de dijk om het kerkje heen te verhogen, zodat het behouden kon blijven."

Opslagplaats
In' s-Heerenhoek is het dan eindelijk wel gelukt: in 1984 ,,kocht" het museum het hervormde bedehuis, dat echter van 1970 tot 1976 als opslagplaats was gebruikt. Er is dan ook weinig fantasie voor nodig om je de toestand voor te stellen waarin het kerkje werd aangetroffen. ,,Banken, preekstoel en orgel waren eruit gehaald," schildert Stikvoort de troosteloze situatie. ,,De preekstoel en het orgel zijn bij particulieren terechtgekomen, maar we gaan proberen die terug te kopen. De banken zijn echt verdwenen, waarschijnlijk verbrand, maar die kunnen we eventueel namaken.'' Het is echter nog niet zeker of het kerkje inderdaad als zodanig zal worden ingericht. Het is ook best mogelijk dat het een zaaltje wordt waar lezingen e.d. gehouden kunnen worden. De bouwdienst van het Openluchtmuseum maakt zo veel mogelijk gebruik van originele spullen, maar als dat niet kan maakt men de onderdelen na. Het houtwerk van de ramen en het houten klokketorentje van het 's-Heerenhoekse bedehuis waren bijvoorbeeld verrot. De museumbouwers hebben deze stukken wel meegenomen, om aan de hand van de originelen in de werkplaats kopieën te kunnen maken. Op de tekenkamer (gevestigd in de „blekerij") worden de modeltekeningen vervaardigd. Rieten daken worden altijd vervangen door nieuwe. „Maar dat kleurt zo snel bij, na een jaar zie je niet meer dat het nieuw is," deelt Stikvoort geruststellend mee op mijn vraag of dat geen vreemd gezicht is, een uit verweerde stenen opgetrokken boerderij met een dakbedekking anno 1987. De rietdekker dekt de daken op de ouderwetse manier, maar het riet wordt wel bewerkt met een vloeistofwaardoor het minder brandgevaarlijk is. En dat deden onze voorvaderen niet.

Bouwplaatje
Als een gebouw naar het museum wordt overgeplaatst is het niet zo dat elke steen of dakpan weer op zijn zelfde plek terug komt. Gebinten en ramen worden wel genummerd. Dat is in de landbouwwerktuigenloods uit Goes nog te zien, waar men met opzet de nummering op de gebinten heeft laten staan. ,,Dan kunnen de bezoekers zien dat we het eigenlijk net als een bouwplaatje in elkaar zetten," verklaart Stikvoort. Dakpannen vormen blijkbaar een zeer kwetsbaar onderdeel, want die moeten volgens Stikvoort wel vaak gekocht worden. ,,Dat doen we dan bij slopers in de buurt. We hebben daarvoor een opslagplaats in het bos, waar dakpannen, stenen enzovoort liggen. In de houtloods staan allerlei oude gebinten. In Brabant werden bijvoorbeeld twintig boerderijen onteigend en afgebroken in verband met uitbreiding van het dorp. We kregen een telefoontje van gemeentewerken en hebben de mooiste boerderij er uitgekozen. Van een andere kozen we hetbakhuisje, van een derde namen we de schuur. Zo kun je je voorraad dakpannen en dergelijke ook aanvullen.''

Waterpas
Veel tips krijgt het museum van de Vereniging Vrienden van het Openluchtmuseum. Natuurlijk, waar zijn het anders vrienden voor. Een architect met wie de museummensen goede relaties hebben gaf de tip van het Zeeuwse kerkje door; soms bellen gemeentebesturen, dat een oud pand moet verdwijnen. Het vervoer van de afgebroken gebouwen naarde nieuwe plaats van bestemming geeft geen moeilijkheden. Alles wordt namelijk helemaal uit elkaar gehaald en later weer in elkaar gezet. ,,Bij het Zuiderzeemuseum hebben ze een techniek ontwikkeld waardoor ze soms hele gevels in een keer kunnen weghalen en vervoeren. Maar daar gaat het over het algemeen om kleinere huizen," legt Stikvoort uit, ,,wij hebben vaak heel grote gebouwen en dan kun je zoiets niet doen." Met rechte hoeken en waterpas-staan namen de bouwers het vroeger niet zo nauw, zodat vee! historische panden niet slechts scheefgezakt zijn, maar gewoon scheef gebouwd zijn. Wordt dat in het museum rechtgetrokken of behoudt het gebouw zijn oorspronkelijke stand?,, Dat is verschillend," antwoordt Stikvoort. ,, Soms laten we het gebouw in de toestand waarin we het aantroffen. De Groningse boerderij die hier staat stamt uit 1796, maar we hebben 'm opgebouwd zoals hij in 1940 was, met alle verbouwingen eraan. Oud en nieuw door elkaar dus. We doen het ook wel zo dat we een gebouw terugbrengen in de staat zoals het oorspronkelijk was. Tijdens het afbreken ontdek je bijvoorbeeld een dichtgemetselde deur, of je ziet dat een raamkozijn eerst kleiner of groter was. Met behulp van informatie uit vroeger tijden kun je er vaak achter komen hoe het gebouw eigenlijk is geweest."

Betonnen fundering
Hoewel een pand aan de buitenkant authentiek moet zijn, wordt voor het onzichtbare werk gebruik gemaakt van hedendaagse stevige constructies en materialen. ,,Zo'n gebouw moet hier ook jaren staan," benadrukt de PR-man van het museum. ,,Het kerkje heeft een betonnen fundering gekregen, dat zie je toch niet. De binnenmuren waren wit bepleisterd, dus konden we die van nieuwe stenen metselen, want ze worden toch wit gepleisterd. De oude stenen kunnen we gebruiken voor de buitenmuren." De tijd die het afbreken en opbouwen in beslag neemt is onder andere afhankelijk van de grootte van het te slopen en te restaureren gebouw. Maar ook hulp van buitenaf is een belangrijke factor. „De Groningse boerderij is 55 meter lang, dat was een erg groot project. Als je voor het stenen afbikken eigen mensen had moeten inzetten was dat een enorme klus geworden. Nu hebben Turkse werkloze bouwvakkers hier eenjaar lang stenen voor die boerderij staan afbikken. Dat scheelt een hoop," stelt Stikvoort vast. De Friese boerderij werd in 1961 gekocht, maar pas in '64 opgebouwd, waarna hij in' 66 voor het publiek werd opengesteld. Het kerkje, dat in 1984 eigendom van het museum werd, hoopt men in het voorjaar van 1988tekunnen openen. Een dit jaar aangekochte zuivelfabriek in Veenwouden zal waarschijnlijk pas in 1992 in het Openluchtmuseum te bezichtigen zijn, als de toekomst van het museum tenminste definitief veilig gesteld wordt.

Gebruiksvoorwerpei,
Ook de kosten per project verschillen. Het luttele bedrag van een gulden wordt weliswaar vaker betaald, maar het komt ook voor dat het museum met twintigtot dertigduizend keer zo veel over de brug moet komen. Maar dat heeft men er graag voor over om de doelstelling te verwezenlijken: een indruk geven van het wonen en werken van de Nederlander in vroeger tijden, waarbij vroeger soms 1940 is. In de loop der tijd heeft het Openluchtmuseum zeer veel oude gebruiksvoorwerpen verzameld waarvoor nog geen passende behuizing is.,,We hebben geen kuiperij, geen zilversmederij, terwijl we daar wel de inrichting voor hebben. Daarom zoeken we nog steeds naar geschikte gebouwfles daarvoor," deelt Stikvoort mee, die graag een tip zou krijgen als u soms iets weet. Het komt het Openluchtmuseum ten goede.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 april 1987

Terdege | 64 Pagina's

Openluchtmuseum viert ondanks alles z'n 75e verjaardag

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 april 1987

Terdege | 64 Pagina's