Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Levenswinst en levenseinde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Levenswinst en levenseinde

"... want het leven is mij Christus en het sterven is mij gewin"Filippenzen 1:21

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

<br />

Soms kunt u op het hek van een oud kerkhof twee Latijnse woorden lezen: memento mori;.. gedenk te sterven. Ze herinneren er de levenden aan, dat zij niet eindeloos op de aarde zullen zijn. En de vraag komt dan op: wat is ons leven en waarvan is het vervuld? We horen in de tekst iemand een antwoord geven; het is Paulus, de apostel, die de spanning tussen vandaag en morgen kende. Hij zegt: het leven is mij Christus en het sterven is mij gewin. Waarom zegt hij dat? Is dat soms een kreet die hem boven de zorgen van zijn leven moest uittillen? Neen, het is een geloofswoord, dat in nauw verband staat met wat eraan voorafgaat. Paulus schrijft aan de gemeente van Filippi, over wat hem overkomen is in de gevangenis te Rome. En hoe het nu met hem zal aflopen? Hij hoopt op vrijlating, maar het kan ook zijn doodvonnis zijn. Maar het is hem om het even wat hem te wachten staat: te leven of te sterven. Niet datieven en dood hem onverschillig zouden zijn. Bij hem is geen minachting voor het leven; ook geen vrees voor de dood. Maar het gaat hem om één ding; dat hij gevangene is en veel moet lijden, dat deert hem allemaal niet, als de Naam van Christus, zijn Heere, er maar in grootgemaakt wordt. Hij zegt: te leven, hoe het ook is, en wat mij daarin ook overkomt, te leven is mij Christus.

Toch stellen we de vraag: hoe komt het dat Paulus zo kan spreken? Was er ook niet een tijd geweest, dat zijn leven van andere dingen sprak; een tijd waarin hij belijders van Christus' Naam wilde ombrengen? Wel, de oorzaak van dit woord kunnen we nooit bij Paulus zelf zoeken. Die ligt bij Hem, voor Wie hij nu alles overhad: Christus. Vroeger joeg Paulus achter een heleboel idealen aan, die hem vroom toeschenen, maar het niet waren. En uiterlijk gezien kon hij op veel voorrechten prat gaan. Maar hij moest ontdekken, dat hij met al zijn streven toch in wezen een vijand van God en van Christus was. Toen echter de koers van zijn leven veranderd was op de weg naar Damaskus, waar Jezus hem tegenhield, moest hij leren leven uit Hem en voor Hem. In zijn bekering moest hij al zijn eigen godsdienstigheid verliezen, en wat eerst zijn winst was, werd nu zijn schade. Voortaan geen doe-het-zelver meer, maar iemand die moest vragen: wat wilt U, Heere, dat ik doen zal... Dat was het werk van Gods Geest in hem.

Willen wij eeuwig leven, dan wijst ons de Bijbel de weg aan van het sterven-aan-onszelf: volg Mij! Dat betekent sterven aan je eigen verstand en eigen wijsheid. Je kunt je dan niet meer laten beheersen door eigen vermaak, waar de smaak van af is. En wat van onszelf is gaat er dan aan, maar zo komt er wel plaats voor deze Christus. Geen wonder, dat Paulus vol van Hem is. Zijn hele bestaan, met al wat hij heeft, is opgenomen door Christus. Daardoor leeft hij niet meer, maar Christus in hèm. Het leven Christus... Laten we onszelf nu eens daaraan toetsen, in hoeverre ons leven met dat van Paulus vergeleken kan worden. Als we ons afvragen waarmee wij vervuld zijn, kan dat dan ook zo luiden, zoals Paulus zegt? Waar leven wij voor? Is dat ons bezit, of ons geld, ons bedrijf... of ons werk, onze studie? Vaak is dat onze levensvulling. Anderen ijveren in het maatschappelijke en kerkelijke leven. Weer anderen zijn vervuld van hun tegenspoed of ziekte. Dan zit er soms meer opstand dan dat we stil berusten in Gods wil. Ja, en toch kan dat; alleen door Gods genade, die tot veel, ja tot alles in staat stelt. Want als het leven Christus is, dan betekent dit, dat we alleen voor Hem leven; en méér nog; dat Hij voor miJ leeft, zodat we zonder Hem niets kunnen doen en buiten Hem niet leven willen. Dat geeft aan ons armzalig bestaan een rijke inhoud: levensmoed, levenskracht en levensglans; bovenal: levensdoel, namelijk de liefdedienst van de Heere, die nooit verdrieten zal; die ook zichtbaar wil zijn in ons, ook op de markt van het leven. Ludx\ leven door het geloof met Hem geeft ook een uitzicht. Want als ons leven Christus (geweest) is, wordt het sterven gewin. Hoe kan echter sterven winst geven... de dood brengt toch altijd scheiding teweeg; dan is er toch sprake van verlies? Hoe kan Paulus dan beweren, dat sterven gewin is? Als we lezen wat hier staat, dan zou het betekenen, dat die winst alleen betrekking zou hebben op Paulus. Maar dat is te beperkt. Het is ook gewin voor Christus. Als Hijmaar grootgemaakt wordt door leven of door dood. Enerzijds is het gewin voor Gods Kerk op aarde; zij mag er door bemoedigd worden; anderzijds, als Paulus zou sterven, dan zou het in de hemel nog meer winst geven voor Christus. We zeggen wel eens bij de dood van een kind van God: een bidder minder op aarde, en een lover meer in de hemel. Het brengt hem namelijk voor eeuwig bij zijn Heere. Bij de dood zal hij verlost worden van wat hem eerst zo neerdrukte: de zonde. Wat een vreugdedag zal dat wezen voor Gods Kerk. Allermeest omdat de Koning van de Kerk dan aanschouwd zal mogen worden in Zijn schoonheid. Die winst is meer dan alles wat moet worden achtergelaten.

Nu is het van tweeën één: zal ons sterven winst of verlies zijn? Dat hangt ervan af, hoe ons leven is. Daarom niet allereerst: gedenkt te sterven, maar gedenkt te leven! Of ons leven is voor Christus... of het is voor onszelf. Maar dan is het sterven verlies. Om dan nog maar te zwijgen van het eeuwig buiten God moeten zijn. Als we gehoorzaamheid aan Hem hebben geleerd door Zijn Geest, en strijden in Zijn Naam, dan mogen we verliezen op aarde lijden. Door alle nederlagen en tegenslag heen, voert Hij naar de overwinning die met Zij n bloed is gekocht en behaald. En omdat Hij alles gaf, wil Hij nu ook alles zijn. Want het leven is mij Christus, en het sterven is mij gewin: een zeker levensdoel, maar ook een hoopvol levenseinde. ,,Want bezwijkt dan mijn vlees en mijn hart, zo is God de rotssteen van mijn hart en mijn deel in eeuwigheid!"

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 11 mei 1988

Terdege | 72 Pagina's

Levenswinst en levenseinde

Bekijk de hele uitgave van woensdag 11 mei 1988

Terdege | 72 Pagina's