Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Borstvoeding is prima, maar 'fleskind' kan toch ook goed contact met moeder hebben?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Borstvoeding is prima, maar 'fleskind' kan toch ook goed contact met moeder hebben?

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Borstvoeding of flesvoeding? Het vraagstuk is al jaren oud, waarbij de laatste tijd (weer) de voorkeur lijkt te worden gegeven aan de natuurlijke methode. Boeken over borstvoeding, geschreven door allerlei deskundigen, zijn er genoeg; onlangs verscheen een boek "uit de praktijk" van een moeder, die daarin haar ervaringen beschrijft. Ondanks alle moeilijkheden raadt ze toch borstvoeding aan, hoewel niet alle redenen die ze daarvoor aanvoert voor iedereen aannemelijk zullen zijn.<br />

Het is ai weer een aantal jaren geleden, dat allerlei deskundigen ontdekten dat er vele voordelen verbonden zijn aan het geven van borstvoeding boven flesvoeding. In vroeger tijden was het normaal dat de baby bij de moeder dronk. Er was eigenlijk ook geen keuze of men moest een "min" opzoeken. Zij gaf -tegen betaling- haar borstvoeding aan het kind van een rijke en vaak moest het eigen kind daaronder lijden. Pas veel later probeerde men om verdunde koemelk met suiker te geven in een fles met een speen. Arme werkende vrouwen móesten hun kind wel aan anderen overlaten en de borstvoeding vervangen door deze primitieve flesvoeding. Later was het de gedachte aan vrijheid, gelijkheid aan de man, die een negatieve invloed had op het borstvoeding geven, evenals de reclame voor "gehumaniseerde" (datis vermenselijkte) kunstvoeding. Een tijdlang heeft men het belang van borstvoeding niet zo ingezien. Veel moeders probeerden nog wel of het "lukken" wilde, maar zodra het wat tegenzat adviseerden dokter, verloskundige of kraamhulp om maar snel met dat'' getob" op te houden en de fles voor de dag te halen. De voordelen die ze opnoemden, accepteerden de moeders meestal kritiekloos: de fles is zo snel klaar, gemakkelijk en betrouwbaar! Je ziet wat het kind drinkt en dat is zo'n veilig idee en bovendien heb je eens even je handen vrij als anderen het kind de fles geven. Dat er ook nadelen waren, ontdekten de moeders wel in de praktijk.

Psychische voordelen
De tijd is echter drastisch veranderd. Het "moderne en vrije" fles-geven moest plaatsmaken voor de natuurlijke borstvoeding. Het is echt niet moeilijk om vijf, zes boeken over dit onderwerp te voorschijn te halen waarin uitgebreid ingegaan wordt op de voordelen, de "techniek" en de eventuele problemen rond het borstvoeding geven. En dat is dan nog niet alles, want er blij kt veel meer aan de hand te zijn, dan te zorgen dat de baby geen honger heeft... In de eerste plaats -lezen we- geeft borstvoeding psychische voordelen. Het kindje voelt de lichaamswarmte van moeder, het ervaart de geur, tast met de handjes; het ligt altijd met het gezichtje naar moeder toe, hoort de harttonen en het schijnt dat dit alles een gevoel van veiligheid en geborgenheid creëert. Het contact is wel heel intens! Voor de moeder geeft dat directe huidcontact, het koesterend bezigzijn, en het feit dat de baby van haar melk drinkt èn ervan groeit een heel intense beleving van het moederschap. Er ontwikkelt zich tussen moederen kind een band van liefde en vertrouwen. Het kind ervaart de warmte, de zachtheid, veiligheid, rust en allerlei stimulatievormen en dat gaat 'vanzelf bij borstvoeding. Als het kind de fles krijgt hoeft het hierin niets te kort te komen, maar... er moet wèl bewuster aandacht aan het kind geschonken worden!

Ontwikkelingsniveau
Het voordeel van borstvoeding is verder, dat de baby alléén maar door de moeder gevoed kan worden. Zij is dus iedere keer op haar manier, in een zeker ritme, -eigenlijk voorspelbaar, en dus veilig en vertrouwd— met haar kindje bezig. Ze praat, lacht en kijkt en het kindje raakt gehecht aan die manier van handelen, oppakken, vasthouden, strelen, knuffelen; het kent het gezicht, de stem van moeder en vindt daarin zekerheid en rust. In sommige boeken wordt naar voren gebracht dat moeders die borstvoeding geven vaker lachen tegen hun kind, er meer tegen spreken en het vaker aanhalen. Daardoor wordt de baby méér gestimuleerd en... het kind komt op een hoger ontwikkelingsniveau! In Engeland werd dat in 1946 aan een groot onderzoek onderworpen en inderdaad bleek de uitslag zó te zijn, dat'borstkinderen' op acht- en vijftienjarige leeftijd betere resultaten haalden bij intellectuele vaardigheidstests, dan fleskinderen. Zou dat in 1988 nog zo zijn? Het lijkt mij een interessant onderzoek...

Aangepaste voeding
In de tweede plaats is het de moedermelk zélf die zich bijzonder onderscheidt van welke andere melk dan ook. Het is aangepast aan de speciale behoeften van de baby in elke periode van zijn ontwikkeling. De melk verandert van dag tot dag, van ochtend tot avond, van voeding tot voeding. In het allereerste begin krijgt het babytje colostrum, een soort melk die zich in de borsten bevindt vóór de bevalling. Het is een gelige vloeistof, die eruitziet als de room van volle melk; 't heeft een heel hoog eiwitgehalte en bevat antistoffen tegen vele ziekten. Het is duidelijk dat "gehumaniseerde" kunstvoeding géén bescherming biedt tegen infecties. Ook reageert een baby soms allergisch op de voeding die hij krijgt, maar geen enkele baby is allergisch voor moedermelk. Natuurlijk kan het kind wel huidirritaties oplopen door iets in de voeding van de moeder (uien, druivensap of iets dergelijks). Moedermelk is gemakkelijk verteerbaar en de baby heeft nooit last van verstopping: de ontlasting wordt niet hard in de ingewanden. Het is verder zo, dat moedermelk alle bouwstenen levert die nodig zijn voor de snelle groei en ontwikkeling van de hersenen. Ook kan borstvoeding niet worden opgedrongen, zoals bij flesvoeding. Een "schepje extra" is er evenmin bij en dat is maar goed ook: het leidt later namelijk heel vaak tot het ontstaan van een overmatig grote eetlust met alle ongezonde gevolgen van dien! Een voordeel is ook, dat de baby zestig keer zoveel moeite moet doen om z'n voeding binnen te krijgen als bij flesvoeding. Zo duurt de borstvoeding langer èn het zuigen bevordert een goede kaakvorming, een juiste stand van de tanden en zelfs een geringere kans op tandbederf!

Bijbel
Nog meer zou genoemd kunnen worden, maar ook zo is wel duidelijk dat heel veel pleit voor het geven van borstvoeding. Dat betekent echter niet dat dat altijd gemakkelijk of vanzelf gaat. Degene die veel bezwaren moest overwinnen om borstvoeding te kunnen geven en daarom uit de praktijk kan vooriichten, is de schrijfster van het nog niet zo lang geleden verschenen boek "Borstvoeding, een bron van troost voor moeder en kind". Deze schrijfster, Tineke Snoei-Rozema, voedde haar eerste vier kinderen met de fles, omdat de borstvoeding mislukte. We konden daarvan lezen in een artikel in Terdege, nr. 1, vierde jaargang, 15 oktober 1986. Pas na veel geduld, doorzetting, hulp en goede raad kon ze het vijfde en zesde kind lang en voldoende borstvoeding geven en ze houdt vanuit deze ervaringen alle moeders dan ook voor: ,, Probeer het, werkelijk, het is de moeite waard, niet alleen voor de moeder, maar zeker ook voor het kind. Veel van het hier voorafgaande staat beschreven in het genoemde boek, maar Tineke Snoei-Rozema geeft nog meer. Zij verwijst in hoofdstuk 2 naar de Bijbel, waarin vele voorbeelden te vinden zijn van moeders die hun kind zelf zoogden. Ook haalt zij Calvijn aan, die over Sara schreef: ,,We zien dat Sara de taak van het zogen met haar bevalling heeft verenigd. Want niet tevergeefs bereidt de Heere aan kinderen, voordat zij geboren worden, het voedsel in de borsten der moeders. Die Hij nu de eer verwaardigd heeft om moeder te zijn, maakt Hij aldus tot voedsters, en die erop tegen zijn om hun kinderen te voeden, verbreken zoveel als in hun vermogen is, de heilige band der natuur." In hoofdstuk 3 benadrukt de schrijfster, dat borstvoeding óók opvoeding is, terwijl in hoofdstuk 4 het grote verschil tussen flesvoeding en borstvoeding besproken wordt. Zij doet dat op een heel bijzondere manier, en vergelijkt alleriei natuurlijke dingen met geestelijke zaken. Enkele voorbeelden wil ik noemen uit dit hoofdstuk: „... dat alleen de moeder de aangewezen persoon is die voor haar kindje kan zorgen. Je zult je alleen over moeten geven aan je kind, al is het dan wel eens met pijn (kloven) en moeite (vaker voeden). DeHeere heeft zichzelf overgegeven voor Zijn geestelijke kinderen (...) Ja, dan is de moeder mijns inziens een afschaduwing van Christus." En over het loslaten van tijdschema's:,, Is het zo ook niet met een kind van God? (...) En met eerbied gezegd, houdt God er toch geen schema's op na! Hij heeft nooit gezegd: Zoek Mij tevergeefs." Aan het einde maakt de schrijfster een vergelijking tussen het fleskind -de uitwendige godsdienst met alle voorspoed en zonder enige twijfeling—, en het borstkind dat — net als de wareGodsvreze- niet zo hard groeit. Het borstkind wordt echter gevoed met zuivere melk, en daarmee wordt in overdrachtelijke zin ook Gods volk gevoed. Enkele vragen rijzen na lezing van dit hoofdstuk. Gaan sommige vergelijkingen niet te ver? Kan het natuurlijke zo vergeleken worden met het geestelijke zonder profaan te worden? Uit alles blijkt echter wèl hoe graag de schrijfster ieder van ons ervan wil overtuigen dat borstvoeding vèr boven flesvoeding uitgaat. In haar boek probeert ze daarbij om geen schuldgevoelens aan te kweken bij al die moeders die in de afgelopen jaren hun kinderen de fles gaven. Daarin slaagt zij echter niet geheel, want opmerkingen als: „Moeders die voeden, zijn betere moeders", en ,,Zelf voeden kan iedere moeder" wijzen toch beschuldigend naar de fles-gevende moeder. Waarom doet zij immers zo onnatuurlijk? Elke moeder kan toch borstvoeding geven? Gelukkig lezen we in hetzelfde boek ook, dat borstvoeding alléén niet garant staat voor een liefdevolle opvoeding. Dat is echter voor mijn gevoel te weinig benadrukt. Ik ben ervan overtuigd dat we beter ons babytje met liefde de fles kunnen geven, dan borstvoeding met tegenzin (om welke oorzaak dan ook). Een liefdevolle opvoeding, een band van veiligheid en vertrouwen met moeder, een intens contact kan ons 'fleskindje' óók krijgen en ik vind het jammer, dat daar weinig over in het boek van Tineke Snoei-Rozema te lezen is. Want er kunnen zich toch bijzondere omstandigheden voordoen die het noodzakelijk maken om flesvoeding te geven? Of niet? Het besproken boek bevat een aantal foto's, brieven van moeders, een adreslijst en een literatuuropgave. Het werd uitgegeven bij uitgeverij Van den Berg in Zwijndrecht, telt 155 pagina's en kost/23,50.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 6 juli 1988

Terdege | 64 Pagina's

Borstvoeding is prima, maar 'fleskind' kan toch ook goed contact met moeder hebben?

Bekijk de hele uitgave van woensdag 6 juli 1988

Terdege | 64 Pagina's