De zonde tegen de Heilige Geest

Menigeen wordt wel eens gekweld met de gedachte, de zonde tegen de Heilige Geest te hebben gedaan. In bange aanvechtingen meent men dat er geen vergeving van zonden meer mogelijk is. Dit gevoel kan opkomen bij hen die zich schuldig hebben gemaakt aan zonden van seksuele aard. Of wanneer men deelneemt aan de bediening van het Heilig Avondmaal en onderwijl de zonde aan de hand houdt. Ook komt deze aanvechting voor bij hen die gruwelijke vervloekingen in hun hart voelen opkomen zonder dat ze het uit hun gedachten kunnen zetten. Soms wordt dit een bange strijd in de ziel als, na ontvangen en genoten genade, toch weer een terugvallen in de zonde voorkomt. De angst leeft in het hart: ben ik niet over de grens van het vergeeflijke heengegaan? In zulke bestrijdingen kan het zeer diep gaan. Immers, wanneer je meent dat er naar Christus' eigen Woord geen vergeving meer is, hoe hopeloos is dan je toestand! Als de onvergeeflijke zonde tegen de Heilige Geest is bedreven, wat voor hoop is er dan nog? Het is inderdaad naar het eigen Woord van Jezus Christus, dat de lastering tegen de Geest de mensen niet zal vergeven worden (Matth. 12:31), Nog scherper lezen we het in het Evangelie naar Marcus: , ,Maar zo wie zal gelasterd hebben tegen de Heilige Geest, die heeft geen vergeving in der eeuwigheid, maar hij is schuldig des eeuwigen oordeels" (Mare. 3:29). Wordt dit niet met aangrijpende ernst bevestigd door het Woord van de apostel, dat een schrikkelijke verwachting des oordeels en hitte des vuurs wacht, als wij willens zondigen, nadat wij de kennis der waarheid hebben ontvangen? Het is van groot belang de Vragen voor deze rubriek kunt u sturen naar Terdege, Pastoraal bekeken. Postbus 75,7300 AB Apeldoorn. Vragen die niet geschikt zijn voor beantwoording in Terdege ontvangt u retour. Heilige Schrift te laten spreken. Vloeien veel aanvechtingen niet voort uit onkunde omtrent Gods Woord? In Mattheüs 12 lezen we in welke situatie de Heere Jezus spreekt over de lastering tegen de Geest. De Heere Jezus had een mens genezen die van de duivel was bezeten. De reactie van de schare was: ,,Is niet Deze de Zoon van David?" De Farizeeën beoordeelden deze daad van Christus geheel anders. Zij noemden het een werking van Beëlzebul, de overste der duivelen. Die uitspraak heeft Jezus toen hiermee verklaard, dat zij zich aldus schuldig maakten aan de zonde tegen de Heilige Geest.

Verharding
Uit deze geschiedenis blijkt het volgende: 1. De zonde tegen de Heilige Geest kan alleen voorkomen bij hen die een openbaring van Gods heerlijkheid zien. Ze hadden de Majesteit van Jezus aanschouwd. Het Koninkrijk Gods was tot hen gekomen in die duiveluitwerping door Christus. 2. De Farizeeën hebben moedwillig, tegen beter weten in, deze Goddelijke openbaring van Zijn Koninkrijk afgewezen. Welbewust hebben ze daarmee Christus verworpen als de Messias. 3. Ze zijn niet,,zomaar" of aan het begin van Jezus' openbaring tot deze zonde gekomen. Deze lastering tegen de Heilige Geest is vrucht van een proces van verharding. 4. Omdat men welbewust het heerlijkste in de Zoon der liefde als duivels typeerde, is er niet de minste behoefte aan vergeving. In het hart is geen plaats meer voor berouw of droefheid naar God.

Geen afval
Als we dit goed op ons laten inwerken betekent het, dat een wereldling die de krachten der toekomende eeuw niet kent, zich niet schuldig kan maken aan deze zonde. Laat dit ons verantwoordelij kheidsbesef mogen versterken, daar wij onder of bij de bediening van de Heilige Geest verkeren! Voorts maakt het een groot verschil of wij uit zwakheid des vleses in zonden vallen, dan wel uit haat en vijandschap Christus verwerpen. Deze zonde, de lastering tegen de Geest, kan nooit door een kind van God begaan worden. Want deze zonde bestaat niet daarin, dat een bekeerde van de genade vervalt. Dat zou in strijd zijn met de leer van de volharding der heiligen. Ook houdt deze zonde niet in: een zondigen tegen beter weten in. Wie zou dan zalig kunnen worden? Ook Gods kinderen maken zich hieraan schuldig. Maar wie bewust het werk van Christus' Geest als het werk van de duivel aanmerkt, die staat schuldig aan het eeuwige oor ded."

Geweten
Dat verklaart ook waarom deze zonde niet vergeven kan worden. Waar het licht bewust duisternis wordt genoemd, is men in de zonde zover voortgegaan, dat er verblinding en verharding is opgetreden. Het geweten is als met een brandijzer toegeschroeid. In hoogmoedige opstand tegen God is er geen opening meer voor het werk van Gods Geest (menselijk gesproken). In degenen die in openlijk verzet zich blijvend tegen de Heere stellen, schiet deze lastering wortel. Deze zonde komt niet op in verslagen en troosteloze harten. Waar er berouw over de zonde wordt gevoeld en het geweten nog spreekt, is men nog niet afgesloten voor de geestelijke bearbeiding tot zaligheid. De mogelijkheid tot veriossing is aanwezig. Dit zij tot troost voor hen die hiermee worden aangevochten. Bezwaarde zielen voelen hun onmacht om het geloof te grijpen. Bekommerde harten kennen de boze inspraak van binnen. Als zij in de bestrijding zuchten om van de genade des Heeren verzekerd te mogen worden, als zij het buiten de Heere en Zijn gunst niet meer kunnen stellen, mogen zij ervan verzekerd zijn dat die wanhoop zich nooit terecht van hen meester mag maken. Zulken hebben de onvergeeflijke zonde tegen de Geest niet bedreven. Dit neemt niet weg dat er in het hart van Gods kind verschrikkelijke gedachten kunnen opkomen. De verdorvenheid van het vlees doet zich gelden. Onder Gods toelating kunnen ze nog diep vallen. Ze kunnen bevreesd zijn dat al hun tranen niet meer dan een Kaïnsberouw waren. Getuigt de strijd die er met deze dingen is, niet van een ander leven? Dat de smaak der genade nog niet is verloren en dat men de Geest des Heeren niet onrein acht? De aangevochtenen zij daarom toegeroepen: ,, Gij die God zoekt in al uw zielsverdriet, houdt aan, grijpt moed, uw hart zal vrolijk leven!"

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen