Visite onder kerktijd, wat moet je daar mee?
<br />
Dat kan zomaar gebeuren. Op zondag familie of collega's op bezoek. Buitenkerkelijken bedoel ik. De wereld gebruikt (misbruikt liever gezegd) de dag des Heeren onder andere voor familie- en/of kennissenbezoek. U zegt: Wat moet ik daarmee aan? Dit behoort helemaal geen vraag voor u te zijn! Tenminste: als u zichzelf niet wilt sparen.
Welkom
Hoor ik het hekje klappen? U kijkt door het raam. Oh! Bezoek. Meneer en mevrouw Kerkniet. U mag hen niet bij de deur afschepen. Dat is niet christelijk. Dat is liefdeloos. Dat stoot af. Dat kan niet. Dat mag niet. Ontvang hen hartelijk. „Neemt u plaats. U zit liever op een hoge stoel, mevrouw Kerkniet? Ga uw gang. Kan ik u iets aanbieden? Belieft u koffie? Met of zonder?" Daar zit u dan.
Leiding
U als gastheer houdt de leiding van het gesprek in handen. Daar moet u op letten. U vraagt niet al te uitvoerig hoe zij het maken. Want dan bestaat het gevaar dat u lange wereldse verhalen moet aanhoren. Dat moet u zien te voorkomen. U neemt zelf veel het woord. Wees volkomen uzelf. Waar moet ik het over hebben? Dat is niet moeilijk. Het is zondag. U vertelt iets over de morgenpreek. Heel gewoon. Iedereen behoort naar de kerk te gaan. En al denkt de massa daar anders over in deze geseculariseerde tijd, daar hebben we niets mee te maken. Getallen zeggen niets. Zij die naar het Woord willen leven zijn altijd in de minderheid geweest. U merkt: zij voelen zich onwennig. Om niet te zeggen: opgelaten. Maar: u trekt zich daar niets van aan. U praat gewoon door.
Geen paniek
U moet niet steeds een steelse blik op de klok werpen. Ja, maar de klok tikt door. En oh, als ze voor kerktijd nog niet weg zijn! Geen zenuwachtigheid. Geen paniek. Er is niets aan de hand. Alleen natuurlijk wel wat ik zo net al zei: hebt u uzelf ervoor over? Durft u ervoor uit te komen? Het is inmiddels tijd om naar de kerk te gaan. ,,Mevrouw en meneer Kerkniet, neemt u ons niet kwalijk, maar wij moeten ons nu gereedmaken voor de tweede kerkdienst." ,JK\ weer? En u bent net geweest vanmorgen." „Ja, maar wij hebben altijd twee kear kerk. Maar u behoeft voor ons niet weg te gaan. Zeer beslist niet. U kunt twee dingen doen: met ons meegaan naar de kerk. Dat zouden wij het liefste willen. U bent daar hartelijk welkom. Als u dit echter liever niet doet, kunt u rustig hier in ons huis blijven zitten. Neem gerust nog koffie als u daar trek in hebt. Het staat allemaal klaar in de keuken. U doet maar net of u thuis bent. En als wij weer terugkomen kunt u gerust met ons mee eten. Dat is geen enkel bezwaar. Dan kunnen wij u gelijk iets vertellen over de avondpreek. Maar nogmaals: wij zouden het zeer op prijs stellen als u met ons meegaat naar de kerk."
Op andere wijze
Uiteraard is het bovenstaande een voorbeeld van hoe u zou kunnen handelen. Misschien weet u wel een betere manier om dit aan te pakken. Dat zou goed kunnen zijn. De wijze waarop is niet het belangrijkste. Als het maar gedaan wordt. In bewogenheid. En met veel liefde en tact. Deze mensen hebben ook een kostelijke ziel voor de eeuwigheid. De vraag waar het om gaat is: komen wij vrijmoedig uit voor de Heere en Zijn dienst? De wereld komt openlijk voor zijn afgoden uit. En zouden wij het dan niet moeten doen? Dus: de wijze waarop is niet het belangrijkste. Als het maar gebeurt. En als het maar goed gebeurt.
Schuldgevoel
Misschien zijn er onder onze lezers die wel eens een kerkdienst hebben verzuimd om deze oorzaak. Als het goed is krijgt u daar last van. Wordt u dit tot schuld. Dan komt u daarmee op de knieën. Dan vraagt u om vergeving aan de Heere en tevens of u in voorkomende gevallen vrijmoedigheid mag hebben om voor Zijn Naam en Zaak uit te komen! U ziet: we behoeven niet op Petrus neer te zien!
Zeldzaamheid?
De vraag is: komt zoiets in onze reformatorische gezindte sporadisch voor? Is dit een zeldzaamheid? Of... of... moeten we vrezen dat dit nogal eens voorvalt? Ik hoorde eens dat een kind van vijf jaar opmerkte: „Nu is de Heere boos op ons. Want we hadden naar de kerk moeten gaan!" Diep beschamend voor de ouders.
Moeilijk
Moeilijk, zegt u? Kreeg u het er maar echt moeilijk mee! Want als u er geen schuldgevoelens aan overhoudt en wanneer u met het grootste gemak voor de wereld op zij gaat... Dan is dat een bewijs dat u uw leven niet hebt verloren. ,,Hebt de wereld niet lief, noch hetgeen in de wereld is; zo iemand de wereld liefheeft, de liefde des Vaders is niet in hem", 1 Johannes 2:15. Dat spreekt voor zichzelf. U valt niet op en u wilt ook niet opvallen in de wereld. Het is een bewijs dat u een stukje van de wereld bent. En moet u zo straks met de verstandelijke kennis van de waarheid (die dan tegen u getuigen zal) met de wereld vergaan? Bunyan drong sterk aan bij zijn vrouw en kinderen de stad Verderf te verlaten. Maar zij deden dit niet. Bidt u maar veel om door genade te kunnen vertrekken. En dat u in de toekomst niet veel visite zult ontvangen van de wereld, maar veel bezoek van de Koning der Koningen!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 22 mei 1991
Terdege | 72 Pagina's