Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dag in, dag uit ....

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dag in, dag uit ....

De beslommeringen van Jolanda, moeder van vier kinderen. Haar oudste dochter maakt de tekeningen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Naast ons huis loopt een pad. Een tuinpad. En aan het eind van dat pad staat een hut. Een prachtige hut met twee verdiepingen, gebouwd tussen vier palen. Negen jaar geleden zijn we in dit huis komen wonen en onmiddellijk na de verhuizing heeft Jelle een zandbak èn een hut gemaakt zodat de kinderen lekker buiten bezig konden zijn en Jelle ongestoord binnen kon timmeren en verven.

In de eerste jaren deelde Rebekka de lakens uit in de hut. Zij was niet alleen de oudste, maar ook degene met de meeste fantasie en haar twee zusjes hebben daar jarenlang dankbaar gebruik van gemaakt. De laatste tijd is de hut een beetje in verval geraakt. Het dak is weggerot, de wanden tochten en van het trapje naar de bovenste verdieping ontbreekt bijna elke tree.

„Eigenlijk zou ik eens een nieuw dak op de hut moeten zetten", peinst Jelle op een dag hardop. „Ja", roept Stefan meteen, „en maakt u er dan ook een deur in met een echt slot?" De hut heeft niet alleen een deur met een echt slot gekregen en een nieuw dak, maar ook een luik, zodat Stefan vanuit de hut op het platte dakje kan komen. Ik ben bijna jaloers op zoiets moois.

De jongens uit de straat blijkbaar ook. Nog nooit heeft Stefan zoveel aanloop gehad als nu. Jongens die ik helemaal niet ken, hollen onze tuin in en uit. Allemaal willen ze de hut bekijken en er het liefst nog over bazen ook. Stefan weet niet goed raad met zoveel aandacht en ik eigenlijk ook niet. Kan ik die jongens nu gewoon wegsturen of is dat ongastvrij?

Gelukkig is Jelle iets minder teerhartig. Als hij op een dag thuiskomt en zich voor de zoveelste keer een weg moet banen om bij de achterdeur te komen, is het uit met zijn geduld. Hij roept de jongens bijeen en legt ze vriendelijk doch beslist uit dat dit zijn tuin is en dat hij toch wel een béétje privacy wenst.

Eén van de jongens kijkt hem trouwhartig aan: „Ja meneer, natuurlijk meneer, we begrijpen dat u rust wilt in uw eigen tuin, meneer. We zullen ook niet verder komen dan dit stukje bij de hut."

Even is Jelle sprakeloos. Dan wijst hij met een weids gebaar naar hut en tuinpad. „Jongen", zegt hij, met de nadruk op jongen. „Jongen, je begrijpt er helemaal niéts van. Dit IS mijn tuin!"

Deze boodschap is duidelijker en teleurgesteld druipen de jongens af. Stefan kan eindelijk gebruik maken van zijn eigen hut. Weet u wat hij verzonnen heeft met zijn vriendjes? "Soldaatje" spelen! Maar daarover de volgende heer.

                              ------------------------------

Frederique

Ze hebben weer eens een club opgericht. En ik hoor de enthousiaste beginverhalen met (af)gepaste aandacht aan. Ik denk er het mijne van, want voor ze vijf keer 'vergaderd' hebben is de club dikwijls al weer opgedoekt. Tegen beter weten in probeer ik toch Frederique op andere gedachten te brengen. „Zou je dat nu wel doen, je hebt zo 'n leuke vriendin en jullie vervelen je nooit en negen van de tien keer draait het op ruzie uit...!"

Alsof ik niets gezegd heb ratelt ze even enthousiast als daarnet verder: „Die en die doen ook mee en het heet "defrutselknutselclub" en we gaan twee keer per week naar Linda. En we gaan scherven zoeken, want daar willen we iets van gaan maken... 

Na nog één nutteloze poging:„Scherven nota bene, wat is daar nu van te maken?"geef ik het op. Ze schokschoudert als antwoord en zegt: „O, dat zien we nog wel, dat weet ik ook niet."Dan in één adem er achteraan: „Mag ik een plastic zak voor de scherven? Ik ga hier alvast in de tuin zoeken."

Als ze terugkomt is ze alleen maar fanatieker geworden. „Moet je kijken mam, hier heb ik zo 'n mooie (een wit stukje met pastelrozen) en deze ook (delftsblauw) en zie je, deze heeft een gouden randje!" Scherven brengen geluk. Die uitdrukking begin ik nu een beetje te begrijpen.

Na enige weken heb ik al drie maal een opheffing plus wederoprichting van de club geregistreerd. Het aantal dreigementen: „Nou, als je zo... (kattig chagrijnig enzovoorts) blijft doen dan stap ik wel op ", zijn hierbij niet eens meegerekend. Het ledental en de opkomst is ook nogal wisselvallig.

Maar de oogst van scherven maakt veel goed; een halve vuilniszak vol, die wisselend bij de één en dan weer bij de ander thuis geparkeerd wordt, wegens hardvochtige ouders die de "rommel" beu zijn. En niet te vergeten; een kleine honderd oude theeschoteltjes dankzij een meelevende dorpsgenote.

Dat ging als volgt. Ze liepen met z'n allen langs de tuinen te speuren tot een aardige oude mevrouw belangstellend vroeg of er soms iets kwijt was. Na hun uitleg volgde de mededeling dat zij nog wel wat oude schoteltjes had. Of dat iets was misschien?

Een nieuw idee werd geboren. Deur aan deur klonk de vraag: „Mevrouw, heeft u soms oude schoteltjes?" Het blijkt een hardnekkige bevlieging te zijn. Zijn we ergens op visite dan vraagt Frederique na een poosje ongedurig: „Zeg mam, zou ik hier even in de tuin mogen zoeken?"

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 oktober 1994

Terdege | 84 Pagina's

Dag in, dag uit ....

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 oktober 1994

Terdege | 84 Pagina's