Christus, almachtige Koning

Op een Sabbath was de Heere Jezus in de synagoge van Kapernaüm. Hij was daar allereerst gekomen om de mensen te leren. Wie was daar ook gekomen? We lezen: „Een mens met een onreine duivelse geest." Een bezetene. Was dat soms krankzinnigheid? Neen, dan had er gestaan: Hij was niet goed bij zinnen.

Neen, het is duidelijk: Een bezetene was een speelbal van een demonische geest. Wat een ongelukkige man. Die duivelse geest beheerste hem helemaal, deed hem zelfs hardop schreeuwen in de dienst. Wat is de satan toch een vreselijke vijand. Hij is nergens bang voor. Hij wil alles in de war sturen. Zelfs de eredienst waarin de beste Prediker voorgaat: de Heere Jezus.

Er zijn wel mensen die overmoedig zeggen: „Ik ben voor de duivel nog niet bang." Dat is domme, goddeloze taal. Zie Lukas 4. De satan staat voor geen ding. Hij durft te komen op de heiligste plaatsen, zelfs bij de prediking in Gods huis. Die demonische geest maakt het die man zelfs benauwd.

Hij kan het onder de preek van Christus niet uithouden. Zodat hij zelfs met grote stem schreeuwde: „Laat af, dat wil zeggen hou op, wat hebben wij met U te doen. Gij Jezus, Nazarener." Hij kende Jezus dus terdege; want hij noemt Hem "Nazarener".

Wat beschamend voor alle ongelovigen. Zij willen Gods Woord niet geloven. Die demonische geest zag in Christus ook zijn Verderver. Want de vraag wordt gesteld: „Zijt Gij gekomen om ons te verderven?" De duivel weet dus heel goed wat er gebeurt bij het eind-oordeel. Dan zal Christus hen werpen in het helse vuur.

Merkt u het: De satan is enerzijds honds-brutaal, anderzijds erg bang. Dat zien we bij wereldse mensen ook. Bij voorspoed worden grote woorden gesproken. Maar nauwelijks is er tegenspoed, en... wordt wat gezien van Gods heiligheid, of ..., de angst komt te voorschijn. Die bezetene riep zelfs: „Ik ken U, Wie Gij zijt, de Heilige Gods."

Weer moeten we schrijven: Wat beschamend voor alle ongelovigen. Ook beschamend voor verschillende sekten en stromingen. Zij willen de Heere Jezus niet erkennen als Zoon van God. Ook niet als God. Ook niet als heilige God. Zelfs de duivelen weten beter. De Zaligmaker zal echter niet toelaten, dat de satan daar het laatste woord heeft.

De Heere Jezus wijst het getuigenis van de boze beslist af. „Jezus bestrafte hem." We merken het: Voor de satan heeft Christus geen enkel barmhartig woord. Nooit. Want... de Heere neemt de engelen (nl. de gevallen engelen) niet aan. Hij neemt het zaad van Abraham aan. De Heere Jezus maakte dan ook korte metten met de verstoring van de dienst.

Krachtig klinkt het uit Zijn mond: „Zwijg stil." In de synagoge en in de kerk moet de satan zwijgen. Hij mag zelfs de Heere Jezus niet noemen: Heilige God. Want die boze geest meent er niets van. Anders had hij Christus wel aangebeden. Maar dat wilde hij niet. En daarom: hou je mond satan. Geen verering van de boze. En verder: „Ga uit van hem." Die demonische geest kan verdwijnen. En meteen.

Hij ging van hem uit." Hij moest het bevel van Jezus gehoorzamen. De satan heeft het bij de verzoeking in de woestijn al verloren. Straks, bij het kruis, zal hij het nog eens van Jezus verliezen. Op grond daarvan moet de boze die man verlaten. Maar... wat gemeen, volgens Markus brulde die ongelukkige man het uit.

Dan wordt het stil. Christus, als de almachtige God, bevrijdde die arme man van de boze. Ja, de profeet Jesaja kondigde Hem al aan: „Men noemt Zijn naam: Wonderlijk, Raad, Sterke God..." Nu, dat bleek duidelijk. Daarom kunt u op Hem rekenen. Christus is almachtig, en ook barmhartig. Hij wil graag machteloze zondaren redden. Ook bezetenen.

Zijn die er dan? Ja, wat dacht u. Bij bezetenheid moeten we denken aan een duidelijke aanwezigheid van de boze. We denken aan drank en drugs, vrijwel in elke gemeente aanwezig. Sommige mensen zijn er "bezeten" van. We denken ook aan de Lotto, de geldjacht, de sport, soms tot verdwazing toe.

We denken ook aan de 06-nummers van de telefoon, de seks, in vele vormen, de vunzige lectuur, de verslaving aan sommige programma's van radio en tv. Niet alleen het laatste. Het is veel uitgebreider. De satan weet zijn demonische geesten goed te gebruiken. Hij weet onze zwakke plekken wel te vinden.

Kijk, daarom geeft bovenaangehaalde tekst ons zoveel onderwijs. En ook troost. We hebben een almachtige Koning. Hij kan ons van elke bezetenheid verlossen. Ga maar in geloof tot Hem. Niemand zoekt Hem tevergeefs. In Kapernaüm waren de mensen verbaasd over het wonder, dat gebeurde. Maar wat jammer... we lezen niet van bekering en geloof En wat horen we van u?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen