Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ethicus prof. dr. W.H. Velema: We kunnen de antwoorden op de vragen van 1995 niet baseren op de feiten van 1945"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ethicus prof. dr. W.H. Velema: We kunnen de antwoorden op de vragen van 1995 niet baseren op de feiten van 1945"

Zondagswerk (5)

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ze zijn vaak getypeerd als de twee bloemen die uit het paradijs zijn overgebleven: het huwelijk en de zondagsrust. Bloemen die in een van God vervreemde samenleving volledig dreigen te verwelken. Het huwelijk ligt al jaren onder vuur. Nu dreigt de zondag te worden geplukt. Hoe hebben bijbelgetrouwe christenen zich in die situatie op te stellen? Een afrondend gesprek met ethicus prof. dr. W.H. Velema.

Zelden weigert prof. dr. W.H. Velema zijn medewerking als tiem wordt gevraagd zijn visie te geven op zaken die de ethiek betreffen. Ook nu stemde hij toe. Maar wel na lang aarzelen. „Ik heb meteen aangevoeld dat ik tot enkele voorzichtige conclusies zal komen die ik liever niet wil, maar eerlijkheidshalve wel móet trekken. Aan de andere kant wilde ik er niet voor uit de weg gaan. Dan laat je mensen die met zondagsarbeid te maken hebben in de kou staan."

Het vierde gebod
Het standpunt over zondagsarbeid wordt in belangrijke mate bepaald door de interpretatie van het vierde gebod. Daarover is in de loop der eeuwen verschil van mening geweest in de christelijke kerk. De ene partij ziet de sabbatsrust als een scheppingsordening, die morele betekenis heeft voor alle eeuwen. De andere partij als een oudtestamentische instelling, met een ceremonieel karakter. In de nieuwe bedeling zouden alle dagen gelijk zijn, omdat in Christus de sabbat is vervuld. Met name Luther zat op dat spoor. Daartegenover zagen de puriteinen de zondag als een voortzetting van de oudtestamentische sabbat. Onder de nadere reformatoren waren beide opvattingen te vinden. Prof Velema voelt zich in zijn zondagsopvatting tussen de reformatoren en de puriteinen in staan. „Ik huldig heel duidelijk het standpunt dat de zondagsviering samenhangt met de blijvende geldigheid van het vierde gebod. Het ceremoniële aspect ervan zou ik vooral willen betrekken op de invulling van de sabbat, zoals die in Israël werd gevierd. Beslissend voor mijn visie op het vierde gebod is, dat de Zoon des mensen Heere is van de sabbat. De hele wet is in Christus vervuld, maar dat betekent niet afgeschaft. Als je de zondagsrust losmaakt van het vierde gebod, dan is het gewoon een sociale maatregel en verdwijnt het geschenk- en gebodskarakter. Daarmee heb je de claim vanuit de kerk op de zondag in belangrijke mate verloren."

Noodzakelijk
Wat zijn de consequenties van uw opvatting voor arbeid op zondag?
„De belangrijkste consequentie is dat op zondag niet gewerkt moet worden, tenzij het gaat om werk van barmhartigheid of noodzakelijkheid. De arbeid van door-de-week mag en moet worden onderbroken. Zo zal ik op zondag geen boeken lezen die ik moet recenseren en geen dissertaties van mensen die hopen te promoveren."
Is in het geheel van de maatschappij nog wel zo scherp te onderscheiden welke arbeid noodzakelijk is, en welke niet?
„Ik denk dat je heel eerlijk moet zeggen dat de vroegere omschrijving van noodzakelijke arbeid door de maatschappelijke en technische ontwikkelingen is ingehaald en moet worden uitgebreid. Neem zaken als gas, licht en telefoon. Die ervaren wij als noodzakelijk, hoewel de samenleving van enkele generaties terug nog zonder kon. Het gevolg is dat we ook de eraan verbonden arbeid op zondag, althans elementen ervan, tot het werk van noodzakelijkheid rekenen. Zo vindt een verschuiving plaats op grond van technische en sociale verworvenheden die we als onmisbaar zijn gaan beschouwen."

Gecompliceerd
U gaf aan dat in deze zondagsarbeid elementen van noodzakelijkheid zitten. Maakt dat de beoordeling ervan niet erg gecompliceerd?
„Geweldig gecompliceerd. Daar komt nog bij dat in de hele ontwikkeling van de zondagsarbeid de financieel-economische factor van groot gewicht is. Ik zou een onderscheid willen maken tussen aan de ene kant zondagsarbeid uit financieel-economische motieven en aan de andere kant produktieprocessen die niet stilgezet kunnen worden."

In hoeverre is dat onderscheid in de praktijk toepasbaar? Ook de continue pro duktie in de procesindustrie heeft naast een technische een financiële achtergrond.
„De scheiding is inderdaad niet altijd aan te brengen. Het ene motief loopt vaak in het andere over. Waarbij in de praktijk blijkt dat het onderscheidingsvermogen snel afstompt als je er middenin staat. We zullen ons daar oprecht rekenschap van moeten geven. Voor mij hangt erg veel af van de motieven waarmee mensen werkzaam zijn in sectoren waaraan zondagsarbeid is verbonden."

Bruikbaar criterium
Omgekeerd valt op dat in het klassieke werk van noodzakelijkheid en barmhartigheid niet-noodzakelijke elementen zijn ingeslopen. Wat betekent dat voor uw waardering van deze zondagsarbeid?
„Het geeft aan hoe zondagsarbeid zich als een olievlek uitbreidt. Laat je het principe van de heiliging van de zondag los, en de erkenning ervan als rustdag, ook voor de werknemer, dan wordt tegelijk het verschil in werkzaamheden losgelaten. Je vindt dat duidelijk terug in de beslissing van ziekenhuizen om ook op zondag te gaan opnemen. Dat is een onnodige uitbreiding van de zondagsarbeid in een sector waarin die op zichzelf legitiem is."

Betekent dit dat we niets meer kunnen met de oude onderscheiding van sectoren?
„De toetssteen van noodzakelijkheid of barmhartigheid als criterium voor zondagsarbeid zou ik willen vasthouden. Wel functioneert die in onze samenleving anders dan enkele generaties terug. Er heeft een zekere uitbreiding plaatsgevonden. Maar het is nog steeds een bruikbaar criterium om onderscheid te maken tussen verschillende typen werkzaamheden."

Openbaar vervoer
Om het wat te concretiseren, wat ziet u in onze samenleving als werk van noodzakelijkheid?
„Ja, dat is niet zo eenvoudig... De winkels open op zondag vind ik in ieder geval niet noodzakelijk. Dat lijkt me duidelijk."

Hoe ligt dat voor een sector als het openbaar vervoer? Zou u de NS en Schiphol stilleggen, wanneer u daarvoor de autoriteit had?
„Dat vind ik een geweldig moeilijke vraag, ik denk dat mijn hart "ja" zou zeggen, maar mijn hoofd "nee". In onze moderne maatschappij zie je zo'n verwevenheid en verwikkeling van allerlei noodzakelijke en niet-noodzakelijke goederenstromen en diensten, ook op internationaal niveau, dat het praktisch onmogelijk is om je daarvan op zondag afzijdig te houden.
Een ander punt is of je als christen moet kiezen voor een loopbaan in deze sector. Hetzelfde geldt voor de procesindustrie. Maar ik vraag me af of we de consequenties van ons standpunt overzien, wanneer we stellen dat Schiphol en de NS op zondag dicht moeten. Er zal, hoe dan ook, een minimum aan openbaar vervoer moeten zijn. Terwijl, nogmaals, mijn hart nee zegt. Ik zal zelf op zondag geen gebruik maken van het openbaar vervoer."

Wegenwacht
Wel van de auto.
„Dat is een terechte opmerking. Ik denk dat we ons als predikanten op dit punt de spiegel moeten voorhouden. Is het noodzakelijk om 160 kilometer van huis te gaan preken? Dat gevoel bekruipt mij ook weleens als ik op zondagmorgen in m'n Toyota stap. Ik zorg er altijd voor dat de auto goed onderhouden is, maar ik heb in de achterliggende dertig jaar toch een keer op zondag met pech langs de weg gestaan. Toen móest ik de ANWB wel bellen. Er zat een gemeente op mij te wachten."

Hoe zag op u dat moment de man die uw voertuig kwam repareren? Verrichtte hij werk van noodzakelijkheid?
(lachend) „Voor mij en die gemeente wel. Kijk, ik kan me voorstellen dat mensen niet bij een instelling als de Wegenwacht willen werken, vanwege de zondagsarbeid die eraan verbonden is. Maar maak je er zelf in een noodsituatie op zondag gebruik van, dan kun je dit werk moeilijk veroordelen. Dat is het spanningsveld waarin we zitten. Wil je precies leven zoals je van binnen voelt dat het eigenlijk moet, dan is de enige oplossing dat je je volledig uit de samenleving terugtrekt. En is dat wat God van ons vraagt?"

Intentie
Financieel-economische factoren mogen geen motief voor zondagsarbeid zijn, gaf u eerder aan. Hoe ligt dat als de continuïteit van het bedrijf in het geding is?
„Ik denk dat we een onderscheid moeten maken tussen het motief van winst maken en het motief van de sociale verantwoordelijkheid. Gaat het om het verhogen van de winst, dan wijs ik zondagsarbeid af Maar nu de situatie dat door de afwijzing van een order waaraan zondagsarbeid verbonden is, honderd man op straat komt te staan... Dan aarzel ik. Dan aarzel ik. Iemand die na een gewetensvolle afweging besluit zo'n order toch te accepteren, wil ik niet veroordelen."
En als hij er niet uit komt en u om advies vraagt?
„Dan zal ik zo veel mogelijk naar de stem van mijn hart luisteren en zeggen: 'Besef je de gevolgen, want van het een komt het ander? Je schept een precedent, zowel naar de opdrachtgever als naar de werknemers toe. Het zal moeilijk zijn om op die weg terug te keren.' Een van uw gespreksgenoten gaf aan dat hij vuile handen maakt. Ik denk dat dat zo is. Desniettemin, als zo'n man kan duidelijk maken dat de toekomst van zijn bedrijf absoluut van die order afhangt, zal ik zeer voorzichtig zijn en hem niet veroordelen als hij die opdracht toch accepteert. Wezenlijk is voor mij dan de intentie waaruit dat gebeurt."

Vakantie
Één punt dat vaak buiten beschouwing blijft, is de reikwijdte van de persoonlijke verantwoordelijkheid Is er een principieel verschil tussen het op zondag laten werken van eigen personeel en het uitbesteden van arbeid aan derden?
„Als u het zo scherp stelt, is er denk ik geen wezenlijk verschil. We ontvangen hetzelfde produkt, alleen uit de handen van een ander." Hoe ziet u in dat licht de reisbranche? „Je kunt er niet omheen dat daarvoor geldt wat u net aangaf Er worden contracten afgesloten met hotels waarin een stuk zondagsarbeid ligt opgesloten. Zelf zijn we veertien dagen in Tsjechië geweest en waren daar ook de zondagen in een hotel. Als we dan naar de eetzaal liepen, dacht ik, met dit gesprek in het vooruitzicht: Jongen, daar ga je. Dan zie je hoe verstrikt we zitten in de verwevenheid van de hele maatschappij."
Heeft deze conclusie niet vergaande consequenties? Want er zijn veelmeer voorbeelden te geven. Om dicht bij huis te blijven, het Reformatorisch Dagblad Is er een principieel verschil tussen nieuwsgaring op zondag door eigen mensen of het gebruik van nieuws dat is aangeleverd door persbureaus ?
„Ik vind dat verschil gradueel, maar niet principieel. Zo eerlijk moeten we zijn. Je neemt een produkt af waarvan je weet dat het op zondag is geproduceerd. Het geeft aan dat een reformatorische ondernemer niet op een eilandje zit, waar hij kan zeggen: Hier heb ik mijn eigen bedrijfsvoering, zonder door anderen beïnvloed te worden."

Gradueel verschil
Hoe belangrijk is voor u zo 'n gradueel verschil?
„Dat mag je niet wegvlakken. Laten we dat wat we aan zondagsrust en zondagsheiliging nog hebben, zorgvuldig bewaken. Ook de kleine verschillen moeten we niet verwaarlozen. Maar je moet niet doen of je door dat graduele verschil een principieel andere manier van doen hebt."
Orthodoxe joden hebben voor het werk op sabbat personeel uit de "gojim", om zelfde handen schoon te houden. Ligt er een parallel met de houding in reformatorische kring ten aanzien van zondagsarbeid?
„Als het om het verschijnsel zelf gaat, ligt er een parallel. Wel heb ik het gevoel dat er verschil is in de beleving ervan. Orthodoxe joden zijn ervan overtuigd dat ze op deze wijze buiten schot blijven. Terwijl ze naar mijn mening, zij het indirect, verantwoordelijk zijn voor de arbeid die voor hen verricht wordt, want ze betalen ervoor. Dat zou alle zelfgenoegzaamheid weg moeten nemen. Zo zijn ook wij niet onschuldig aan de zondagsarbeid die ten bate van ons door derden wordt verricht."
U hebt de indruk dat dat schuldbesef in reformatorische kring meer leeft dan onder orthodoxe joden ?
„Dat betwijfel ik. Omdat men zich te weinig bewust is van de complexiteit van het probleem en de vervlechting van het reformatorische volksdeel met het geheel van de samenleving."

Zegen
In hoeverre moet de zondagsarbeid in een groeiend aantal sectoren van invloed zijn bij studiekeuze en sollicitatie?
„Er zijn sectoren die doordrenkt zijn van zondagsarbeid uit louter financiële motieven. Waar je niets meer kunt tegenhouden of terugdraaien. Zoals ik er nu tegenaan kijk, zeg ik: Mijd die. Er zijn ook sectoren waar welHcht nog iets valt te veranderen ten goede. Daar moeten we ons niet te snel uit terugtrekken. Maar word je volkomen horig aan een onbijbels proces, "een agent van het kwaad" zoals Helmut Thielicke het noemt, dan moet je je afvragen of je niet weg moet gaan. Dat zou ik pastoraal ook adviseren, zonder een rode kaart uit te delen als iemand die stap niet kan nemen."
Bij velen zal de angst voor werkloosheid een grote drempel zijn. Bovendien wordt het aantalalternatieven zonder zondagsarbeid steeds geringer.
„Dat is zo. Aan de andere kant moeten we waken voor pragmatisme, waarbij we geen ruimte meer laten voor een geloofskeus. Er zijn voorbeelden van mensen die uit gewetensnood ontslag hebben genomen en op soms wonderlijke wijze weer werk kregen."
Welke conclusie zou u daaraan willen verbinden?
„Het laat zien dat de Heere God Zijn zegen wil geven als we op Hem hopen en het alleen van Hem verwachten. Ik zou wel voorzichtig zijn om te zeggen: En nu moet ieder precies op dezelfde wijze handelen. Het moet een innerlijke overtuiging zijn."

Censuur
Hoe beoordeelt u kerkelijke censuur vanwege zondagsarbeid?
„Ik denk dat je daar als kerkeraad erg voorzichtig in moet zijn. Dan moet in ieder geval een gesprek zijn gevoerd zoals wij dat nu hier hebben. Je moet van de problemen op de hoogte zijn, weten wat er speelt, wat de motieven zijn. Ik kan me situaties voorstellen waarin censuur terecht is, als de zondagsheiliging puur wordt opgeofferd uit winstbejag. Maar je moet goed weten wat je doet. Het gevaar is groot dat je iemand onder censuur zet, terwijl je daaraan niet de logische consequenties verbindt naar anderen toe. En vooral niet naar jezelf."
Is in dat geval sprake van hypocrisie of van gebrek aan inzicht in de hedendaagse samenleving?
„Het laatste. Ook voor zondagsarbeid geldt dat de ontwikkeling van de ethische standpunten ver achterloopt bij de ontwikkeling van de feiten. De betekenis van deze artikelenserie is, dat dat duidelijk onder de aandacht wordt gebracht. We kunnen de antwoorden op de vragen van 1995 niet baseren op de feiten van 1945. Daar is niemand mee gediend. Al staan we voor lastige vragen, en dat zijn het, we zullen met elkaar in het licht van de Schrift tot een eerlijk antwoord moeten komen.

Eerste christenen
Verwacht u de komende jaren binnen de gereformeerde gezindte een omslag in het denken over zondagsarbeid?
„Ik verwacht dat het huidige proces in de maatschappij zich voort zal zetten en zondagsarbeid, hetzij structureel of incidenteel, langzamerhand gemeengoed zal worden. Dat zal ons denken over zondagsarbeid zeker beïnvloeden en tot een verandering in opstelling leiden. Daarom is het zo nodig dat we in déze periode, nu het zo ver nog niet is, ons eerlijk bezinnen op de houding die we hebben aan te nemen. Anders is het gevaar groot dat alles overboord gaat, wanneer blijkt dat we het oude principiële standpunt niet meer kunnen vasthouden."
Hoe relevant is een verwijzing naar de eerste christengemeenten, die op de eerste dag van de week voor en na het werk bijeen kwamen?
„We zullen, vanuit de eerbiediging van de zondag als de dag des Heeren, al het mogelijke moeten doen om zondagsarbeid te voorkomen of af te remmen. Maar komt er een totaal geseculariseerde samenleving, waarin de patronen volledig worden bepaald door het moderne heidendom, dan is de situatie inderdaad vergelijkbaar met die van de christenen uit de eerste eeuw. En daar gaat het snel naartoe. Hoe zullen we dan als christenen kunnen leven en ons brood verdienen? Het zal in ieder geval een stuk lijden met zich mee brengen. Meer dan ooit zullen we in die situatie de voeding van de verkondiging van het Woord nodig hebben."

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 september 1995

Terdege | 80 Pagina's

Ethicus prof. dr. W.H. Velema: We kunnen de antwoorden op de vragen van 1995 niet baseren op de feiten van 1945

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 september 1995

Terdege | 80 Pagina's