Oorlog in en rondom de woning

Elke zomer is er oorlog in (en deels rondom) vele woningen. Het is een strijd als alle andere. Er vallen veel slachtoffers. Er is een overwinnende partij. Er is een partij die grote verliezen moet incasseren. De oorlog vertoont trekken van een guerrilla. De verliezers duiken op het alleronverwachtst op. Dat doen ze zelfs in grote aantallen. De sterke partij kan zich daarover ernstig op winden.

Waarover heb ik het? Over de strijd van mensen tegen insecten. U kunt zich daarbij van alles en nog wat voorstellen. Midden in de nacht staat vader in de slaapkamer met een krant naar muggen te meppen. Dat lukt niet best en daarom haalt moeder de kruimeldieferbij, in de hoop dat zij de muggen kan opzuigen. Het zijn niet alleen de muggen die het moeten ontgelden. De vliegenmepper doet dienst om (uiteraard) vliegen een kopje of vleugeltje kleiner te maken. Dat ding is ook geschikt om aan het einde van de zomer binnendringende wespen neer te sabelen. Spinnen zijn zulke grote griezels dat niet iedereen ze durft aan te vallen. Dat moet dan maar het dapperste lid van het gezin doen. Tegenover een pissebed op de vloerbedekking midden in de kamer voelt menig moedige huisvrouw zich ook klein worden. Als ze hem een tik met haar slof gegeven heeft, mikt ze hem met behulp van stoffer en blik in de vuilnisbak. Er zijn nog meer dieren te noemen die het onderspit moeten delven in de woning. Denk ook aan de luizen op de planten. Sommige mensen winden zich daarover zo op, dat ze vergeten te genieten van de mooie bloemen. Het legioen mieren in en bij het huis wordt dikwijls ook met groot materieel bestreden. Mierenlokdoosjes, kokend water, mierengif, koperen centen, geurende planten of andere wapens worden in de strijd ingezet.

Vanwaar al die opwinding over insecten thuis? Ik weet het niet precies. Gestoken worden is niet leuk. Sommi ge mensen zijn zelfs allergisch voor insectengif Het motief van de hygiëne speelt ook een rol. Als er vliegen op het vlees of mieren in de jampot zitten, is dat niet fris. Er speelt echter meer. Veel mensen zijn hard voor dieren. Wij mogen vrijwel geen enkel dier ongestraft doden, gelukkig maar. Als het wel mag, doen we het ook.

Hoe kleiner het dier is, des te gemakkelijker gaat het ons af Insecten zijn daarvan de dupe. Veel mensen zijn ook bang voor insecten. Hun angst balt zich samen in de reuzenklap op de wesp. De harige rups moét verpletterd worden, want het is een eng beest. Dit is een opvoedingsprobleem. Onze ouders hebben ons bang gemaakt voor insecten, wij zijn het en wij maken onze kinderen bang. Wij hebben geleerd om te griezelen voor alles wat kriebelt en friemelt, fladdert, zoemt en (soms) steekt. Spinnen zijn de grootste griezels. Die angst is onterecht en staat niet in verhouding tot het gevaar dat dreigt. De meeste diertjes zijn volkomen ongevaarlijk. Sommige gaan op de vlucht voor de mens, zodra ze betrapt worden. Toch staat een mens nog te griezelen bij een vluchtende spin, klaar om hem dood te maken.

Onze angst betreft niet alle insecten. Als kind leerden we de kleurrijke insecten te bewonderen en in leven te laten. Onaantrekkelijke dieren riepen afschuw op, aantrekkelijke bewondering. (Dat is nu echt menselijk!) Een zwart torretje in de huiskamer was eng en werd doodgemaakt. Hetzelfde torretje rood met zwarte stippen (het lieveheersbeestje) was mooi en mocht over onze kinderhandjes lopen. Een kleurrijke dagvlinder werd bewonderd. Als die in huis vloog moest hij buitengebracht worden. Een soortgelijke, maar minder kleurrijke nachtvlinder die 's avonds om de lamp fladderde, werd met een krant kapot geslagen. Dat was een eng beest. Mensen zitten raar in elkaar. We vinden de zeer ijverige en betrekkelijk schone mieren op het aanrecht irritant. Onze luie hond die verhaart, soms kwijlt uit zijn bek en onzichtbaar vlooien heeft, knuffelen we. We genieten van onze hond die met een tak sleept. Dat in onze vensterbank een mier zeult met een miniscuul klein stokje, zien we niet eens. Laat staan dat we ervan genieten.

U mag van mij insecten buiten uw woning proberen te houden. U kunt horren aanbrengen in ramen en deuren en kieren dichtmaken. Als er toch nog insecten in huis komen, kunt u sommige gemakkelijk vangen en buiten brengen. Dat bespaart u ook nog opruimwerkzaamheden. Dan nog kan het nodig zijn dat u sommige dieren doodmaakt. Ik zeg daarbij wel dit: staak de grote oorlog en de vanzelfsprekendheid waarmee u van u afslaat. De grootste overwinnaar is degene die zichzelf overwint en tot vrede bereid is. Met de meeste insecten zit dat, denk ik, wel goed.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen