Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Konzentrationslager Natzweiler-Struthof

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Konzentrationslager Natzweiler-Struthof

Aanklacht in de Vogezen

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

"Nacht und Nebel" van Floris Bakels wees ons een weg. "Het boek der kampen" van Ludo van Eek deed de rest. Concentratiekamp Natzweiler-Struthof was er nog, aan de rand van de Vogezen. Aangetrokken door een stukje geschiedenis, deden we na een Oostenrijkse vakantie Franlcrijk aan. Opdat wij niet vergeten.

De omgeving is er mooi. In het dal hangt de schaduw van de heuvels. Het dorpje Rothau geett een rustige aanblik. Ooit stopte bij het kleine stationnetje wagon na wagon. In rijen trokken ze omhoog, de heuvels in. Jonge en oude mannen. Duitsers in april 1941 ais eersten. Larer Fransen, Belgen, Luxemburgers, Nederlanders, Polen en Russen. Met gebogen hoofden. Op weg naar de onzekerheid, in ieder geval niet naar het leven. Hier ergens moet het zijn. De bewegwijzering ontbreekt. In rap Frans wijst een oudere man ons de weg. "Monument National?" Links, rechts, links - we houden hem bijna niet bij. Op het gevoel rijden we verder. Omhoog moeten we, maar dat wisten we al.

Dodenkamp
Ze hebben een prachtige plaats uitgekozen voor hun kamp, de Duitsers, in september 1940. "Le Struthof' was de naam van een hotel-restaurant, waar in de winter mensen uit Straatsburg kwamen skiën. Een plaats die vanuit het dal niet te zien was. Een heel mooi kamp moest er van de grond komen. Prachtige tekeningen liet SS-Standartenführer Blumberg maken. Het was een kamp dat -hoe ironisch!- door de gevangenen gebouwd moest worden. Dag in dag uit van barak naar steengroeve en weer terug. Met het materiaal voor de barakken op je riiiï. Door weer en wiiici, ni de brandende zon. De honden van de bewakers in de buurt. Opeens is er, na een kronkelige klim in een prachtig stukje natuur, een driesprong met een eenvoudige wegwijzer: "NarzwiUer Struthof', in 't Frans gespeld, op z'n Frans uitgesproken. We rijden lang.s een grijs gebouwtje. In de verte steken twee zwarte torens omhoog. Flet zijn de wachttorens van het "Lager". Aan het begin van de parkeerplaats staat het eerste monument: een beeld van een uitgemergeld lichaam. Ze kwamen om te werken, de gevangenen van het adelaarsvolk. i\4aar ze kwamen er al gauw achter dat Natzweiler ingericht was als dodenkamp...

Ravijn van de dood
We kopen -met Frans geldleen entreebewijs. Dan wijkt de poort. Boven ons hoofd zijn de wachttorens. Boven ons is het prikkeldraad. En om het hele kamp staat het metershoge hek. Daar staan we, in een prachtige omgeving, met het uitzicht op de hoogste berg van de Vogezen. Met in de diepte altijd groene naaldbomen en een blauwe luchr hoog boven ons. Ontsnappen is niet meer mogelijk.
Natzweiler-Struthof is in etappes gebouwd. Naar de prachtige tekeningen van een knappe Duitse ingenieur. Barak na barak, het kamp werd steeds voller. In oktober 1943 kwam het crematorium klaar en in de zomer van '44 was het werk in z'n geheel voltooid. Toen hadden al velen de dood gevonden. We dalen langzaam af, volgen eerst de rand van het kamp. Een lange strook gras, met een droge greppel vlak bij het hek. „Ravin de la mort..." meldt een eenvoudig bordje. Ravijn van de dood.

We zien ze gaan, in wanhoop. Monument
Blijven is sterven, vluchten misschien niet. Maar de wachttoren ziet scherp.., De volgende morgen wordt er één getnist op de appèlplaats. Heel dreigend staat de galg naast de hoge Duitse heren. Ook nu nog staat die houten galg er. Als een aanklacht, als een waarschuwing. Hebben ze hier gestaan, al die mannen.' Opgepropt, niet meer in staat om ruim adem te halen. De tocht naar de steengroeve was zwaar, maar de gang naar de appèlplaats niet minder. We dalen trapsgewijs af. Beneden staan een paar houten barakken. Een groep krijgt juist (Engelstalige) uitleg. Onder hen zijn Amerikaanse joden, die familie in Zwitserland bezoeken. Nee, ze hebben de oorlog niet meegemakt - zij niet.

Proefkonijn
Een van de barakken is open. We gaan er binnen en staan voor een verbrandingsoven. Klein lijkt het ding ons, te klein voor de taak die het kreeg. Iwee paar versleten schoenen, slippers zijn het meer, zeggen meer dan een enkel woord. Woorden zijn hier trouwens bijna niet te vinden. Niemand spreekt ook. De meeste ogen zeggen genoeg. Hier is de onderzoekskamer van de concentratickamparts, professor Haagen. Nee, niet tot heil van zijn naasten was hij er aanwezig. De foto's, die we even later zien in een andere barak, zeggen ook hier genoeg. Proefkonijn waren ze, de gevangenen. Nieuwe gassen, bij voorbeeld het mosterdgas, werden op hen uitgeprobeerd. En het was niet de bedoeling dat 'ze daarbij stierven... Hetzelfde gold voor proefnemingen met tyfsu, sterilisatie en malaria.

Witte stenen
We lopen langs het monument. "Honneiir et patrie" (eerbewijs en vaderland) staat er in levend groen. Veel kransen liggen er: de nationale herdenking is net voorbij. jVIaar bloemen, hoe mooi tiok, kunnen het leed van dit kleine stukje h'rankrijk, dat zich uitsciektc tot heel lüiropa, niet verbloemen. Vanaf deze plaats is goed te zien dat het kamp rrapsgewij'ze gebouwd is. Barak na barak - de meeste zijn afgebroken. Op tle lege plaatsen staan eenvoudige witte stenen met de namen van andere coneenrratickampen. Ausehwitz, Birkenau, Dachau. ()p de appèlplaats stond nog een herinnering: "A la memoire de tous les deportes etranger.s", "Ter herinnering aan ai de vreemdelingen, die gedood werden voor de vrijheid." Ze hebben geen namen - htm namen zijn slechts bekend bij God.

Heel eenvoudige kruisen staan er voor hen op de begraafpaats achter het kamp. Het monument daar torent hoog boven alles uit, alsof het de overwinning wil tonen. De kunstenaar heeft er .symboliek ingelegd, door een ges'angenc in een eeuwige vlam te boetseren. De laatste barakken hebben we nog niet gehad. Ze tonen fotografisch de geschiedenis van hei kamp. Idt)ewel de heelden meestal voor zich spreken, zou een Frans-Nederlands woordenboek niet t)verbodig geweesr zifn. Want zoals bij ons in Westerbork alles meertalig verteld wordt, zo is het in Nat/willer jammergenoeg niet! De barak biedt ook pl.iats aan een paar stapelbedden. Ze lijken op bedden in Westerbork. Ze hebben erop gelegen, de mannen. Met een pijnlijke rug. Met striemen op armen en benen. Werken moesten ze, en zo min mogelijk slapen. Duitsland wilde pronken met zijn Kon/en trationslager. Rondleidingen verzorgen, misschien wel. Welk stukje Duitsland had zo"n mooi kamp, in zo'n prachtige omgeving, onttrokken ,ian het oog van die domme Fransen?

Gaskamer
En als ze niet meer werken konden? Als ze Duitsland alleen nog maar teleurstelden? Dan was er een laatste gang naar de gaskainer. Even buiten het kamp staal het grijze gebouwtje nog. Elke dag was er de onzekerheid, na het ochtendappèl: gaat de tocht naar de steengroeve, of naar de gaskamer? Elke dag weer was er een groep die nooit meer de poort achter zich dicht hoorde vallen. En een groep die "s avonds even kon ademhalen. Tot de Heere Zelf Zijn goddelijk halt riep. De geallieeiden trokken op. Waren de Duitsers bang dat hun mooie piekje minder onvindbaar was als zij dach ten? Fn heeft dat hen in augustus 1944 bewt)gen om het kamp in een paar dagen te ontruimen? Ze moesten op reis, de overgeblevenen van Natzweiler. Andere concentratiekampen, in een veiliger gebied, boden pkaats.

Bevrijd
Op 23 november 1944 werd het kamp bevrijd. Toen was er niet één levend mens meer. Toch telt Natzweiler-Struthof ook overlevenden! Een van hen is Flors Bakels -het is de beschrijving in zijn boek "Nach und Nebel" die ons deed besluiten die nationale monument te bezoeken. Dát hebben de Fransen er met recht van gemaakt. Opdat we 't niet vergeten zouden.
Heel stil stappen we in de auto. De zon gaat onder, een gouden bal in een stiller wordende natuur. Langzaam rijden we naar de Duitse grens. Twee grenswachters vragen waar we vandaan komen. "Natzwiller-Struthof" - op z'n Frans. En waar we heen gaan. "Via Duitsland naar Nederland". Het kan, het mag, we mogen naar huis.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 30 april 1997

Terdege | 88 Pagina's

Konzentrationslager Natzweiler-Struthof

Bekijk de hele uitgave van woensdag 30 april 1997

Terdege | 88 Pagina's