Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Samenwonen en het kerkelijk leven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Samenwonen en het kerkelijk leven

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In het Reformatorisch Dagblad van 12 maart 1997 besprak ds. C.J.P. van der Bas het boek "Sexualiteit. Bijbelse lijnen en facetten". Misschien mag ik zijn woorden tot de mijne maken als hij schrijft: „Schrijven over sexuahteit is een moeilijke opgave en vraagt grote zorgvuldigheid en kiesheid. Het is in deze tijd van grenzeloze verwarring en verwildering echter wel nodig! Er is behoefte aan bijbelse bezinning op dit onderwerp. We zijn het bestuur van de Gereformeerde Bond in de Nederlandse Hervormde Kerk dan ook erkentelijk voor het initiatief tot de publicatie "Sexuahteit. Bijbelse lijnen en facetten".

Catechese
Is schrijven genoeg? Moet er ook niet over gesproken worden? Door ouders natuurlijk. Ja. En als ons het gevoel bekruipt dat daar wel het een en ander aan mankeert, ligt er dan een taak voor de catecheet? Moet die, heel voorzichtig, niet eens klassikaal 1 Korinthe 7 lezen, of Genesis 24, of Spreuken 5, of 2 Samuël 13, of gewoon het huwelijksformulier? Hoeveel tijd moet daaraan per seizoen besteed worden? Wacht u voor de verdenking dat u alleen maar graag over dié dingen praat. Afgelopen winterseizoen heb ik een keer met de catechisanten proberen op te zoeken hoe dikwijls de Heidelberger Catechismus het woord "pand" gebruikt. Wat is een pand? Gebruikt de bijbel het woord? En hoe dan? Toen hebben we met elkaar Genesis 38 gelezen en besproken. Dat ging goed. Maar daar moest het dit jaar bij blijven.
Hoe moeten wij onze jeugd wapenen tegen het verschijnsel ongetrouwd samenwonen? De volgende redeneringen kom je vandaag de dag tegen: Samenwonen is financieel en fiscaal voordeliger dan trouwen. Misschien is dat wel waar. Verder: Het belangrijkst is liefde en trouw. En dat weet je toch samen? Voor God zijn we getrouwd, daar behoeven wij niet voor naar het stadhuis. Trouwens, wat stelt zo'n officiële huwelijkssluiting tegenwoordig nog voor. De mogelijkheid tot scheiden zit er meteen al ingebakken. Wat zijn dat nou voor wetten die de regering uitvaardigt, dat zeggen jullie toch zelf ook? Ze trouwen ook homo's. En moeten zulke mensen uitmaken of ik getrouwd ben of niet? Het is inderdaad wel erg moeizaam om op dit gebied de burgerlijke overheid te verdedigen. Dat alles neemt niet weg: het huwelijk, in vroeger eeuwen een kerkelijke aangelegenheid, wordt sedert de dagen van Napoleon door de burgerlijke overheid, Gods dienares, gesloten. God erkent die overheid. Hij is het die haar die taak heeft gegeven. Alle paren die gaan samenwonen zonder zich aan deze ordinantie te onderwerpen, leven in permanent overspel.

Ouders
Hoe zwaar die taak ook is, hoe teer en begripvol wij ook met onze jeugd moeten omgaan, wij zijn toch geroepen om dit gedachtengoed aan onze jongeren mee te geven. En dat tijdig. Soms krijgen onze kinderen of kleinkinderen er jong mee te maken. Wat gebeurt er als ze verliefd worden op een jongen of een meisje uit een milieu waar het „eerst maar eens een poosje proberen" zelfs door de ouders wordt gestimuleerd? Hebben onze kinderen dan verweer in de strijd? Daar komt nog iets bij. Het is werkelijk niet denkbeeldig dat op een gegeven ogenblik ongehuwd samenwonenden zich met de gemeente onder Gods woord begeven. Wat moet een kerkenraad dan?

Verlegenheid
In de bespreking waarmee ik begon, die van ds. Van der Bas in het Ref Dagblad van 12 maart 1997, gaat laatstgenoemde in op de vraag wat er gebeuren moet als een samenwonend paar alsnog gaat trouwen en dan de kerkenraad om huwelijksinzegening verzoekt. Is er schuldbesef? Of was het zo gepland? En moet de kerkenraad, behalve schuldbelijdenis, ook vergen dat de partners vanaf die datum tot op de dag van de inzegening hun eerdere zondige levenswijze nalaten? zo vraagt de Puttense pastor zich af Ik kan me zijn verlegenheid voorstellen. Allerlei verschijnselen nopen kerkelijke ambtsdragers vandaag de dag tot moeizame doordenkingen. Een stel woont samen. Zijn ze dooplid? Belijdend lid? Een van beiden? Geen van beiden?
Welke situatie kunnen we aantreffen? Is er bij voorbeeld een notarieel samenlevingscontract? Is er een huis gekocht? Op wiens naam staat dat? En hoe lang duurt deze situatie al? Is er misschien een kind? Hoe heet dat? Waarom komen ze naar de kerkenraad? Hebben ze berouw? Is er sprake van bekering? Willen ze hun zonden belijden? Moeten ze elk terug naar hun ouders? Krijgen ze een proeftijd? En wat als uit elkaar gaan praktisch niet mogelijk blijkt? Moeten ze dan toch maar samen blijven wonen? Dan maar niet het huwelijk inzegenen?

Statistiek
De vragen vermenigvuldigen zich. Wordt er, bij voorbeeld op classicale vergaderingen of bij kerkvisitaties, wel aan de broeders gevraagd of er en, zo ja, hoeveel gevallen van samenwonen zich in hun gemeente voordoen? Is daar per kerkverband een statistiek van?
Het is niet eenvoudig daar zicht op te krijgen. Het voltrekt zich zo geruisloos dat je ongeveer als inquisiteur moet optreden om samenwonenden op het spoor te komen. Je kunt natuurlijk ook net als de struisvogels de kop in het zand steken en doen alsof je niets ziet. Samenwonende paartjes maar niet opzoeken, in de hoop dat ze vanzelf wel wegblijven uit de kerk. Maar zijn wij dan van onze verantwoordelijkheid af? Afsluitend zou ik nog een keer willen zeggen: al heel jong moet de kerkelijke jeugd worden gewaarschuwd voor het ongehuwd samenwonen en de consequenties daarvan. En verder: dwars door de kerkmuren heen dienen ambtsdragers over deze zaken broederlijk overleg met elkaar te hebben. Tot steun en bemoediging. Kom er eerlijk me voor de draad. De tijdgeest kruipt door alle kerkelijke kieren. Vandaag of morgen worden wij er allemaal mee geconfronteerd.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 28 mei 1997

Terdege | 76 Pagina's

Samenwonen en het kerkelijk leven

Bekijk de hele uitgave van woensdag 28 mei 1997

Terdege | 76 Pagina's