Sprinkhanen

De bidsprinkhaan is een echte rover. Stilzittend wacht hij met opgeheven, gevouwen voorpoten (vandaar de naam bidsprinkhanen) af wat zijn prooi gaat doen. Met de zeer beweeglijke kop volgt hij elke beweging en verschalkt tenslotte met een snelle greep zijn prooi. De voorpoten zijn echte vangpoten, waarvan de als een schaar dichtklappende dij en scheen met scherpe dorens bezet zijn. Het mannetje is wat kleiner dan het vrouwtje en wordt bij dé grotere soorten na de paring vaak door haar opgegeten. Vele soorten zijn gecamoufleerd door bloem- en bladkleuren ei -vormen. De meeste sooj ten leven in de tropen ei sub tropen; de grote bids' prinkhaan (Mantis religiosa) komt voor tot in Noord-Frankrijk en Belgisch Lotharingen. Bij | verstoring neemt het diÉ de dreighouding aan, mi de voorpoten omhoog ei uitgespreid, waardoor dl donkere oogvlekken zichtbaar worden. In Neder- «l land komt de sabelsprinkhaan voor die een opvala lende legboor (sabel) 1 heeft. De gewone veldsprinkhaan is de kleinste soort.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen