Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Waarom? (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Waarom? (2)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Nog eens wil ik wat zeggen over de waaroms in het leven. Omdat de Bijbel ons voorhoudt dat God de moeite en het verdriet aanschouwt. Lees Psalm 10 maar.

De dichter verkeert in grote nood. De Heere is voor zijn waarneming erg ver weg. Weet Hij wel van mijn nood af? Hoort Hij mijn gebed wel? O HEERE, waarom staat Gij van verre? Waarom verbergt Gij U in tijden van benauwdheid? Zo ervaart u het misschien ook wel eens. In Psalm 10 wordt de klacht echter tot God gebracht. Het is geen klagen over God, maar een klagen tot God. Let daarop.
Dan laat de Heere Zich namelijk nooit onbetuigd. Het is alsof het geloof plotseling doorbreekt, zoals de zon zich op een donkere dag weleens onverwachts laat zien! Toch ziet en hoort de Allerhoogste! Want Hij aanschouwt de moeite en het verdriet. Hij kijkt niet toe als een nieuwsgierig toeschouwer, maar Hij ziet met bewogenheid en betrokkenheid! Dat alleen al is een groot wonder van genade. Immers heeft een mens zich de doornen en distelen waardig gemaakt. God toont Zijn bewogenheid en betrokkenheid in en om de Heere Jezus Christus, de medelijdende Hogepriester, Die op het graf van Lazarus met de bedroefde zusters meeweende!

Christus Borgwerk is de grond waarop God in mededogen de moeite en het verdriet aanschouwt. Daarop ziende, mogen we schreiend de toevlucht nemen tot Gods genadetroon. De Heere Jezus moest daartoe de duisternis van de Godsverlating in. Kan een mens zich verlaten voelen, Hij was wérkelijk verlaten. Toen heeft Hij het waarom doorleeft, dieper dan wij het ooit zullen doen: Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten? Hij tastte in de grootste geestelijke duisternis. En waartoe? Opdat er licht en troost in mijn moeite en verdriet zou zijn!
God aanschouwt de moeite en het verdriet, mijn raadsels en de daarmee gepaard gaande smart, opdat wij het in Zijn hand, Zijn grote, goddelijke Vaderhand zouden leggen. Als we het verdriet voor onszelf houden en we proberen op eigen kracht door de moeilijkheden heen te komen, handelen we tegen Gods Woord. Als we de afleiding zoeken en ons verdriet bij voorbeeld verdrinken, gaan we eveneens tegen Gods wil in. Ook als we het verdriet koesteren en ermee te koop lopen, doen we niet wat Psalm 10 ons voorhoudt. Doffe berusting of opstand, hoe menselijk ook, strijdt tegen de weg die de Heere ons voorhoudt: namelijk de moeite en het verdriet in Zijn hand leggen.

Wat houdt dat eigenlijk in? Het is erkennen dat ik mezelf niet door- en uithelpen kan. Het is een beroep doen op de Allerhoogste om uitkomst. Het is belijden: Hij kan en wil en zal in nood, zelfs bij het naadren van de dood, volkomen uitkomst geven!
Moeite en verdriet in Gods hand leggen is een geloofsdaad. Het is Gods Aangezicht zoeken en alles zeggen, in het geloof dat Gods sterke hand een werkhand is! Hij doet wat met mijn vragen en verdriet. Als Hij met Zijn hand (door Gods Woord en Geest) de moeite en het verdriet heiligt, toepast aan het hart, ga ik het waartoe van kruis en druk leren! God heeft er Zijn wijze bedoelingen mee. Hij maakt klein en afhankelijk, want anders, zonder een kruisweg, ga ik weer voor mezelf leven, de wereld dienen, ga ik weer zo gauw op in de dingen die voorbijgaan. Hij doet mij hopen op Zijn Woord. Hij leert mij Hem te volgen. Het vlees moet eraan. Ik moet van genade alleen leren leven, door het geloof alleen, met het Woord alleen.

In deze weg blijft slechts één ding over: de eer van God. Al wat Hij wrocht zal juichen tot Zijn eer! Hij doet alles, opdat Zijn Naam verheerlijkt worde, hier in beginsel en straks volkomen. Gods weg wordt aanbiddelijk, heilig, volmaakt en goed. Ik leer drukwegen goedkeuren als ik op mijn plaats mag zijn: t Is goed voor mij verdrukt te zijn geweest, opdat ik dus U goddlijk recht zou leren. Sinds heeft mijn hart voor hovaardij gevreesd. Ai, doe mij steeds Uw wil als heilig eren. Ver boven goud en zilver en wat meest de mens bekoort, zal ik Uw wet waarderen.
Het is een strijd, zeer zeker. In die strijd lig ik dikwijls onder. Maar ook mag ervaren worden: En God is ons ten schild in t strijdperk van dit leven! Achter Koning Jezus aan! En onze Koning is van Isrels God gegeven. Hij gaat voorop. Hij troost. Hij leidt als de goede Herder al Zijn schapen... naar Huis. Om dan eeuwig te zingen van Gods goedertierenheên!

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 13 september 2000

Terdege | 96 Pagina's

Waarom? (2)

Bekijk de hele uitgave van woensdag 13 september 2000

Terdege | 96 Pagina's