Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De blijvende les van het boek Handelingen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De blijvende les van het boek Handelingen

Ds. W.G. Rietkerk: „Zonder Gods aanraking blijft apologetiek in de lucht hangen"

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Rationele argumenten tellen vandaag niet meer zo zwaar mee. Maar ds. Wim Rietkerk denkt dat apologetiek ook vandaag nodig blijft. Als internationaal voorzitter van lAbri leidt hij wereldwijd acht centra waar al dertig jaar lang de „communicatie van de christelijke waarheid wordt bedreven. „Op scholen waar de bijbelse toerusting overeind blijft, is men vaak niet gericht op het uitdragen en verdedigen van het geloof naar buiten.

Het kantoor van lAbri Nederland huist in een grachtenpand in het centrum van Utrecht. Buiten is het een en al bedrijvigheid van autos en haastige studenten, binnen legt ds. Rietkerk, predikant in de NederlandsGereformeerde Kerken, tijdens het gesprek af en toe zijn voeten op tafel.
Rietkerk bespeurt vandaag weinig behoefte aan apologetiek. „Maar de noodzaak blijft. Er is geen openheid of verlangen om te horen dat het christendom waar is. In de beginjaren van lAbri in de jaren zestig en zeventig was dat sterker. Dat hangt natuurlijk samen met het postmodernisme in de cultuur. Redelijke argumenten hebben veel minder gezag.
Toch is het wel nodig in de huidige gevoelscultuur het Evangelie uit te leggen, meent Rietkerk. „De ervaring staat vandaag centraal. Het is goed te laten zien dat het in het geloof om meer gaat dan alleen om het gevoel. Francis Schaeffer zei dat we geloven omdat het waar is.
Rietkerk denkt dat het nodig is „een andere kant van het christenzijn te laten zien die sterker spreekt dan de redenering. Men is nieuwsgierig naar de invloed ervan op je totale leven. Op je relatievorming, je zinvragen, het omgaan met angst en schaamte. En natuurlijk blijft altijd het probleem van het lijden een rol spelen in apologetische contacten.

Maar redelijke argumenten blijven dus nog altijd een rol spelen in de apologetiek?
„Dat hangt ervan af hoe breed je de apologetiek definieert. Omschrijf je die smal, dan valt apologetiek samen met het geven van verstandelijke argumenten voor de waarheid van de Bijbel. Definieer je breed, dan gaat het meer om de communicatie van de christelijke waarheid. Ook evangelisatie is er dan sterk mee verwant. Wij houden van die brede definitie, zonder het eerste daarin te vergeten.

Moet de apologetiek in onze tijd sterk op het individu worden toegespitst?
„Ja. In onze samenleving is het geloof geprivatiseerd. In de publieke sfeer kun je daarom het geloof beter niet laten spreken, want dan leg je het anderen op. Wij zijn het daar niet mee eens. Maar tegelijk sluiten we erbij aan. Bij mensen die wij in onze centra in Utrecht en Eck en Wiel in huis krijgen, blijkt er heel veel nieuwsgierigheid naar wat er in de ziel omgaat. Die persoonlijke ervaring vindt men leuk vandaag. Maar zodra je zegt dat die boodschap algemeen geldig is, stuit je op tegenstand. Er zijn immers vele vormen van geloof. Het jouwe mag er zijn, als één van de vele.
Het moeilijke is in contacten naar diepere lagen door te steken zonder iets op te leggen. Dat proberen we bijvoorbeeld op de filmavonden die we beleggen, waarin we aan de hand van het verhaal het mens en wereldbeeld aan de orde stellen. Heel veel psychologen hebben in eenvoudige beelden iets gezegd over de mens. Freud bijvoorbeeld stelde de mens voor als een ijsberg, Maslov als een eikel en Ibsen als een ui. Al deze typeringen gaan terug op een geloofsuitspraak over de mens.

Het is natuurlijk niet alleen de samenleving die door het individualisme verbrokkelt. Ook onder christenen heeft iedereen zijn eigen opvattingen en verschraalt de gemeenschap. Heeft dat weerslag op de apologetiek?
„Het is een bijbels gegeven dat onze kracht afneemt als we onze eenheid verliezen. Opdat zij allen één zijn, bidt de Heere Jezus. Verdeeldheid is een dodelijk gevaar voor de evangelieverkondiging. Schaeffer zei dat ongelovigen het recht hebben het Evangelie vanwege die verdeeldheid af te wijzen.
Maar toch laat ik me niet meevoeren met deze somberheid. Ik weet dat instituten en synodes verdeeld zijn. Misschien is het typisch Nederlandsgereformeerd, maar ik heb niet zoveel met instituten en prelaten. Ik zie een toenemende eenheid van het geloof door de kerken heen. Dit wordt bevorderd door interkerkelijke organisaties, waar christenen van verschillende achtergronden elkaar ontmoeten. Dat zet zich door. Daardoor denk ik dat kerkelijke structuren minder belangrijk zullen worden.

Hoe functioneert de Bijbel in de apologetische contacten?
„In onze gesprekken beroepen we ons niet vooraf op het formele gezag van de Bijbel. Maar de Bijbel komt inhoudelijk natuurlijk wel ter sprake zodra we onze eigen visie neerzetten. Bijvoorbeeld dat de mens naar het beeld van God is geschapen. Als je dat onbevangen doet, nodig je de ander toch uit over het gezag van de Bijbel na te denken. Voor christenen zelf blijft het natuurlijk belangrijk de Heilige Schrift als vast uitgangspunt te hebben.
In zijn benadering over de plaats van de Schrift in de apologetiek verschilt de internationaal voorzitter van lAbri van de bekende Amerikaanse apologeet Cornelis van Til. „Hij ging wel sterk uit van het formele gezag van de Bijbel. Van Til adviseerde eerst over de vooronderstellingen en uitgangspunten te spreken alvorens verder te gaan. Want zolang je niet dezelfde uitgangspunten deelde, zou het gesprek toch niets worden. Dat was steeds het grote verschil tussen Schaeffer en Van Til.

Welk effect heeft een beroep op het formele gezag van de Bijbel?
„Je bent dan snel uitgepraat. De meeste mensen begrijpen best dat christenen vanuit de Bijbel denken. Men respecteert dat ook wel. Je bent immers zo opgevoed, zegt men. En alle godsdiensten hebben immers hun heilige boeken.
Het komt mij voor dat de ander eerst zelf door de inhoud van de Bijbel moet worden aangesproken. Als een jongeman op het punt staat een vrouw te ontmoeten, kun je wel allerlei steekhoudende argumenten geven dat dit –gezien afkomst en opleiding en zo– de ware moet zijn. Maar zolang de ontmoeting niet heeft plaatsgevonden en er geen vonk is overgesprongen, heeft dat weinig zin.
Ook in de apologetiek moet er eerst een vonk overspringen, meent Rietkerk. „Veel kerken leggen de laatste jaren weer meer nadruk op het boek Handelingen. Daarin blijkt de groei van de kerk niet te zijn gebaseerd op het apologetische modelverhaal van Paulus op de Areopagus in Handelingen 17, maar op het werk van de Heilige Geest. Natuurlijk staat Paulus toespraak niet voor niets in de Bijbel, maar het werk van de Geest staat centraal.
Apologeten hebben deze zelfde aanraking door de Geest nodig. Anders blijft hun werk steriel. Dat geldt ook voor hun gespreksgenoten. Zodra de vonk overspringt, stellen ze vragen en kun jij je verhaal kwijt.
Rietkerk pakt een veelgebruikt bijbeltje van tafel en zoekt Kolossenzen 4 op. „Ik vind het opmerkelijk dat Paulus in vers 5 en 6 benadrukt goede antwoorden te geven, met wijsheid om te gaan met buitenstaanders en de juiste gelegenheid ten nutte te maken. Dat geeft volgens mij aan dat je niet altijd het voortouw hoeft te nemen, maar soms moet wachten op een vraag over bijbelse zaken.
Paulus noemt hier ook het gebed. Op zaterdagavond hield Schaeffer in zijn huiskamer in Zwitserland vaak een vragenuur. Hij zat dan zelf op een tonnetje in het midden, met vragenstellers om zich heen. Hij had de gave om in zulke situaties met gezag te spreken. Maar op een bovenverdieping waren tijdens deze gesprekken altijd enkele mensen in gebed. Dat ging samen op.

Opiniepagina
De laatste jaren discussieert onze samenleving weer over normen en waarden. Zit daarin een opening voor een apologetisch getuigenis richting de hele maatschappij?
„Ja. Ik zou graag meer die kant op willen. Mijn insteek in die discussie zou zijn dat waarden en normen niet door mensen zijn ontwikkeld, maar voortkomen uit een levensbeschouwing. Een ander goed argument vind ik dat het christelijke waardenpatroon de werkelijkheid recht doet.
Tegelijk geef ik er niet zo hoog van op hoe wij als christenen in het publieke debat meedoen, bijvoorbeeld op de opiniepagina in NRC Handelsblad. Ik heb het zelf ook wel geprobeerd en weet daarom dat het niet eenvoudig is.
Iemand die zich wel regelmatig roert op opiniepaginas is de historicus professor A.Th. van Deursen. Ook de roomskatholieke Antoine Bodar lees je geregeld met een dwarse opstelling. Overigens vind ik roomskatholieken, zoals kardinaal Simonis en ook de paus zelf, in het publieke debat toch vaak moediger dan gereformeerden.
Rietkerk heeft in dit opzicht bewondering voor premier Balkenende. „Hij probeert vanuit zijn positie als christelijk politicus de vinger te leggen bij de zere plek. Als ministerpresident is zijn vrijheid natuurlijk enorm beperkt. Onlangs zag ik een gesprek met hem na de affaireOudkerk, waarin hem werd gevraagd wat hij nu toch wel vond van prostitutiebezoek door politici. Hij beperkte zich tot iemands verantwoordelijkheid als politicus en zodoende kon hij goed begrijpen dat Oudkerk de steun had verloren. Ik vond dat heel slim. Sommigen hadden misschien meer van hem willen horen, maar vanuit zijn positie hang je snel als moraalridder aan de hoogste boom en daarmee verknal je alles. Andere christenen moeten zich natuurlijk veel duidelijker uitspreken.

Is er toekomst voor de apologetiek in de 21e eeuw?
„Zeker. Maar niet vanuit de ivoren toren, waarin alleen verstandelijk wordt geredeneerd. De apologetiek moet zijn ingebed in een levende aanraking door de Heilige Geest.
Mijn inschatting is dat we nog steeds te maken hebben met de reactie van mensen die zijn weggegroeid van het christelijk geloof. Daarom zit er nog steeds heel veel negatief gevoel.
De Engelse schrijver C.S. Lewis stelde eens dat er verschil is tussen evangelisatie in Cambodja en in Europa. Hij vergeleek dat met het verschil tussen een man die op zijn achttiende verliefd wordt en met deze vrouw trouwt en een andere man die hertrouwt met een vrouw van wie hij eerder is gescheiden. In het laatste geval moet er een genezingsproces plaatsvinden. En daarmee zit de apologetiek in onze samenleving. In dat helingsproces moet je het verstand niet uitschakelen en daarom is de apologetiek daarin belangrijk. Maar er is meer nodig. Men moet weer door God worden aangeraakt voordat dit helingsproces kan plaatsvinden.

Wat zijn de toekomstplannen van lAbri?
„We proberen een klein apologetisch netwerk in Nederland op te zetten. Het gaat daarbij slechts om ongeveer veertig adressen die we op de hoogte houden, maar het is wel belangrijk. In maart treffen we elkaar in De Bron in Dalfsen en in juni hebben we in ons centrum in Eck en Wiel een weekend met professor René van Woudenberg. Van Woudenberg heeft een rubriek in het dagblad Trouw waarin hij het christelijk geloof verdedigt. En in juni hopen we elkaar ook weer te ontmoeten op een conferentie in Hongarije. Daarvoor zijn overigens nog plaatsen open.
Het centrale thema dat we de komende tijd centraal stellen, is het aandachtig doordenken van rationele vragen. Gereformeerden zijn daarin nooit sterk geweest. Theologen beginnen op hun stoel te draaien als je ze vraagt waarom ze geloven. Ze geloven omdat ze het geloven. Zulke antwoorden moet je ook vooraf bedenken. De behoefte aan meer toerusting op dit punt bleek enkele jaren geleden op de conferentie Hope21 in Boedapest.
In sommige andere landen is men op dit punt veel verder, meent ds. Rietkerk. „In Engeland bestaat een centrum dat zich voorheen beperkte tot medischethische vragen. Maar alles wat het zei, hing in de lucht, omdat er geen voedingsbodem voor was. Pete Saunders is toen begonnen groepen te vormen die de basale apologetische vragen bespreken.
Rietkerk denkt niet dat deze functie van toerusting in Nederland wordt waargenomen door het christelijk onderwijs en de kerkelijke catechese, die in veel landen niet bestaan. „Het christelijk onderwijs brokkelt snel af. En op die scholen waar de bijbelse toerusting wel overeind blijft, is men vaak weer niet gericht op het uitdragen en verdedigen van het geloof. In sommige landen waar geen christelijk onderwijs bestaat, is men juist op dat punt vaak sterker dan wij.


lAbri
Het werk van lAbri (Frans voor schuilplaats) begon in 1955 in Zwitserland, toen de Amerikaanse dr. Francis Schaeffer (19121984) daar zijn chalet openstelde voor iedereen die zocht naar antwoorden op geloofsvragen. In 1971 startte ds. Wim G. Rietkerk het werk in Nederland.
LAbri Nederland heeft een centrum in Eck en Wiel in de Betuwe en in het hartje van Utrecht. In Utrecht worden film en themaavonden gehouden. In Eck en Wiel is een kleine leefgemeenschap waar mogelijkheden zijn voor een langer verblijf voor studie. Het doel van het centrum in Eck en Wiel is dat de bezoekers niet alleen iets opsteken van het snuffelen in de boeken, maar ook uit discussies tijdens het schilderen, onkruid wieden en rond de haard. Voor meer informatie: www.labri.nl

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 24 maart 2004

Terdege | 108 Pagina's

De blijvende les van het boek Handelingen

Bekijk de hele uitgave van woensdag 24 maart 2004

Terdege | 108 Pagina's