Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Mag ik bidden om... bekering?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Mag ik bidden om... bekering?

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ik begrijp dat je als je deze titel leest, zegt: dat is toch geen vraag? Dat hoor ik elke zondag: „Je moet er maar veel om bidden." En dat doe je natuurlijk. Hoeveel keren op een dag? En toch gebeurt er maar niets. En zo blijf je...onbekeerd.

Soms lijkt het zo vanzelfsprekend. Dat je naar de kerk gaat, dat je dagelijks om bekering bidt en er niets gebeurt. Maar dat is natuurlijk helemaal niet vanzelfsprekend. Het is afgrijselijk. Dat je dat normaal vindt, dat je daar eigenlijk mee leven kan. Misschien geeft het je nog wel een zeker rustig gevoel, dat je er toch om bidt. Je bent er toch mee bezig. Je bent gelukkig toch niet onverschillig. Je hoopt dat het nog een keer gebeurt. En toch., zit er een grote adder onder dit vrome gras. Heb je die al gezien? Een giftige adder. Het is de slang uit het paradijs, die je zo rustig houdt, die je zo verleidt. Daarom zei Johannes de Doper tegen al die (schijn)vrome mensen: „Gij adderengebroedsel, wie heeft u aangewezen de toekomende toorn te ontvlieden, brengt dan vruchten voort der bekering waardig." Nee, hij zei niet: „Je moet er maar veel om vragen." Hij had een heel andere boodschap, een oneindig veel betere boodschap. De boodschap van de Bijbel is niet zo zoetsappig. Daarom begon de Heere Jezus Zijn prediking niet met te zeggen: „Vraag maar veel om bekering, vraag maar veel om een nieuw hart." Nee, Hij begon Zijn prediking met: „Bekeert u en gelooft het Evangelie, want het Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen." In overeenstemming daarmee zeggen onze vaderen in de Dordtse leerregels, dat het Evangelie aan alle mensen zonder onderscheid moet worden verkondigd „met bevel van bekering en geloof."

Hoe komt het toch?
Hoe komt het toch, dat je al zo lang bidt om bekering en het nog steeds niet gebeurt? Heb je dat jezelf al eens afgevraagd? Denk je soms, dat jij wel zou willen, maar dat God niet wil? Denk je soms dat het voor iedereen niet is weggelegd, dus dat je niet veel kans maakt? Denk je soms, dat het wel een keer komen zal? Wel een keer, maar nu nog niet? Blijf je daarom maar hopen? Dan moet je de volgende Bijbelse overwegingen eens goed tot je door laten dringen: * Het is de wil van God dat je je bekeert. Het is niet alleen Gods wil, het is ook Zijn lust. God heeft lust in de bekering van de goddeloze. Dat zweert Hij bij Zichzelf (Ezechiël 33:11). Daaruit mag je moed scheppen. Daarin ligt je pleitgrond. In Gods eigen Woord, in Zijn eigen belofte. *Het is voor honderd procent je eigen schuld dat je onbekeerd bent. „Gijlieden wilt tot Mij niet komen." Je maakt jezelf wat wijs, als je denkt dat het anders is. Je bent een vijand.vol verborgen onwil. Het ligt aan jou, niet aan God. *Je mag met Gods verborgen raad helemaal niet werken. Tevreden zijn met je onbekeerde staat, omdat het voor iedereen niet is weggelegd, is een duivelse gedachte, een spuit van de slang. Laat die gedachte ver van je zijn. Zie op Gods bevel. Zie op Gods lust. Zie op Christus, Die zo machtig en gewillig is om je te geven "bekering en vergeving van zonden".

Geen uitstel
Je bekering kan absoluut geen uitstel lijden. De hoop dat het een keer zal komen is een valse hoop. Hoe langer je je bekering uitstelt, hoe harder en goddelozer je wordt. Hoe meer zonde stapel je op. Hoe vaker je Christus afwijst, hoe erger is het. Je grootste zonde is je ongeloof. Zie dat toch eens. Alles kan uitstel lijden, maar je bekering niet. Augustinus bad vaak om bekering, maar dan bad hij er zachtjes achteraan „maar vandaag nog niet". Hij wilde de zonde niet loslaten. Totdat hij uit de nood van zijn ziel uitschreeuwde: „Hoelang nog zal ik zeggen morgen, morgen, en niet vandaag!" Toen is het gebeurd. Mag je dan niet bidden om bekering? Natuurlijk, maar dan zo, dat je de Heere niet meer loslaat, tenzij Hij je zegent. Om Christus' wil.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 februari 2005

Terdege | 88 Pagina's

Mag ik bidden om... bekering?

Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 februari 2005

Terdege | 88 Pagina's