Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wetenschappelijke lessen in de Bijbel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wetenschappelijke lessen in de Bijbel

Drs. Ben Hobrink: „Als we Gods schepping en Gods Woord nauwkeurig bestuderen, blijken ze perfect met elkaar in overeenstemming te zijn"

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Behoefte om de Bijbel te bewijzen, heeft drs. Ben Hobrink niet. Wel wil hij anderen laten delen in zijn verwondering over bijbelse voorschriften waarvan de schrijvers de achtergrond niet konden bevroeden. De moderne wetenschap biedt dat inzicht wel. En onderstreept daarmee het gezag en de wijsheid van de grote Auteur achter de Schriften.

Al 26 jaar werkt voormalig biologiedocent Ben Hobrink als voorlichter bij Open Doors, een organisatie die zich inzet voor vervolgde christenen elders in de wereld. Zijn biologische kennis kwam hem in eigen land van pas. Naar aanleiding van discussies met leerlingen van de middelbare school publiceerde hij in 1985 het boekje Evolutie, een ei zonder kip, als weerwoord tegen de pretenties van het darwinisme.
De inhoud verwerkte hij in hoofdstuk zes van het recent verschenen Moderne wetenschap in de Bijbel, dat een veel bredere opzet heeft. Met een vloed aan gegevens toont Hobrink aan dat het spreken van de Bijbel over allerlei natuurwetenschappelijke onderwerpen opvallend nauwkeurig is. En dat de wetten die Mozes uit Gods mond optekende, in niets aansloten bij de wijsheid van de Egyptenaren, waarin hij was onderwezen. Pas enkele duizenden jaren later onthulde de moderne wetenschap geleidelijk het heilzame karakter van de spijs- en reinheidswetten van Israël. Had de mensheid zich aan deze voorschriften gehouden, dan waren tal van volksziekten, epidemieën en rampen voorkomen.

Brede interesse
De variatie aan onderwerpen die hij aansnijdt, tekent de brede interesse van de medewerker van Open Doors. „Bijbellezen is mijn hobby. Keer op keer lees ik de hele Bijbel door, steeds in een andere vertaling. Dan blijf je nieuwe dingen tegenkomen, ook op het gebied van de wetenschap.
Door mijn werk voor Open Doors had ik de kans om over de hele wereld te reizen. Een keer of acht heb ik spreekbeurten in Amerika gehouden. De laatste vijf keer heb ik dat gecombineerd met een aantal vrije dagen, waarin ik vooraf geselecteerde bibliotheken bezocht. Van het Moody Bible Institute, Wheaton College, Southern Baptist University, het Institute for Creation Research en meer van dat soort instellingen. Van s morgens tot s avonds deed ik niet anders dan vluchtig honderden boeken doorlezen en kopieën maken van interessante gedeelten. Met vijf-, zeshonderd kopieën kwam ik thuis, waar ik ze in alle rust kon lezen.
Al op de middelbare school kreeg Hobrink twijfels bij de evolutietheorie. „Ik wilde graag mn biologieleraar geloven, maar drie vragen bleven onbeantwoord, ook toen ik aan de VU biologie ging studeren. Hoe is de materie ontstaan? Hoe is het leven ontstaan? Hoe is de menselijke geest, het zelfbewustzijn, ontstaan? Ik ben gaan lezen en ontdekte al snel dat de hele evolutietheorie van veronderstellingen en speculaties aan elkaar hangt. In zijn boek Evolution, a theory in crisis stelt de microbioloog Michael Denton: „Nooit is Darwins evolutietheorie ook maar één keer bevestigd door ook maar één ontdekking of wetenschappelijke vooruitgang sinds 1959. Dat schrijft iemand die het creationisme afwijst, maar tegelijk eerlijk erkent dat voor het darwinisme elke grond ontbreekt. Die eerlijkheid kom je niet veel tegen onder evolutionisten. Dat bleek wel weer na het voorstel van minister Van der Hoeven voor een debat over het ontstaan van de wereld. Bekende evolutionistische wetenschappers willen de discussie niet eens aangaan.

Ontdekking
Veelzeggend was voor Hobrink dat de grondgedachte achter de evolutietheorie tijdens de studie biologie niet aan de orde kwam. „De theorie wordt voetstoots aangenomen. Dat is met veel grote denksystemen het geval. Iedereen loopt erin mee, wie dat niet doet is naïef of een afvallige. Heel opvallend is dat in de islam. Een moslim mag geen fundamentele vragen over zijn religie stellen. Iets soortgelijks zie je bij de aanhangers van de evolutietheorie.
Ik ben destijds gevraagd voor een discussie op de radio met een evolutionistische wetenschapper. Dat is niets geworden, want die man was zo zeker van de evolutietheorie, dat hij de aannames erachter niet eens had bestudeerd. Zodat er weinig te discussiëren viel.
Omdat je als creationist tegen de stroom in moet roeien, word je gedwongen je opvattingen kritisch te bezien. Een geweldige ontdekking was voor mij dat de Bijbel nu juist het antwoord geeft op de drie vragen die de evolutietheorie niet kan beantwoorden. Hoe de materie, het leven en de geest van de mens zijn ontstaan. Juist bij die drie zaken lezen we: En God schiep. Bij al het andere lezen we dat God formeerde, met geschapen materie.
Omgekeerd werd Hobrink tijdens zijn studie aan de VU door evolutionisten meer dan eens voor schijnbaar onoplosbare problemen geplaatst. Zo wees een medestudent hem op een biologische blunder in de Bijbel. „Volgens Leviticus is de haas een herkauwer. Op dat moment stond ik met een mond vol tanden. Later las ik bij Grzimek, eindredacteur van de encyclopedie Het leven der dieren, dat een haas wel degelijk herkauwt, door reïngestie. Hij eet regelmatig zijn eigen uitwerpselen op, en kauwt op die wijze zijn voedsel nog een keer.

Verwondering
Hobrink schreef zijn boek niet vanuit de behoefte de Bijbel te verdedigen. „Een leeuw hoef je niet te verdedigen. Ik wil mensen met deze publicatie deelgenoot maken van mijn verwondering over de Bijbel. Er is geen enkel ander boek uit de oudheid waarin zo veel wetenschappelijk verantwoorde feiten staan. Twintig jaar lang heb ik artikelen verzameld van toonaangevende geleerden die met hun conclusies het spreken van de Bijbel bevestigen. Meestal zonder dat zelf te beseffen.

Hoe verklaart u dat het merendeel niet tot de erkenning komt dat de Bijbel van goddelijke oorsprong moet zijn?
„Omdat het geloof in God niet afhankelijk is van feitenkennis. Het is niet door kennis, maar door een persoonlijke ontmoeting met de Heere Jezus, dat een mens tot geloof komt. Daarvoor is de Bijbel geschreven, om ons te leren hoe je door Hem in contact kunt komen met God de Vader. Hoe de relatie met God hersteld kan worden. Jezus is gestorven om ons met God te verzoenen, dat is de hoofdboodschap. Tegelijk is er geen enkel ander boek uit de oudheid waarin zo veel wetenschappelijk verantwoorde beweringen staan.

Tussen het atheïstisch darwinisme en het creationisme ontstond de tussenstroming van Intelligent Design. Hoe waardeert u dat?
„Op zich ben ik daar vreselijk blij mee. Steeds meer geleerden komen tot de conclusie dat aan de macro- en de microkosmos een ontwerp ten grondslag moet liggen. Waarbij de meesten de logische conclusie trekken dat een ontwerp er niet kan zijn zonder Ontwerper. Verwisselt een evolutionist het evolutionisme voor de opvattingen achter Intelligent Design, dan maakt hij een forse stap in de goede richting.
Ik moet eerlijk zeggen dat het omgekeerde ook geldt. Verwissel je als christen het klassieke scheppingsgeloof voor Intelligent Design, dan maak je een gevaarlijke stap. Tenminste, als je daarmee het idee van een concrete schepping door de God van de Bijbel loslaat. Of als je niet meer gelooft in een concrete schepping, maar in een soort theïstische evolutie, die door God geleid wordt.
Ik heb grote achting voor mensen als Cees Dekker, maar ook het theïstisch evolutionisme staat op gespannen voet met de Bijbel. De Bijbel zegt bijvoorbeeld dat de dood door de zonde is gekomen, de zonde van één echtpaar. Als je het evolutionisme daarin wilt passen, moet je tientallen teksten geweld aandoen. Dat geldt ook wanneer je de scheppingsdagen als termijnen van duizenden of miljoenen jaren ziet. De planten en bomen zijn dan al die tijd zonder zon geweest, want we lezen dat God de planten op de derde dag schiep, de zon op de vierde dag. Daar moet je vervolgens weer wat op verzinnen.

Was u wel content met de verschijning van Schitterend ongeluk of sporen van ontwerp?
„Zeker. De auteurs zijn niet de eerste de beste scholieren, maar wetenschappers van formaat. Dit boek is een steen waar evolutionisten hun tanden op stuk bijten. Dat blijkt ook, want ze willen de discussie niet aangaan.

Tegelijk typeert Dekker het creationisme als een semi-wetenschappelijke theorie, die ook in evangelische kring steeds minder wordt aangehangen.
„Wat het laatste betreft, heeft hij gelijk. Ook veel toegewijde christenen zijn zo geïndoctrineerd door de evolutietheorie, dat ze een compromis gaan zoeken. Een belangrijke oorzaak ligt in het feit dat macro- en micro-evolutie worden verward. De Bijbel weerspreekt nergens de micro-evolutie, variatie binnen een grondtype. We lezen in de Bijbel dat God die grondtypen heeft geschapen, naar hun aard. Bijvoorbeeld de katachtigen. Daarbinnen is ontwikkeling geweest, maar nog nooit is een katachtige een hondachtige geworden. Dat zou op macro-evolutie wijzen.
Als Dekker zegt dat hij aan creationisten tal van vragen kan stellen die zij niet kunnen beantwoorden, dan heeft hij natuurlijk gelijk. Zulke vragen zijn er voor iedereen, ook voor mensen die evolutie of Intelligent Design aanhangen. Ik ben wel razend nieuwsgierig wélke vragen hij aan het creationisme wil stellen.

Heeft de Bijbel u wel eens voor vragen gesteld?
„Natuurlijk, maar dat ligt niet aan de Bijbel. Dat ligt aan mij. Het is toch heel arrogant om te denken dat wij met ons motortje van 1,6 liter boven op onze romp de Heere God, de Schepper van hemel en aarde, kunnen begrijpen. Ik geloof als een kind in de Bijbel en heb niet zo veel problemen met teksten die ik niét begrijp. Ik heb de grootste problemen met de bijbelteksten die ik wél begrijp. Om die te doen en ernaar te leven. De Heere Jezus zegt dat we moeten worden als een kind. Als je de Bijbel goed wilt lezen, moet je aan je zoontje vragen wat er staat. Dan heb je grote kans op een juiste uitleg, al zijn er natuurlijk ook teksten waarvoor je een zekere achtergrondkennis moet hebben om ze te kunnen begrijpen.
Voor mij staat voorop dat God ons een betrouwbare Bijbel heeft gegeven. Wat Hij zegt, dat bedoelt Hij, en wat Hij bedoelt, dat zegt Hij. Vervolgens bemoedigt het me als dit door de moderne wetenschap wordt bevestigd.

Is uw Schriftgeloof ook bevestigd door het werk voor Open Doors?
„Absoluut, veel sterker dan door allerlei wetenschappelijke ontdekkingen. In militaire dienst kwam ik in aanraking met een dominee die over God sprak alsof hij Hem persoonlijk kende. Dat was ook werkelijk het geval. Via hem kwam ik in contact met Open Doors, en raakte ik betrokken bij het smokkelen van Bijbels. Als ik zou beweren dat ik in dat werk nooit een wonder heb gezien, zou ik liegen. God greep meer dan eens in op een wijze die niemand had verwacht. Waarom zou ik dan niet geloven wat Hij zegt in Zijn boek? Als er een tweespalt is tussen de Bijbel en mijn verstand, ben ik er vast van overtuigd dat dat aan mijn verstand ligt.

Heeft het materiaal dat u in uw jongste boek hebt gebundeld uw geloofsleven veranderd?
„Nee, mijn leven is veranderd doordat ik door Gods genade wederom geboren ben.

Veel christenen beweren dat het er vervolgens niet zo veel toe doet hoe de aarde tot stand is gekomen.
„Dat zie ik anders. Ik heb nooit geloofd dat Bijbel en wetenschap met elkaar in tegenspraak zijn. Gods openbaring door Zijn schepping laat niet iets anders zien dan Gods openbaring door Zijn Woord. Als we Gods schepping en Gods Woord nauwkeurig bestuderen, blijken ze perfect met elkaar in overeenstemming te zijn. Het probleem is dat wij dat Woord vaak zo slordig lezen.
Geweldig vond ik wat ik eens las in het blad Standvastig, van de Gereformeerde Bijbelstichting. In de geschiedenis over de volkstelling door David wordt in bijna alle vertalingen acht keer gesproken over de dorsvloer van Arauna. Alleen de Statenvertaling spreekt één keer over de dorsvloer van Aranja, getrouw aan de grondtekst. Arauna was een verachte Jebusiet, en had voor Israëlieten een nietszeggende naam. Maar als God David zegt dat hij een altaar moet bouwen, past Hij de naam iets aan. Dan zegt Hij niet Arauna maar Aranja: De Heere verheugt Zich. De Heere verheugt zich als een mens berouw krijgt van zijn zonden en een altaar bouwt om Hem een offer te brengen. Op diezelfde plek is later de tempel van Salomo gebouwd.
Ik krijg echt kippenvel als ik zoiets lees. Met dit soort dingen staat de Bijbel vol. Als we ervan overtuigd zijn dat het Woord van God de waarheid is, laten we ons er dan ook werkelijk in verdiepen. Veel christenen gaan verschrikkelijk slordig met de Bijbel om. Dat verdriet me misschien wel even veel als alle activiteiten van evolutionisten bij elkaar.


Moderne wetenschap in de Bijbel
De titel van zijn boek suggereert dat de auteur van Moderne wetenschap in de Bijbel het Woord van God als een natuurwetenschappelijk handboek beschouwt, maar in zijn voorwoord neemt drs. Ben Hobrink meteen stelling tegen die gedachte. „In de Bijbel staan geen verslagen van wetenschappelijk onderzoek, geen verslagen van de bijbehorende proefopstellingen en resultaten, maar wel van de bijbehorende conclusies. Daarmee verklaart hij meteen de ondertitel van zijn boek: De Bijbel is de wetenschap 3500 jaar vooruit.

Rode draad in het fascinerende boek van Hobrink is dat godsmannen als Noach en Mozes eenvoudig uitvoerden en noteerden wat God hen opdroeg en voorschreef. Zonder te beseffen waarom alles juist op die wijze moest gebeuren. Door de kennis van de moderne wetenschap is dat inmiddels voor het overgrote deel wel duidelijk. Zo blijken de door God voorgeschreven maten voor de ark het meest stabiele vaartuig op te leveren, en is de achtste dag de ideale dag voor de besnijdenis. Het gehalte aan stollingsstof in het bloed is dan hoger dan op enige andere dag in een mensenleven.

Spijswetten
Na een introducerend hoofdstuk besteedt Hobrink aandacht aan de bestrijding van epidemieën (hoofdstuk 2) en de beoefening van hygiëne (hoofdstuk 3), zoals voorgeschreven in de Thora. Dankzij de reinheidswetten werden (en worden) joden veel minder geconfronteerd met epidemieën en geslachtsziekten.
„Weinig mensen zullen zich realiseren dat het principe van toiletten, van melaatsenkolonies, stadsreiniging, quarantaine en bestrijding van epidemieën voortkomt uit de Bijbel, stelt Hobrink vast. Hij typeert deze door God aan Mozes gegeven wetten als een anachronisme. „Ze waren hun tijd te ver vooruit om door andere volken gehoorzaamd of begrepen te worden. Begrijpen deed Israël ze evenmin, maar omdat ook deze wetten in een religieus kader stonden, werden ze wel gehoorzaamd.
Hoofdstuk 4 gaat in op de spijswetten voor Israël. „Niet geschreven door mensen met kennis van zaken, maar juist omdat die kennis ontbrak. Inmiddels bestaat de kennis wel, en is duidelijk dat de dieren die de Israëliet niet mocht eten, schadelijk waren voor de gezondheid of noodzakelijk voor het biologisch evenwicht in de natuur.

Betrouwbaarheid
Het hoofdstuk Natuurwetenschappen biedt informatie over de ark, de vraag of die voldoende dieren kon bevatten, de verschillende zondvloedverhalen, het spreken van de Bijbel over de waterhuishouding van de aarde (in Job, Psalmen, Prediker, Jesaja en Amos), de positie van de aarde in het heelal, de sterren, en de kans dat het uitkomen van zo veel bijbelse profetieën op toeval zou berusten.
Hoofdstuk 6 belicht schepping en evolutie. Nadat hij een veelheid aan gegevens op een rij heeft gezet, sluit de auteur af met een persoonlijke overweging. „Als het christelijk geloof op net zo weinig feiten zou zijn gebaseerd als de evolutietheorie, zou ik beslist atheïst worden.
Hoofdstuk 7 belicht de betrouwbaarheid van de Bijbel. Hobrink wijst onder meer op het feit dat vermeende onjuistheden in de Bijbel keer op keer ontkracht werden en worden. Nieuwe vondsten bevestigen het klassieke Schriftgeloof. Zijn slothoofdstuk, waarin een persoonlijk getuigenis is opgenomen, eindigt hij met een citaat uit een toespraak van Abraham Kuyper.
Zooals mijn Heiland aan Mozes en de Profeten geloofde,
zoo en niet anders wensch ik ook aan die Schrift te gelooven.

N.a.v. Moderne wetenschap in de Bijbel, door drs. Ben Hobrink; uitg. Gideon, Hoornaar; 360 pag., prijs € 18,50, ISBN: 90-6067-794-3.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 2 november 2005

Terdege | 108 Pagina's

Wetenschappelijke lessen in de Bijbel

Bekijk de hele uitgave van woensdag 2 november 2005

Terdege | 108 Pagina's