Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Erkenning voor het Fries

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Erkenning voor het Fries

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Elke dag vijftig regels, behalve op zondag. Zo vertaalde Klaas Bruinsma, jaren achtereen, Homerus in het Fries. Naast talloze andere klassieken. Twee weken geleden speldde de Koningin hem de Zilveren Anjer op de revers. „De Friese literaire wereld leeft, maar het gaat niet goed met de taal. Als er niet meer gebeurt dan nu, verliezen we de slag.

De vazen met boeketten staan in een rij voor de schoorsteen in zijn woonkamer. In de kast liggen brieven en andere schriftelijke felicitaties. En nog iedere dag groeit de stapel. De 76-jarige Fries is zichtbaar verheugd over de onderscheiding, die wordt toegekend aan Nederlanders die zich bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt op het terrein van het natuurbehoud of de cultuur. „Er waren er dit jaar drie die de Zilveren Anjer ontvingen. Dat is toch heel anders dan een lintje, dat aan duizenden wordt toegekend.

In het bijzijn van de Vorstin droeg hij het bekende gedicht van Herman Gorter over een nieuwe lente en een nieuw geluid in het Fries voor. Hij veert op van zijn stoel. „Na afloop kwam een Limburger naar me toe. Hij vond de slotregels in het Fries beter klinken dan in het origineel. Das toch geweldig?
Klaas Bruinsma wordt algemeen beschouwd als de belangrijkste vertaler in het Fries. Tientallen werken, gedichten, psalmen en gezangen zette hij om in zijn moedertaal. Ook vanuit het Frans, Spaans en oud-Engels vertaalde hij enkele meesterwerken. Al eerder ontving Bruinsma prijzen voor zijn niet aflatende ijver. Zo kreeg hij tweemaal de Friese Dr. Obe Postmaprijs. In 1993 voor de vertaling van drie tragedies van Sofokles, in 2005 voor het een jaar eerder verschenen Homerus.
Zelf blijft hij uiterst bescheiden. „Het is voor mij een erkenning van het Fries als literaire taal. Iedereen die dat wil, moet de klassiekers in zijn eigen taal kunnen lezen. Een taal is pas volwassen als de Bijbel, Shakespeare en Homerus erin zijn vertaald. Natuurlijk was het Fries al lang volwassen, maar er ligt nu ook een tastbaar bewijs.

Gamaliël
Bruinsma groeit op in Easterein (Oosterland). Hij is de op één na jongste in een gezin met zes kinderen. Zijn vader komt om in de oorlog. Hij wordt gedeporteerd als vergelding voor het feit dat de Duitsers zijn oudste zoon, die in het verzet zit, niet te pakken kunnen krijgen. „Door de steun van de stichting 40-45 kon ik studeren. Ik ging naar het gereformeerd gymnasium in Huizum, het huidige Leeuwarden. Dat gymnasium is nu naar Beijers Naudé vernoemd. Bruinsma roemt de opleiding. „Ik zat als het ware aan de voeten van Gamaliël en kreeg les van de bekende dr. H. Algra. Griekse les gaf dr. W. Kok, de latere directeur van de Fryske Academie. Hij bracht me de liefde voor het Fries én voor de literatuur bij. Dat is nooit mee overgegaan.
In de hoogste klas van het gymnasium begint hij met het omzetten van Homerus, maar door vervolgstudie en werk komt het er daarna niet meer van. Bruinsma behaalt zijn aktes MO A en MO B Engels en wordt onderwijzer in Zoetermeer. Het vertrek van afgestudeerden uit Friesland doet hem pijn. Fel: „Dat is nog steeds aan de gang, die braindrain. De knapste koppen wonen buiten de provincie, kijk maar naar de vele Friese professoren in Wageningen of naar de vroegere directeur van De Nederlandsche Bank.

Dinosaurussen
Enkele jaren later keert hij terug naar het Friese Balk. Hij wordt docent aan het Ichtuscollege in Drachten, zijn huidige woonplaats. Pas na zijn vervroegde pensionering, in 1986, ontstaat er tijd en ruimte voor zijn vertaalwoede. Aan de lopende band begint hij met de vertaling van de klassiekers uit de wereldliteratuur. Dagelijks werkt hij eraan, van tien uur s ochtends tot vijf uur in de middag. „Ik maak eerst een ruwe opzet. Daarna tik ik het uit. Op een typmachine. Ik heb geen auto, geen pc of internet. Ik behoor tot de dinosaurussen die niet mobiel zijn. Helaas, denk ik af en toe, want alle uitgevers willen alleen maar digitale tekst aangeleverd zien.
Gedreven door liefde voor de taal en liefde voor zijn geboorteprovincie brengt hij werken als Reintje de Vos, Béatrijs („ook naar de Koningin gestuurd), Karel ende Elegast en Mei (van Herman Gorter) uit in het Fries. Vele andere vertalingen volgen.
Halverwege de jaren negentig pakt hij Homerus, waarvan zijn eerste Friese vertalingen al tussen 1954 en 1960 in de Fryske Studinte Almanak verschijnen, weer op. „Wat je begint, moet je afmaken, vond ik. Het is monnikenwerk. Dagelijks 50 regels, op naar de 28.000. Alleen op zondag werkt de hervormde Bruinsma uit overtuiging niet.
Voor het geld hoeft hij het niet te doen. „Het uitbrengen van mijn eerste boek kostte me 1500 gulden. Voor het digitaliseren van Homerus zijn door de uitgever twee studenten ingehuurd. Kosten 4000 euro. Je begrijpt wie die moest betalen. Nee, ik ben er alleen maar armer van geworden.

Invloed televisie
De laatste jaren gaat het vertaalwerk iets moeizamer door zijn gezondheidstoestand. Viermaal heeft de inwoner van Drachten een longembolie. Ook van een geconstateerde leukemie knapt hij wonder boven wonder op. Hij weet zich afhankelijk. „De Heere heeft me tot op heden voor de dood bewaard.
De vraag naar Friese literatuur is klein, erkent Bruinsma. „Het is natuurlijk iets voor de kleine elite. Maar in vergelijking met de rest van Nederland is de belangstelling toch ook weer relatief groot.
Over de toekomst van die taal is hij allerminst gerust. „De overheid zet zich wel in, maar het is onvoldoende. Beslissend is het onderwijs op de basisschool. Dat is wel sinds 1980 verplicht, maar een uurtje Fries per week is veel te weinig. De invloed van radio, televisie en films is enorm. Het Fries is na de oorlog flink teruggelopen en gaat nog steeds terug. Nu is het nog voor de helft van de Friezen, ongeveer 300.000 mensen, de moedertaal. Maar ik ben bang dat, als er niks gebeurt, het over honderd jaar over en uit is. Maar in breder verband geldt dat ook voor het Nederlands. Dat wordt bedreigd door het Engels. Dat heeft meer status en verdringt helaas de Nederlandse taal.

Zie ook pag. 23.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 27 juni 2007

Terdege | 76 Pagina's

Erkenning voor het Fries

Bekijk de hele uitgave van woensdag 27 juni 2007

Terdege | 76 Pagina's