Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vijf dezelfde poppen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vijf dezelfde poppen

Marja Achterberg-Ruiter: „Ik merk niet dat jongens slechter kunnen stilzitten''

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tussen gezinnen met alleen maar meisjes en gezinnen met alleen maar jongens bestaan veel verschillen. Want jongens gedragen zich nu eenmaal anders dan meiden. Is dat zo? We laten de ouders van echte jongens- en meidengezinnen zelf aan het woord.

Vijf meisjes op de bank of op de stoelen in de woonkamer, de zesde ligt al op bed. Elise (5) kwebbelt er lustig op los, de rest gedraagt zich rustiger. De oudste twee zitten met een boek op de bank. Is dat een beeld van de dagelijkse werkelijkheid? Moeder Marja Achterberg-Ruiter (39) denkt van wel. „Ze kunnen goed stilzitten en zijn volgens mij in zn algemeenheid ook rustiger dan jongens. Ik heb natuurlijk geen vergelijkingsmateriaal, maar hoor wel in gesprekken met vrienden en familieleden hoe het bij anderen toe gaat. We hebben geen kinderen die in de vensterbank klimmen of veel kapot maken. Hoewel, ze aarzelt even. „Er is wel eens een ruitje bij de buren gesneuveld, maar dat was een uitzondering.
Ook op andere momenten profiteert ze van de rust van de dames. „Als ik een boodschap doe en ik neem de meiden mee, laat ik ze gerust in de auto achter. Ze pakken al gauw een boekje en zetten de cd aan. Ook hier in huis wordt wat af gemusiceerd, met een dwarsfluit, op het orgel of met de blokfluit. En de cd staat de hele dag aan. Soms tot vervelens toe.
Het feit dat de meisjes goed kunnen stilzitten, komt zeker op zondag van pas. Marjas man Kees (44) is ambtsdrager in de Gereformeerde gemeente van Apeldoorn. Ze zegt: „Ik zit alleen in de bank met de meiden, maar heb eigenlijk nooit problemen.

Gezondheid
Samen hebben ze zes meisjes. Naast Elise zijn dat Willine (15), Erica (14), Marith (10), Simone (9) en Jacolynn (3). Na het tweede meisje was Marja in verwachting van een jongen. „Met veertien weken is hij overleden. Het blijft natuurlijk gissen, maar ik denk dat jongens niet voor ons zijn weggelegd.
Kees Achterberg is blij met zijn gezonde dochters. Willine bracht in haar derde levensjaar grote zorgen met zich mee. „Ze heeft toen een beenmergtransplantatie ondergaan en de bloedcellen van haar zusje Erica gekregen. Het was een zaak van leven en dood en het is wonderlijk goed gegaan. Gezondheid is een groot goed. Natuurlijk had ik een jongen best leuk gevonden, maar je krìjgt kinderen. Wat belangrijker is, zij hebben zielen voor de eeuwigheid. Ten diepste gaat het om de vraag of zij behouden aankomen.
De rust in het gezin wordt natuurlijk ook op bepaalde momenten doorbroken. Kees: „Het is in ieder geval niet eentonig of zo. Vooral aan tafel kunnen ze er wat van en komen de verhalen los. Soms is het dan echt een gekakel. Marja: „Wat mij ook opvalt, is dat meisjes zich gemakkelijk met anderen bemoeien en mij of hun zusjes zeggen wat er wel of niet had moeten gebeuren. Maar misschien is dat toch een zorgaspect, elkaar min of meer op opvoedkundige wijze corrigeren.

Tikkeltje eenzaam
Heel soms voelt Bregien van den Heuvel-van Pijkeren (41) uit IJsselmuiden zich een tikkeltje eenzaam tussen alle mannen, die graag mogen praten over autos, computerspelletjes en voetballen. „Natuurlijk vind je bij kleine meisjes die roze jurkjes en strikjes erg leuk, maar ik ga niet zeggen dat ik het jammer vind dat we alleen maar jongens hebben. Het was voor mij hooguit een extra geweest. Ga je door tot je een meisje hebt? zei eens iemand in het ziekenhuis tegen me, na een miskraam, toen ze hoorde dat we vijf jongens hadden. Ik heb haar toen uitgelegd dat we geloven dat God bepaalt wat en wie je krijgt en hoeveel je krijgt. Tonnis kreeg in de eerste weken van zijn leven longontsteking en was ernstig ziek. Op zon moment besef je dat je gezondheid dat soort vragen verre te boven gaat.
Ze is moeder van vijf zoons: Willem (14), Gerjan (13), Tonnis (9), Dinant (7) en Jarno (6). Vader Wim (40) is in zijn sas met de jongens. „Als we een dochter zouden hebben, zou ik het best moeilijk vinden als ze later verkering zou hebben, zegt hij wel eens.
Bregien, voor een dag per week als lerares Frans verbonden aan de Jacobus Fruytierscholengemeenschap in Apeldoorn - „die dag heeft Wim vrij op de momenten dat de jongens naar school gaan en thuiskomen - is gewend aan haar leven tussen de mannen. Ze schiet in de lach. „Ik heb het tegen kleine kinderen altijd over kereltje of ventje. Toen mijn zus een meisje adopteerde en we hen op de luchthaven begroetten, flapte het er als naar gewoonte uit: hé kereltje.
Jongens stoeien graag, aldus Bregien. De jongens mogen graag stoeien met hun vader. „Wim heeft een aantal jaren geleden bij een val een heup gebroken en is sindsdien bang om al te wild te doen. Soms laat hij die angst varen. En zo lag er afgelopen winter een aanrechtkastje uit. Jongens doen stoer en er is best een behoorlijk stuk rivaliteit. De gesprekken gaan niet over kleren of zo. Ik merk dat sterker naarmate ze groter worden. Even winkelen met een van de kinderen of met een dochter gezellig dit of dat doen, is er niet bij.

Buggys en poppen
Dat ze in huize Achterberg alleen maar meisjes hebben, wordt ook duidelijk als er familie met jongens op bezoek komt. Marja Achterberg: „Er zijn hier geloof ik maar twee autos in huis. Tegen neefjes zeg ik altijd dat ze hun speelgoed zelf maar moeten meebrengen. De keuze voor nieuw speelgoed stelt het echtpaar wel eens voor dilemmas. „Er staan dan al vijf buggys of ze hebben al vijf van dezelfde poppen. Moet je dan het jongere zusje een afdankertje geven of toch weer een nieuwe kopen?
Marja merkt wel dat de meisjes, als ze wat groter worden, veel van elkaar oppikken. „Ik heb natuurlijk geen vergelijkingsmateriaal, maar bij de grotere verloopt de voorlichting op een natuurlijke wijze. Ze voelen redelijk goed aan wat ze in het bijzijn van de kleintjes kunnen zeggen.
Een groter gezin heeft veel voordelen, meent Marja. „Ik kom zelf uit een groot gezin en je leert al vroeg om te delen en dat niet alles kan. Ze heeft zich wel regelmatig moeten verdedigen. „Zo heb ik dat wel ervaren. Vooral buitenstaanders die reageren als ze zes meisjes in de leeftijd van 3 tot 15 zien. Ach, zijn die allemaal van jou? En nog helemaal geen jongens ook? Wat zielig voor uw man. In het begin trok ik me dat meer aan dan tegenwoordig.
Kees heeft het nooit als zielig ervaren. „Ik werk in de bouw en zie soms wel dat zoons hun vader opvolgen. Dat zal ik niet meemaken, denk ik dan. Maar verder heb ik er geen enkel probleem mee. „De meisjes vinden het heel leuk om te gaan winkelen. Dat is de gezelligheid van meiden, vult Marja aan.

Kindgebonden aankoop
Bij de familie Van den Heuvel is het speelgoed uiteraard eveneens afgestemd op de gebruikers. „Er is één pop in huis, die is van mij. Van vroeger. Een poppenwagen zul je hier niet vinden. De jongens hebben vooral autos, Playmobil en Lego. En sinds Tonnis op tekenles zit, zijn de anderen daar vaak ook druk mee. Voor het computergebruik hebben we een intekenlijst.
Om te voorkomen dat er op verjaardagen steeds dezelfde dingen worden gekocht, hebben Bregien en Wim hun aankopen voor deze heuglijke bijeenkomsten kindgebonden gemaakt. „De een krijgt steeds Playmobil, een volgende Lego en de oudste is al met zaken zoals een mobiele telefoon in de weer. Er gaat ook wel eens wat kapot of er belandt speelgoed in de zandbak.
Voor een van de eerste verjaardagen werden jongens én meisjes uitgenodigd. „Dat leek me wel leuk. Maar daar ben ik op teruggekomen. De activiteiten met de meisjes vonden de jongens niet leuk, en andersom. Later kwamen er alleen maar jongens. Vaak gingen we naar het bos, de laatste jaren houd ik themafeestjes met spelletjes.

Voetbal
Bregien merkt niet dat jongens minder goed stil kunnen zitten dan meisjes. „Met de kerkgang gaat het prima. Nu moet ik er wel bij vertellen dat we ze van meet af aan goed duidelijk hebben gemaakt dat ze zich in het huis van God eerbiedig dienen te gedragen. Aan tafel vinden ze het wel moeilijk om op elkaar te wachten. Dat leidt tot draaien en wiebelen. Dan komen ook de verhalen los. Om te voorkomen dat de oudsten altijd het woord hebben, hebben we afgesproken dat ze op een vaste dag als eerste aan de beurt zijn om over school te vertellen. Dat komt mooi uit, want zo zijn alle vijf de werkdagen gevuld.
Sommige discussies gaan het bij de Gereformeerde Gemeenten aangesloten gezin voorbij. „We hoeven het niet te hebben over het dragen van lange broeken, een punt waarover in veel andere gezinnen met meisjes vaak gesproken wordt. Dat wil niet zeggen dat er geen andere aangelegen onderwerpen zijn. „Ze willen dolgraag op voetbal. Alle argumenten komen dan op tafel. De club hier speelt alleen op zaterdag, er wordt niet gevloekt, al dat soort dingen. Maar we doen het niet. Ik probeer hen uit te leggen dat het toch alleen maar om winnen gaat, dat die mensen zich bijna schamen als ze verloren hebben. Dat begrijpen ze dan wel, maar af en toe borrelt het toch weer op.

Zingen op zondag
Jongens zingen minder graag dan meisjes, is de mening van de IJsselmuidense. „Dat merk je aan hun gedrag. Wij zingen op zondagavond graag bij de piano. Gerjan speelt nu eufonium, dan mag hij ook begeleiden. Hoeft-ie niet te zingen. Maar we willen het wel graag volhouden, want als die gewoonte weg is, krijg je die niet terug. Ook onder het zingen van de versjes die ze voor school moeten leren, na de maaltijd, proberen ze vaak uit te komen. Ik kan het al, hoor je al snel.
Regelmatig praat ze met de oudsten over de kleding op zondag. „Ik wil niet dat ze die dag naar de kerk spijkerbroeken dragen. Maar ze zien dat sommige anderen dat wel mogen. Dat is best een lastig punt en dat zal er de komende jaren niet makkelijker op worden.
Aan kleedgeld beginnen vader en moeder Van den Heuvel nog niet. „We weten nog niet precies wanneer we dat doen. Jongens zitten daar niet echt op te wachten. Vanaf een jaar of tien krijgen ze zakgeld en bij de oudsten hebben we dat alweer gestopt. De een foldert, de ander heeft een zaterdagbaantje. Daar kunnen ze zelf cadeautjes voor verjaardagen en dergelijk van kopen. We stimuleren hen om van dat geld ook wat te sparen.''

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 24 juni 2009

Terdege | 92 Pagina's

Vijf dezelfde poppen

Bekijk de hele uitgave van woensdag 24 juni 2009

Terdege | 92 Pagina's