Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Tobben met Engels

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Tobben met Engels

Lector Johan van Wijk: „Onze leerlingen worden onvoldoende blootgesteld aan deze taal”

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Al decennialang is Engels een zorgenkindje in het voortgezet reformatorisch onderwijs. Onder leiding van Johan van Wijk, lector aan Driestar Hogeschool, wordt getracht het tij te keren. „Gezamenlijk moet het binnen enkele jaren lukken om verandering aan te brengen.

Van Wijk, zelf al 25 jaar docent Engels, kan het zich niet anders herinneren: waar het reformatorisch onderwijs over het algemeen uitstekend presteert, blijven de prestaties als het gaat om het vak Engels duidelijk achter. De statistieken geven een helder beeld. Gemiddeld scoren de leerlingen van de reformatorische scholen één tot anderhalve punt onder het landelijke gemiddelde.
De achterstand geeft wel aan dat het reformatorisch onderwijs niet geheel heeft stilgezeten, anders zou die de voorbije jaren verder zijn opgelopen. „Want de eisen voor Engels zijn steeds verder verzwaard en zullen ook in de toekomst nog worden aangescherpt. Maar de algemene uitkomst is nog steeds bedroevend slecht”, concludeert de Gouwenaar, die vorig jaar de opdracht kreeg het probleem op een wetenschappelijk verantwoorde manier in kaart te brengen, de oorzaken op een rijtje te zetten en aanbevelingen voor een betere toekomst te doen.

Groot onderzoek
Al snel na het instellen van het lectoraat is gestart met enquêtes onder ouders, docenten en leerlingen in het voortgezet onderwijs. Van Wijk spreekt over een onderzoek dat in grootte zijn gelijke niet kent in het voortgezet onderwijs. Geen luxe, meent hij. „De prestaties van onze leerlingen zijn natuurlijk ook de inspectie niet ontgaan. Er is sprake van een probleemsituatie en je kunt en mag je bij de aanpak geen buil vallen.”
Behalve naar de reformatorische scholen Driestar College, Jacobus Fruytier Scholengemeenschap, Van Lodenstein College, Pieter Zandt Scholengemeenschap, Wartburg College, Gomarus Scholengemeenschap en Calvijn College zijn de vragenlijsten ook toegestuurd aan vertegenwoordigers van 28 andere scholen. „Om vergelijkingen te kunnen maken en er lering uit te trekken. We willen graag weten of onze leerkrachten de juiste dingen doen en hoe het zit met de blootstelling aan Engels bij de leerlingen van die andere scholen, vooral ook buiten de muren van het schoolgebouw.”
In totaal zijn er het afgelopen jaar vijf enquêtes uitgezet. Een ervan richt zich op het basisonderwijs. Daarin worden leerkrachten, directies en ouders ondervraagd. „Met die enquête zijn geen niet-reformatorische scholen benaderd. Er is al heel veel uit onderzoeken bekend over de zin van vreemde talen in het basisonderwijs. In het algemeen overheerst de gedachte dat, hoe eerder je begint, hoe beter het is. Persoonlijk onderschrijf ik dat.”

Televisie
Hoewel de uitslagen pas dit najaar echt worden geïnterpreteerd en geanalyseerd, heeft Van Wijk mede dankzij zijn jarenlange ervaring wel een globaal beeld van de oorzaken en oplossingen.
„Heel lang is geroepen dat de afwezigheid van televisie in onze gezinnen de jeugd veel minder met Engels in aanraking zou brengen. Dat zou de verklaring zijn voor de achterstand.”
Hij heeft zijn twijfels of dit de enige verklaring is voor het feit dat nogal wat reformatorische leerlingen met Engels tobben. „Als het waar was, zou die achterstand de afgelopen jaren snel moeten zijn ingelopen. De feiten wijzen uit dat het tv-bezit in de gereformeerde gezindte is toegenomen en bovendien heeft de computer met internetaansluiting haast overal zijn intrede gedaan.”
Hij moet nog vaak denken aan de woorden van een oud-collega, die een bredere analyse maakte van de achterstand van Engels. „Hij sprak van een zekere culturele achterstand op het terrein van muziek, film, theater en moderne magazines. Van moderne media was toen nog nauwelijks sprake.”
Of de man in alle opzichten gelijk had, weet Van Wijk niet. „Maar te vrezen valt dat er ook op dit terrein sprake is van een inhaalslag.”

Minder grammatica
Er is niet slechts één oorzaak, denkt hij. „Het is uiterst complex. Zo is bekend dat een kind in het westen van Nederland per dag vijftien tot twintig Engelse woordjes hoort. Dat is in Oost-Nederland aanzienlijk minder. Maar de verschillen tussen de reformatorische scholen in het oosten en het westen zijn veel minder groot dan je op basis van dat gegeven zou verwachten.”
Het kan volgens hem daarom geen kwaad ook te kijken naar de omgeving waarin veel leerlingen opgroeien en de op de scholen gehanteerde lesmethoden. „Ik vermoed dat onze leerlingen onvoldoende worden blootgesteld aan het Engels.” Van de vroegere, afstandelijke opstelling van ouders, die niets wilden weten van de mondialisering en om die reden het nut van Engels niet inzagen, is volgens hem maar weinig overgebleven.
„De huidige generatie ouders ziet het belang van Engels als wereldtaal heel goed. Misschien doen we als docent niet de goede dingen. De problemen concentreren zich op luister- en leesvaardigheid. Steeds meer deskundige bollebozen op dit terrein geven aan dat je je vooral moet richten op spreekvaardigheid en minder op grammatica. Anders blijft het een vak dat de leerlingen niet aardig vinden. Engels wordt leuker naarmate je meer het gevoel krijgt dat je het daadwerkelijk beheerst.”
Dat laatste raakt hem zichtbaar.
„Veel leerlingen in het reformatorisch onderwijs vinden Engels niet leuk. Een eerste indruk naar aanleiding van het onderzoek is dat er op niet-reformatorische scholen vaak meer animo voor deze taal te vinden is. „Hoewel er ook binnen het reformatorisch onderwijs gunstige uitzonderingen zijn.”

Inhaalslag
Na de analyse van de gegevens worden conclusies getrokken en zal Van Wijk met zijn team enkele pilots doen en aanbevelingen voor de scholen opstellen. „We brengen daarom initiatieven van de afgelopen jaren in kaart en bekijken per geval of die nuttig zijn geweest.”
De laatste jaren lijkt er een voorzichtige inhaalslag op gang te komen.
Op allerlei manieren waren de zeven scholen op hun eigen wijze actief om de resultaten te verbeteren. „Door mailwisselingsprogramma’s, Engelse sprekers, werkweken en het gebruik van allerlei andere methodes.”
De start met het Lyceum van de Fruytier Scholengemeenschap en het VMBO op het Calvijn heeft een positieve impuls gegeven. „Inmiddels hebben de meeste reformatorische scholen een tweetalige afdeling. Daarnaast zie je dat steeds meer basisscholen al in groep 1 met het Engels starten. Er zijn verder veel initiatieven van uitgevers en anderen, denk maar aan uitgaven als SchoolYard en Scope. Er is ontzettend veel lees- en luistermateriaal beschikbaar en er zijn voldoende goede documentaires die het luisteren, lezen en beleven stimuleren en het vak interessant maken.”
De lector is ervan overtuigd dat het binnen een paar jaar moet lukken om de examenresultaten van de reformatorische scholen voor voortgezet onderwijs op het landelijke peil te brengen en het Engels op de pabo en de lerarenopleiding te verbeteren. „Als we maar goed samenwerken en het leren van Engels niet als een probleem, maar als een boeiende uitdaging gaan zien.”

 


Lectoraat
Vorig jaar is Johan van Wijk benoemd tot lector bij Driestar Hogeschool. Van Wijk (50) heeft z’n sporen in de Engelse taal verdiend. Hij heeft Engelse taal en letterkunde en algemene taalwetenschap gestudeerd. In Groot-Brittannië heeft hij een promotieonderzoek gedaan. Zijn lectorschap vergt een halve weektaak. Daarnaast is hij werkzaam als docent Engels aan het Driestar College en aan Driestar Hogeschool. In het lectoraat, dat het beste kan worden omschreven als een leerstoel aan de hogeschool, wordt getracht een verbinding te leggen tussen nieuwe ontwikkelingen in de Engelse taalwetenschap en de praktijk. De lector wordt in een zogenaamde kenniskring gesteund door een zevental docenten van de reformatorische scholen voor voortgezet onderwijs, drie vertegenwoordigers van Driestar Hogeschool en een projectleider. Om het onderzoek, de analyse van de problemen en de aanbevelingen ter verbetering wetenschappelijk te waarborgen, is een resonansgroep gevormd, waarin wetenschappers van verschillende universiteiten uit binnen- en buitenland meekijken en aanbevelingen doen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 14 september 2011

Terdege | 108 Pagina's

Tobben met Engels

Bekijk de hele uitgave van woensdag 14 september 2011

Terdege | 108 Pagina's