Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De grootste mijn ter wereld

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De grootste mijn ter wereld

6 minuten leestijd

Het is een van de plaatsen waar de Duitse industriële geschiedenis werd geschreven. Zollverein in Essen, de grootste kolenmijn ter wereld, is bovengronds nog volledig intact. Jaarlijks bezoeken zon 1,5 miljoen mensen de gebouwen en de bijbehorende cokesfabriek.

Het Ruhrgebied is geen voor de hand liggende bestemming. De associaties met grote steden, een hoge bebouwingsdichtheid, industrie en files weerhouden Nederlanders ervan om die kant op te gaan. Ook bij bestemmingen wat verderop in Duitsland wordt een route door het gebied vaak gemeden.
Een flink deel van dit imago is onjuist. De zwaar vervuilende industrie is voor een belangrijk gedeelte verleden tijd en heeft plaats gemaakt voor nieuwe bedrijvigheid. De oude industrie is grotendeels erfgoed geworden.
Dat geldt zeker voor de mijnbouw in Essen, circa 70 kilometer over de grens bij Venlo. Ooit was de Duitse stad de grootste mijnbouwstad van Europa. Essen telde maar liefst 291 mijnen. Zollverein was wereldwijd de grootste en de meest productieve kolenmijn. Op 23 december 1986 verlieten de laatste kompels de ondergrondse stelsels. Tussen 1847 en 1986 werd er in de mijn in totaal 240 miljoen ton kolen gedolven.
Dat bleef niet zonder gevolgen. Tot op de dag van vandaag zijn specialisten in de weer om het waterpeil in de volgelopen gangen onder de stad op het juiste peil te houden, om verzakkingen en instortingen te voorkomen. De ondergrondse delen zijn het domein van waterbeheersers en zullen dat in de toekomst blijven.

Tochtig
Op het tochtige plein tussen de mijningang en de voormalige kolenwasserij vertelt gids Donata Vitala over de geschiedenis van ‘Zeche Zollverein’. Onophoudelijk spreekt ze over een staaltje van meesterarchitectuur en ze benadrukt dat Zollverein niet alleen de grootste, maar ook de mooiste mijn ter wereld was. Dat geldt dan met name voor het laatste bijgebouwde deel, schacht nummer 12. Dat is de laatste van de in totaal 12 schachten op een terrein van circa 12 vierkante kilometer. De schacht werd in 1932 gebouwd en was tot 1986 in gebruik.
De geschiedenis van de mijn gaat terug tot 1847. De verschillende eigenaren die aanspraak maakten op de zo kostbare ondergrond verenigden zich, zodat het mijnencomplex kon uitgroeien tot het grootste ter wereld. De laatste schacht was een meesterwerk van moderne industriearchitectuur. De bouw vergde drie jaar. Het ontwerp trok over de gehele wereld de aandacht.
Aan de voorkant van de in rode bakstenen opgetrokken hoge schacht ligt een groot grasveld, te bereiken via een monumentale poort. De mijnwerkers mochten daar niet komen, ze hadden hun eigen achteringang. „Het veld was alleen voor eregasten”, aldus Donata.
In het sorteergedeelte van de fabrieksgebouwen werkten jongens van tussen de 14 en 16 jaar. Daarna waren ze oud genoeg om onder de grond af te dalen. Ook vijftigers die door gezondheidsklachten niet meer de mijnen in konden, kregen in de verwerkingsfabriek een plek. „Als er hoge gasten kwamen, moesten zij tijdelijk de fabriek verlaten.”

Heilige Barbara
In de schemerachtige ruimte waar de fabrieksarbeiders zich verzamelden, staat nog een rek met helmen. Aan de wand hangt een beeld van de heilige Barbara, beschermvrouw van de mijnwerkers. De trap voert naar de werkplaats. Daar liggen vele en soms ook heel zware hamers, sleutels en vele andere voorwerpen die de mijnwerkers nodig hadden. Dag en nacht werd de werkplaats bemand, om te voorkomen dat er onderbrekingen zouden ontstaan in het continue proces van het delven van de kolen.
In Zollverein werkten ongeveer 8000 arbeiders. Het grootste deel van hen, ongeveer 7000, verdween onder de grond. Vitala toont met projecties hoe er werd geïnnoveerd met het ophalen en laten zakken van de lorries, de met ruw materiaal gevulde bakken. Dat verliep steeds soepeler, evenals het afdalen van de mannen. Dat gebeurde aanvankelijk via trappen, later met steeds verder geautomatiseerde systemen. De oudste films tonen arbeiders die met de blote hand de brokken steenkool scheidden van steensoorten. In de daaropvolgende jaren ging dat automatisch, evenals het wassen van de kolen. In de sorteerderij draait de gids aan een knopje. Een luid geraas volgt. Het sorteren, het storten van de kolen en de geluiden van de lopende band weerklinken. De omgeving waarin de sorteerders hun lange werkdagen doorbrachten, herleeft.
In een vitrine zijn de verschillende steenkoolsoorten ondergebracht. Zelfs het stof werd, in twee varianten, opgezogen en hergebruikt in de cokesindustrie, iets verderop.

Zwarte goud
„De cokes vormden het echte zwarte goud van de mijnbouwindustrie. Ze waren de belangrijkste brandstof voor de metaalindustrie, de andere belangrijke pijler van het Ruhrgebied. Daarnaast was er veel energie nodig voor de opbouw na de Eerste Wereldoorlog”, aldus de gids. Ze rept niet over de periode daarna. Tijdens de Tweede Wereldoorlog waren het de mijnen die de metaalindustrie draaiend hielden. Het naburige Krupp (zie kader) was de belangrijkste leverancier van wapens voor het Derde Rijk. Dankzij de mijnbouw bleven de smelterijen hun werk doen.

De rondleiding (kosten 10 euro) over het zogenaamde ‘Denkmalpfad Zollverein’ voert langs en door de soms halfduistere bovengrondse fabriekscomplexen. Mijn en cokesfabriek zijn in 2001 officieel opgenomen op de werelderfgoedlijst van de Unesco.
Een deel van de wasserij is omgebouwd tot bezoekerscentrum, te bereiken via een uniek vormgegeven en overdekte lange (rol)trap aan de buitenzijde van het pand. Tegen het fabriekscomplex is ook een nieuw pand gebouwd, dat onderdeel vormt van het Ruhrmuseum en vooral wordt gebruikt voor evenementen. Het werelderfgoed groeide uit tot een populaire locatie voor evenementen, congressen of particuliere feesten.

www.zollverein.de


Wapensmid van het Derde Rijk
Op ongeveer 12 kilometer van Zollverein ligt Villa Hügel, een classicistisch landhuis. Ook een monument van de industriële geschiedenis van het Ruhrgebied, omdat het gebouwd is door en eigendom was van de familie Krupp.
Hun staal- en wapenbedrijf behoorde tot de grootste ter wereld. De meeste bekendheid geniet Krupp wel als wapenproducent in de jaren voorafgaande en tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het bedrijf groeide uit tot de wapensmid van het Derde Rijk.
De enigszins bombastisch aandoende villa is gebouwd in de jaren 1870 tot 1873. De villa werd door drie generaties bewoond. Het gebouw, een kleine villa en een grote villa, telt 269 ruimtes, 8100 vierkante meter woon- en gebruiksoppervlakte. Het staat op een prominente plek in het Ruhrdal en aan de Baldeneysee.
Het werd door de familie tot 1945 bewoond. Daarna namen de Geallieerden het enkele jaren in beslag. Sinds 1955 is het geopend voor bezoekers. Wie de slagboom passeert, betaalt 5 euro per persoon en mag voor dat bedrag door een flink deel van het landhuis wandelen. De enorme ruimten bevatten schilderijen van de familie, in de kleine villa is de historie weergegeven.
In de oorlog werkten bij Krupp in totaal 100.000 dwangarbeiders. Na de oorlog werd Alfried Krupp von Bohlen und Halbach veroordeeld tot twaalf jaar cel voor oorlogsmisdaden. Al in 1953 werd hij vrijgelaten. Staalbedrijf Krupp fuseerde in 1999 met zijn grootste concurrent en ging verder onder de naam Thyssen Krupp.


Abonneedag
Terdege organiseert een abonneedag naar Essen (met de bus) op D.V. zaterdag 2 juli. Zie voor meer informatie de advertentie in deze Terdege.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 4 mei 2016

Terdege | 132 Pagina's

De grootste mijn ter wereld

Bekijk de hele uitgave van woensdag 4 mei 2016

Terdege | 132 Pagina's