Gewoon Speciaal

In onderwijsland ligt de lat hoog. Terecht. Kinderen zijn ontvankelijk om nieuwe dingen te leren en in zich op te nemen.
In de Bijbel staat leren hoog aangeschreven. Allereerst het onderwijs over God; over Zijn verbond en Woorden; over zondige mensen die genade nodig hebben; over Zijn Zoon de Heere Jezus. Ook toerusting en vorming zijn belangrijk volgens 2 Timotheüs 3:17.
Wie om praktisch onderwijs verlegen zit, kan volop putten uit de wijze lessen in het Spreukenboek. Salomo roept luie mensen op om bij de mieren in de leer te gaan. Daniël leren we kennen als een man met veel talenten. Daarover spreekt de Bijbel in positieve bewoordingen. God heeft het willen gebruiken in Zijn weg door de geschiedenis.

IJver en inzet
Het probleem zit hem niet in het leren en vooruit willen komen.
Het pijnpunt ligt in het accent op hoge prestaties van cognitieve aard. In ons onderwijs dreigen hart en handen daaraan ondergeschikt te raken.
Een schooldag kan een pittige opgave zijn voor kinderen als Jurre. Jurre is een leuke, achtjarige knul. Hij voelt zich in zijn element als hij voor de juf een klusje kan doen. Zijn schoolwerk kost hem veel moeite. Jurre doet zijn best, maar kan het tempo van de klas niet meer bijhouden. De sommen worden ingewikkelder – hij komt vingers tekort om ze goed uit te kunnen rekenen. Lezen gaat, maar waarom moet het allemaal zo vreselijk snel? Het lukt hem steeds minder om zijn gedachten bij de les te houden. Bijna elke dag is hij ondanks zijn ijver en inzet, als een van de laatsten van de klas klaar met het werk.

Buikpijn
Jurre klaagt over buikpijn en wil soms niet naar school. In een gesprek met ouders vraagt de juf zich hardop af of de school waar Jurre nu op zit, wel de juiste plek voor hem is. Ouders weten dat Jurre geen hoogvlieger is. Hij krijgt niet voor niets leesboekjes en rekenbladen mee naar huis. En ze hebben al lang hun handtekening gezet onder het plan voor extra hulp buiten de klas. Maar hij is aan de andere kant toch echt niet dom. Vader zegt: „Geef hem een doos Lego en je hebt er geen kind aan. Of laat hem pompoenen kweken en aan de man brengen… Het komt vast goed met hem.”
Dat komt het ook, maar via een andere route. Jurre ontwikkelt boze buien. Hij voelt zich dom en onbegrepen. Zijn ouders geven toestemming om een IQ-onderzoek af te nemen. Daaruit blijkt dat de verstandelijke vermogens van Jurre op een beneden gemiddeld niveau liggen. Het leren kost hem in vergelijking met zijn leeftijdsgenoten veel meer inspanning. Omdat zijn welbevinden verder daalt, besluiten ouders en school een toelaatbaarheidsverklaring aan te vragen voor het Speciaal Basis Onderwijs (SBO). Eigenlijk een basisschool waar een kind gewoon kan functioneren waar dat kan en speciale aandacht en aanpassingen krijgt als dat moet.

Moestuintje
Jurre bloeit op het SBO op. Natuurlijk haalt hij hier ook weleens een onvoldoende. Maar het tempo ligt niet zo hoog; de hoeveelheid leerstof is minder; de groep is kleiner waardoor hij sneller weer op weg geholpen kan worden als hij op problemen stuit. Jurre voelt zich meer aangesproken op wat hij wel kan. Hij ontdekt dat er meer kinderen zijn die bepaalde vakken lastig vinden. Hij geniet van zijn taak als tuinier in het moestuintje van de klas.
Voor zijn ouders blijft het een lastig punt dat hij het niet redde op de bassischool in de buurt. En dat hij nu met een busje naar school moet. Hij maakt lange dagen en komt zeker in de winter te laat thuis om nog met vrienden te kunnen spelen. Aan de andere kant zijn ze blij dat Jurre weer Jurre is. De boze buien nemen af en over buikpijn horen zij hem zelden meer.
In onderwijsland ligt de lat hoog. Er is ook veel mogelijk als gewoon speciaal moet zijn. Jurre gaat met plezier naar het SBO.

Kwetsbaar
Een jongen uit een hogere groep gaat gelijk met hem van school af. Door zijn autisme redt hij het ondanks de aanpassingen die er gepleegd zijn, niet meer in de grote groep met de vele prikkels. Hij heeft meer structuur, voorspelbaarheid en rust nodig. Dat vindt hij in het speciaal onderwijs. Het meisje uit de kerk met een verstandelijke beperking zit op het ZML (school voor Zeer Moeilijk Lerenden). Wat een zegen dat juist deze kwetsbare kinderen terecht kunnen op een reformatorische school die niet alleen aansluit bij hun onderwijsbehoeften, maar ook bij hun identiteit.
Het is belangrijk om als christelijke gemeente hierin om te zien naar elkaar. Voordat een kind zijn plekje in het Speciaal (Basis) Onderwijs gevonden heeft, is er vaak al heel wat gebeurd en afgezien. Steun elkaar als ouders en bid voor elkaar. In de wetenschap dat elk kind en iedere ouder, op welk niveau ze ook functioneren, hetzelfde nodig heeft. Namelijk het leren kennen van de stem van de Goede Herder.

Hoe komt mijn kind op het S(B)O?
Wanneer duidelijk is dat je kind niet mee kan komen, geeft de school eerst extra hulp binnen en buiten de klas. Daarbij kan zij de hulp inroepen van mensen buiten de school door middel van het aanvragen van een zorgarrangement. Een ambulant begeleider - deskundige op het gebied waarop jouw kind vastloopt - kijkt mee naar wat de leerkracht nodig heeft om op een goede manier met een kwetsbaar kind om te gaan.
Blijkt in de praktijk dat het zorgarrangement onvoldoende soelaas biedt, dan gaat de school over tot de aanvraag van een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) voor een school voor Speciaal (Basis) Onderwijs.
Daarvoor heeft de school een handtekening nodig van de ouders. Zonder die handtekening wordt geen TLV aangevraagd. Na het afgeven van een TLV volgt een intakegesprek op de school.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen