DIE TREUE GOTTES UND DIE KONTINUITÄT DER MENSCHLICHEN EXISTENZ,
O. Weber, 220 S., br. DM 19.80, Neukirchener Verlag des Erziehungsvereins, Neukirchen, 1967.
Meer dan dertig jaar heeft Weber dogmatiek gedoceerd aan de universiteit van Göttingen en in die tijd zijn heel wat werken van zijn hand verschenen die getuigen van grote eruditie en werkkracht ; ik herinner alleen aan Grundlagen der Dogmatik (2 delen) en zfln veel geraadpleegde inleiding tot de Kirchliohe Dogmatik van Karl Barth.
In de bundel Die Treue Gottes - Gesammelte Aufsdtse I • zijn verscheidene stukken, die eerst in tijdschriften zijn ver-
schenen opnieuw uitgegeven, waarbij opgenomen is de rede ter gedachtenis aan Weber door E. Wolf gehouden.
Uit deze verzamelde bijdragen blijkt hoezeer Weber de gemeente en de prediking nimmer uit het oog verloren heeft: Keine Dogmatik ohne Verkündigung; keine Verkündigung ohne Dogmatik. „De ellende van onze prediking hangt wezenlek daarmede samen, dat achter zovele preken geen dogmatiek staat".
Zijn studie van Barth is niet zonder invloed op Weber gebleven. Dat komt b.v. uit in de voordracht (1949) : Die Lehre von der Erwdhlung und die Verhündigung, waar hij wijst op de monumentale uiteenzetting van de verkiezingsleer bij Barth, die het decretum horribilc afwijst zouder daarbij in het liberum arbitrium terecht te komen, of in praescientia-speculatie. - De klèsis is niets anders dan de „Gnadewahl Gottes, wie sie konkret ausgeht". Het wezen van de vocatio interna kan slechts daarin bestaan, „uns die vocatio externa als die an uns gerichtete, uns die klèsis Gottes als die uns nieinende gegcnwartig zu machen". Weber gaat niet mee met Barth als deze de verkiezing boven de verwerping stelt (unbedingte Überordnung der Erwahlung Uber die Verwerf ung) .
Niet minder belangrijk is het artikel Das dogmatische Problem der Versöhnungslehre (1965). Ook hier vinden wij de invloed van Barth, al gaat Weber een eigen weg. Barth zou er geen oog voor hebben, dat hij met „in Christus" een eschatologisch Herrschaftsbereich bedoelt; Barth blijft gevangen in het alternatief objectief-subjectief. Weber staat kritisch tegenover het objectivisme van Anselmus' verzoeningsleer. Hij poneert dat schuld, ook collectieve schuld, niet overdraagbaar is, evenals straf. - Deze gedachte heeft ernstige consequenties voor de leer der rechtvaardiging!
Van de andere artikelen wijs ik op Die Wiirde des Meiischen und das Evangeliu/m (Kerh en Theologie 1956) ; Der Ort der historisch-kritischen Methode in der SiJbstauslegung der Heiligen Schrift: Een exegese die de zelfuitleg der Schrift volgt, moet kritisch zijn; zowel in het Oude als in het Nieuwe Testament is „Selbstauslegung Selbstkritik". Hier blijkt hoe belangrijk altgd weer is over de Schrift aan de Schrift zelf te vragen, al aanvaard ik de gedachte van de Selbstkritik niet. De schrijver waarschuwt hier voor scripturarisme. In Freiheit in urtserer Welt gaat het niet om de vraag in hoeverre de mens nog een speelruimte heeft voor zijn autonomie. Zending - zo getuigt de schrijver in Kirchenmission^ist das gewagteste, aber aueh das bezcichnendste Tun der Kirche.
De uren aan bestudering van deze bundel gegeven zijn geen verloren tgd!
U.
Bt.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 juni 1968
Theologia Reformata | 67 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 juni 1968
Theologia Reformata | 67 Pagina's