Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dwaas en zwak - toch wijzer en sterker

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dwaas en zwak - toch wijzer en sterker

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

'Want het dwaze Gods is wijzer dan de mensen en het zwakke Gods is sterker dan de mensen'. 1 Corinthe 1:25

A. Beens

Paulus heeft in de gemeente van Corinthe als een wijs bouwmeester het fundament gelegd, te vatten in één woord: Christus. Nader omschreven als: de Gekruisigde. Een tijd lang had hij ook op dat fundament gebouwd, toen riep God hem weg. Intussen is hij fundamenteel bezig geweest. Laat dat fundament dan diep verscholen en aan het oog onttrokken zijn, het schraagt niettemin het gehele gebouw.

Corinthe. Handelsstad en havenstad met alles wat daarbij behoort. Een bonte mierenhoop met een even bont leven, gedrenkt in heidendom. Er viel geld te verdienen en vertier ontbrak niet. Diep waren de schaduwen, die dit alles begeleidden. Onzedelijkheid en losbandigheid hielden als een sinister koppel huis in die stad.

Wonderlijk, daar heeft God zijn gemeente! Wie zou haar daar zoeken? Gód! Hij bouwt Zijn Kerk in streken achteraf, bezijden de heirbaan van het bruisende leven maar ook middenin de woelingen en warrelingen van het grootscheepse en grootsteedse. Hoewel wij moeten stellen dat de waarheid bijkans nergens in de wereld een herberg vinden kan, het moet in Corinthe wel bijzonder moeilijk zijn geweest. En nóg steeds, in de tijd na Paulus' verblijf aldaar, was de gemeente bedreigd, van buitenaf en van binnenuit. Het heidendom stond constant op de gemeentedrempel te dringen. Allerlei machten duwden aan tegen de beveiligende wallen en soms werden bressen geslagen. Leugenleer sijpelde geraffineerd naar binnen en meer dan eens school de verrader aan de biimenzijde. Daarop spelen de brieven van Paulus

in. Het woord van de prediking gaat er op in, ontmaskerend, vermanend en vertroostend.

De gemeente ontsnapte niet aan de aandacht van de buitenwacht, al vormde zij een minieme minderheid. Er werd over haar gesproken, vooral over de boodschap, die in haar midden klonk. Maar boodschap én gemeente staan beide onder dezelfde kritiek: dwaasheid en zwakheid! Joden en heidenen vormen, ieder met eigen inbreng, een gemeenschappelijk front, dat over de volle breedte aanvalt. Nu dient het gevaar zich aan dat de gemeente óók wijs en sterk wil zijn. Van zich wil doen spreken door klinkende daden en blinkende visies. Het gevaar dat het Woord, het eenvoudige Woord der prediking, wordt ingewisseld voor betoverende redevoeringen, een aansprekend program van aktie, dat de lucht vervult met kreten en slagzinnen. Er zijn er die geneigd zijn aan de druk van buitenaf toe te geven. Men wil niet langer voor dwaas en zwak versleten worden. Daarom moet het Woord aangepast aan de normen van Griekse verfijning en filosofie of Joodse theologie.

Paulus betrekt de wacht bij het heilgeheim, dat de gemeente is toevertrouwd, bij haar zelf. Hij redeneert niet. Hij getuigt: 'want het dwaze Gods is wijzer dan de mensen en het zwakke Gods is sterker dan de mensen'. Men heeft gelijk; het is ook dwaas en zwak. Maar... het is het dwaze en het zwakke Gods! En wat van God is, wat van boven is, triomfeert over wat van beneden is, hoe wijs en sterk het ook lijkt.

Het gaat in dat dwaze en het zwakke om het kruis. Om een gekruisigde Zaligmaker. Daar moet de gemeente bij blijven. Bij de prediking, die het kruis in het midden stelt. Die prediking riep haar immers ten leven! Het is dat kruis, die Christus en die prediking, die men voor dwaasheid en zwakheid verslijt. Omdat men beseft dat het kruis met de zonde heeft te maken, met de diepste nood van de mensheid. Dat daarvoor Christus stierf aan het kruis... maar wat is eigenlijk zonde? En moet dat probleem dan zó opgelost worden en is dat de énige oplossing? Wees niet zo dwaas! Geen redelijk denkend mens kan met dat kruis iets aanvangen, laat staan met de Gekruisigde. Zwakheid is het, smalen de Joden. Die hoge pretenties van verlossing en bevrijding worden niet waargemaakt door iemand, die sterft en sneeft aan een kruis. Bij de Messias hoort krachts-en machtsvertoon, geen zwakheid en lijden.

Voor Joden en Grieken is te lezen: heel de mensheid. Zij heeft het niet begrepen op dwaasheid en zwakheid, althans niet op déze. Wijsheid en macht doen opgeld en maken opgang. Men zweert bij de wijzen van de eeuw, de technici, de politici, de leiders, die machtige taal uiten en tot de verbeelding spreken. Wijsheid en macht maken de dienst uit. Inzichten en uitspraken van ideologen en partij filosofen markeren de marsroute waarlangs de mensheid naar het geluk wordt gevoerd. Er is sinds de dagen van Paulus geen nieuws

onder de zon. Wat er was, zal er zijn. Nog heden ten dage gaat het Woord van het kruis in dwaasheid en zwakheid zijn weg in kerk en samenleving. Het komt gaandeweg in een afgeschoten hoek van het leven terecht, op z'n best als symbool, als monument uit de tijd toen kerk en christendom een stempel drukten op leven en samenleven.

Waar is dan de macht van het kruis? Ze is min of meer verborgen. Toch 'werkt' het kruis! Ook de vijandschap is een teken van de verhulde macht van het kruis. Het schakelt mensen uit en stelt hen aan de kaak. Het maakt mensenkracht te schande. Welhaast intuïtief tekent ieder verzet aan. Zo men al redding zoekt, dan niet op deze wijze! Wij gaan liever de weg van eigen inzichten of van godsdienstige prestaties en plichtplegingen.

Maar er is meer. Is er bewijs voor dat het dwaze Gods wijzer en het zwakke Gods sterker is dan de mensen? Jawel. Wij worden verwezen naar Pasen. In de opstanding van Jezus blijkt het kruis de wijsheid van God te zijn. Wijzer dan de mensen. In hun dwaasheid meenden zij de Zoon van God achter een zware steen te kunnen wegbergen. Als een zwakkeling, die roemloos ten onder ging. Maar het zwakke Gods was sterker dan de mensen. God brak de banden van de dood stuk en verscheurde het zegel op de steen. Het Leven, dat opbloeide uit het offer aan het kruis triomfeerde en de wachters werden als doden. Wijs en sterk: de zonde en de dood zijn overwonnen. Ten enen male!

Dat heil wordt gepredikt op Pinksteren. Daarmee treedt God met de duivel en de wereld in het krijt door Zijn Heilige Geest. Hij is uitgestort om in al de waarheid te leiden, de waarheid van het dwaze en het zwakke Gods, dat wijzer en sterker is dan de mensen. Door de Heilige Geest... Zonder Zijn werk weet geen sterveling raad met het dwaze en het zwakke Gods. Wij bezitten geen natuurlijke aansluiting op dat wondere Woord van het kruis. Dat te denken is levensgevaarlijk zelfbedrog. Het leidt tot een natuurlijke godsdienst zonder pit en merg. Niemand verstaat eigener beweging het Woord van God. Intellect en inzicht helpen hier niet. Slechts waar de Heilige Geest ons in een dodende én levendmakende confrontatie zet met de Gekruisigde, worden wij er achter gebracht, achter het dwaze en het zwakke Gods.

De Geest heeft daartoe vele wegen. Maar dit maakt Hij duidelijk, dat wijsheid en inzicht, daadkracht, levensernst, vroomheid, godsdienstzin, levensvisie, van welke stijl of snit die ook zij, niet kunnen redden van het oordeel, dat van nature op ons ligt. Er brokkelen telkens stukken van ons levensterritoir, waarop wij ons handhaven, af. Het dwaze Gods ontmaskert onze wijsheid als dwaasheid. Het zwakke Gods onthult onze kracht als machteloosheid. Dat worden vragen, die al maar verder oprukken naar het centrum

van ons leven. Ons hart komt onder druk te staan. De druk van het Woord en van de rechten van de levende God op ons bestaan. De prediking van het kruis, roept de kardinale vraag op: wat moet ik doen om zalig te worden? Onze wijsheid valt aan scherven. Al waar wij op leunen, bezwijkt en valt. Zo laat de Geest het dwaze en het zwakke Gods triomferen. Een verloren zondaar houdt een gekruisigde Christus als zijn enige hoop over. Paulus wist er zelf over te spreken. Hij was de man, die wist wat hij wilde en God was het er, naar zijn gedachte, roerend mee eens. Maar toen Jezus hem ontmoette ging zijn hele theologie overboord.

Zalig, wie in Christus, de gekruisigde, Gods wijsheid en kracht ontdekt. Zij zijn zo aanbiddelijk. Schoon en wél gefundeerd heeft God de verlossing in Zijn Zoon geopenbaard. Hoe krachtdadig werkt die verlossing in allen, die geloven als een kracht tot redding. Het is goed om onze Zaligmaker te verheerlijken. Hij trekt op uit de ruisende kuil en uit modderig slijk. Hij neemt door Zijn bloed met kracht onze zonden weg. Hij zet in de ruimte van het heil, waar het lied opbloeit: de rechterhand des Heeren doet krachtige daden! En dat draagt vrucht. Wij willen van niemand meer horen of weten dan van Jezus Christus en Die gekruisigd. Wijzer en sterker dan de mensen! De rollen zijn precies omgekeerd, voor wie het geheimenis van het kruis ontdekt. Voor die ontpopt het dwaze en het zwakke Gods zich als wijs en sterk.

De categorieën dwaas-zwak en wijs-sterk past Paulus na en naast het kruis ook toe op de prediking en op de gemeente. Prediking. Onze tijd heeft een hekel aan 'gepreek'. Het praatje, de discussie is in de mode. Dat iemand met macht en volmacht zou spreken is een ergerlijke aanmatiging. Door dat mijnenveld van ergernis en irritatie trekt ook de prediking van de Gekruisigde heen. Wie haar te brengen heeft, die besluipt menigmaal de moedeloosheid. Wat haalt het uit? Is het geen zwakheid en dwaasheid? Wat halen woorden uit? Moeten wij het niet liever over een andere boeg werpen? Vele monden roeren zich: staak dat gepreek, steek je handen liever uit de mouwen. Doe wat aan de schreiende en schrijnende ellende in de wereld, breek de structuren, die het kwaad in stand houden stuk. De prediking wordt niet zelden geschoeid op wereldse leest: een politiek vertoog, een discussiestuk ...

Wij raken het spoor bijster, wanneer wij onze oren laten hangen naar allerlei gerucht en geluid dat de lucht vervult. Wij zijn met de gemeenten gediend met de prediking, zuiver, sober, diep, eerlijk en gedegen. Kruisprediking! Zij is scherp ontdekkend en dan juist ook uitermate vertroostend. Het vroom gemoed wordt niet op de troon getild maar ons hart wordt blootgelegd, er wordt in levend vlees gesneden. Maar ook wordt dan het hart van de levende God in Christus voor ons opengelegd. De gedachten van Zijn vrede en genade worden voorgesteld in een levende bediening van de Heilige Geest. Het moet ons niet gaan om imponerende methoden. Dat is een verloochening

van het kruis-evangelie. Wij mogen het wagen met de zwakheid en de dwaasheid van God. Paulus verwoordt het: 'Ik ben niet gekomen met uitnemendheid van woorden en van wijsheid'. De inhoud van het evangelie bepaalt ook de vorm van de prediking.

De gemeente - tenslotte - is krachtens de roeping door het Woord, kruisgemeente. Gemeente onder het kruis. Een uitdrukking met vele bodems. Wij moeten ons, in het licht van de ontwikkelingen in deze tijd, waarschijnlijk instellen op de meest letterlijke betekenis van deze woorden. En gaandeweg méér het woord van Paulus voor ogen houden, dat wij niet zijn geroepen als wijzen en sterken, als rijken en edelen. Hoe houden wij het vol in de wenteling en de verwarring van de tijd? Er zijn vele antwoorden te geven en te bedenken. Er wordt van alles ondernomen. Kern van de zaak is en blijft: zijn wij mensen, van wie het leven verklaard ligt in de gekruisigde en opgestane Christus? Zijn wij gestorven aan eigen wijsheid en kunnen en verstaan wij dat God omzag en omziet naar het dwaze en het zwakke, het verachte en het onedele? Dan sterft onze (kerkelijke) trots. Maar God houdt zo in Zijn Kerk het vuur van de kennis van Christus brandende. Zo doet zij krachtige daden. In de Heere! En in de sterkte van Zijn macht.

Wij leren dan verlangen naar de dag, waarop in volle glorie blijken zal: het dwaze Gods is wijzer dan de mensen en het zwakke Gods is sterker dan de mensen. Het Lam, dat geslacht is - dwaasheid en zwakheid! - is waardig te ontvangen de kracht (!) en de rijkdom en de wijsheid (!) en sterkte en eer en heerlijkheid en dankzegging. Nu en immer en in de eeuwen der eeuwen!

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologia Reformata

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 september 1985

Theologia Reformata | 82 Pagina's

Dwaas en zwak - toch wijzer en sterker

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 september 1985

Theologia Reformata | 82 Pagina's