Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

POCHEN DER DOGMENGESCHICHTE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

POCHEN DER DOGMENGESCHICHTE

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

B. Lohse, POCHEN DER DOGMENGESCHICHTE, E 276 S., DM 24, 80, Kreuz Verlag, Stuttgart.

In de inleiding o.a. over 'ondogmatisch christendom? ' noemt de schrijver als een onderscheid tussen uitspraken van de Schrift en van het dogma: de Bijbel bedient zich van persoonlijke categorieën, het dogma van ontologische begrippen. Wel moet in acht worden genomen, dat in de eerste eeuwen het woord dogma niet gebruikt wordt in de huidige betekenis. De beslissing in Nicea was een belijdenis. Geloof zonder dogma, d.i. zonder belijdenis, loopt voortdurend gevaar niet meer te weten wat men gelooft. Melanchton getuigde in de Apologie: Geen geloof is vast, dat zich niet in belijdenis openbaart. De dogmata of belijdenissen vormen een soort katechismen van de belangrijkste christelijke v/aarheden. Bn daarbij moet iets verstaan worden van een continuïteit in de ontwikkeling. De dogmata uit het verleden hebben interpretatie nodig. Wel zal iedere poging om de autoriteit van de dogmen geheel te relativeren een loochening inhouden van het werk van de Heilige Geest. Een dogma heeft een verbindend karakter, ik kan er niet onder uit. We kennen geen onfeilbaarheid van dogmata, zoals Rome. Luther zeide: Ik verhef Christus boven alle leraren-conciliën (bijv. Ned. Gel. bel. art. 7). Continuiteit wordt beleden bijv. Conf. Aug. 7, 1 en NGB. art. 27: de kerk zal er zijn tot het einde toe.

De stof is verdeeld over negen hoofdstukken, beginnende met 'Kanon en geloofsbelijdenis' en eindigende met 'de eenheid der kerk'.

De schr. ziet de erkenning van de nieuwtestamentische geschriften als canon als de eerste principiële leerbeslissing van de kerk. Het proces van de canonisering is door het optreden van Marcion versneld. Het beslissende criterium zou zijn geweest: de ouderdom van

de geschriften: waren zij apostologisch of van leerlingen van de apostelen. De canonisering betekent, dat de Schrift norm van de traditie wordt en de traditie de taak zal hebben de Schrift te verklaren. Met deze kwalificatie ga ik niet mee: vaststelling van de canon had een geheel ander karakter dan de fixering van bijv. het Apostolicum, door de schr. als het ware een tweede dogma genoemd. De geloofsbelijdenis kreeg fundamentele betekenis voor de leer der kerk (onderricht van de katechumenen). De geloofsregel werd een richtsnoer ter onderscheiding van haeresie en orthodoxie.

Het is een overvloed van stof, die door de schr. zeer systematisch aan de lezer wordt voorgehouden; daarbij geeft een uitvoerige, beredeneerde tijdtafel goede samenvattingen. Alleen op enige stukken kan ik ingaan met diepe eerbied voor de hègoumenoi, de voorgangers en leidslieden, de velen, die meegeworsteld hebben voor het verstaan van de diepten van het Evangelie.

In de Triniteitsleer wordt er o.ra. op gewezen, waarom de kerk zowel het dynamistische als het modalistische monarchianisme heeft afgewezen. Arius heeft bereikt, dat de kerk de indringende vraag moest beantwoorden of naar haar geloof Jezus Christus een schepsel was, ver onder God, of dat hijzelf God was. Athanasius stelde dat homousios - het woord stamt van keizer Constantijn - ook de eenheid Gods insluit. De Ariaanse strijd heeft vijf decenniën geduurd. Augustinus heeft er voor gewaarschuwd, dat het woord persona als vertaling van hypostasis aanleiding kan geven tot misverstand. Hij heeft - zegt hij - dit woord gekozen om niet geheel te moeten zwijgen. 'Het geheim van de Drievuldigheid' moet worden gerespecteerd.

In de Triniteitsleer gaat het om de eenheid Gods, in de Christologie om de verhouding van het Goddelijke en het menselijke in de persoon van Christus. Het praedicaat Moeder Gods voor Maria werd een schibboleth voor de Christologie. Hoe kon de Antiocheense school de eenheid van Godheid en mensheid formuleren? En bij de Alexandrijnen kwam de volkomenheid van de menselijke natuur van Christus in het gedrang. Het Chalcedonense had niet de bedoeling om het onuitsprekelijke in begripsmatige formules vast te leggen: het wilde veel meer een muur oprichten tegen speculatie.

De betekenis van de Pelagiaanse en de semipeligiaanse strijd is moeilijk te overschatten. Augustinus heeft als niemand vóór hem en weinigen na hem de noodzakelijkheid en de werkzaamheid van de genade beklemtoond. De veroordeling van Pelagius en Celestius betekenen niet dat daarmee het pelagianisme uit de kerkelijke wereld was (Erasmus). Aan Woord en Sacrament wordt een apart hoofdstuk gewijd. (Augustinus, Berengarius, Petrus Lombardus, Thomas van Aquino).

Waar ligt het zwaartepunt van de reformatie in dogma-historisch opzicht? De reformatie betekent meer dan een reactie op misstanden en geestelijk verval. Het zwaartepunt ligt bij de rechtvaardiging van de zondaar: De gerechtigheid als een zuiver geschenk. In den brede komen ook de vragen in verband met de sacramenten ter sprake, o.a. over de conferentie van Marburg (in het 15e art. toch wel enige punten van overeenkomst). Mij trof het verhaal over de brief van Calvijn aan Luther (1545, niet door Melanchton doorgegeven). Op het concilie van Trente ging het over drie punten tegenover de reformatie: leer van de rechtvaardiging, de verhouding Schrift en traditie en de vraag van de heilszekerheid (feitelijk afgewezen, anders Thomas).

Vrij uitvoerig wordt de ontwikkeling

van het dogma in r.k.k. getekend (mariologie, onfeilbaarheid van de paus). Kan men spreken van een geschiedenis van het dogma in het protestantisme? Op de vraag of er plaats is voor een nieuw dogma verwijst de schr. naar de theologische verklaring van Barmen.

De schr. gaf het werk twee adagia mee: et woord: ie zegt gij dan dat Ik ben (Mt. 16:15) en een woord van Maximus Confessor: ogmata verzwijgen betekent dogmata verloochenen.

Dat dit werk reeds in een vierde editie uitkwam zegt over de bruikbaarheid genoeg; het diende mij als een repetitieboek.

H.

Bt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologia Reformata

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 december 1985

Theologia Reformata | 96 Pagina's

POCHEN DER DOGMENGESCHICHTE

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 december 1985

Theologia Reformata | 96 Pagina's