Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

RITEN EN MY­THEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

RITEN EN MY­THEN

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

H.A.J. Wegman, RITEN EN MY­THEN, Liturgie in de geschiedenis van het christendom, 408 blz., ƒ 65, - , J.H. Kok, Kampen 1991.

Soms verschijnen er boeken die niet alleen vanwege hun inhoud, maar ook vanwege de uitvoering aanbeveling verdienen. Tot die categorie reken ik graag de heruitgave van Wegman's Geschiedenis van de christelijke eredienst. Het is geschreven voor studenten in de theologie en de letteren, maar mikt ook op een bredere kring van hen die geïnteresseerd zijn in de geschiedenis van de liturgie. In een aantal opzichten is deze heruitgave een ander boek geworden. Liet het boek uit 1977 zich niet zo gemakkelijk lezen door de nogal gecomprimeerde wijze waarop de stof-zeer exact - werd behandeld, in dit boek neemt Wegman de lezer mee op een boeiende verkenningstocht door de geschiedenis waarbij de liturgie in de verschillende perioden behandeld wordt in de context van de kerk-en theologie-geschiedenis, alsmede de ontwikkelingen in maatschappij en cultuur.

Dat is een bijzonder waardevol uitgangspunt. De eredienst voltrekt zich immers niet in een getto, maar heeft verbindingen met het geheel van het kerkelijk leven alsmede met dat wat er gist in cultuur en samenleving. Liturgische veranderingen hebben niet alleen te maken met andere theologische visies, maar ook met ontwikkelingen in samenleving en cultuur.

De strenge opbouw maakt dat men het boek synchroon kan lezen (per periode dus), maar ook diachroon: d.w.z. de lezer kan een onderdeel, b.v. de getijden of het Avondmaal, in de verschillende perioden zoals deze in de opeenvolgende hoofdstukken behandeld worden, nagaan. In een eerste deel geeft Wegman in de vorm van korte essays een inleiding in een aantal elementen van de liturgie, zoals de kerkelijke tijden, de ruimte, de kerktypen, de sacramenten en de ambtsdragers.

Het laat zich verstaan dat deze r.k. auteur

grote aandacht heeft voor de liturgie in de Romana. maar tegelijk wilde hij een oecumenische studie bieden, zodat ook de oosters-orthodoxe riten en de reformatorische liturgie aandacht krijgen.

Het laatste hoofdstuk "Liturgievernieuwing in de Nieuwe tijd (1680-1980)' gaat uit van de vooronderstelling dat de liturgische tradities, stoelend op de basis van de vroeg-christelijke kerk, met de Reformatie en de Contra-reformatie een zekere afsluiting hebben gekregen. Sinds het midden van de zeventiende eeuw heeft volgens Wegman de liturgie in strikte zin in de kerken van het Oosten, Rome en de Reformatie geen geschiedenis meer gemaakt. Pas in de tweede helft van onze eeuw voltrokken zich in Rome diepgaande veranderingen (Vaticanum II).

Maar wanneer men minder eenzijdig aandacht schenkt aan de struktuur zoals die vanuit de traditie vorm gekregen heeft in bepaalde perioden, maar ook let op de relatie tussen de liturgische beleving en de lijd waarin men leeft, kan men dan nog volhouden dat de liturgie sinds de zeventiende eeuw geen geschiedenis meer gemaakt heeft?

Ik denk b.v. aan de gereformeerde Avondmaalsliturgie, zoals die tot uitdrukking komt in het klassieke formulier. Horen wij anno 1991 daarin nog hetzelfde als de mensen uit Calvijns tijd? Speelt in tegenstelling tot de periode van de Reformatoren het individualisme van de moderne, na de Aufkliirung levende mens ons niet geweldig parten en is dat niet van invloed op de geschiedenis van de liturgie?

Wegman schrijft vanuit een r.k. achtergrond. We merken dat o.a. aan het traditiebegrip dat hij hanteert. De Schriftgegevens en de vroeg-christelijke bronnen vloeien bij hem min of meer in elkaar in de ene vroegchristelijke traditie? In een historische opzet is dat wel verklaarbaar, maar dat laat toch de vraag open naar de bijbelse, normatieve uitgangspunten waaraan elke traditie gemeten moet worden. Calvijn ging respectvol om met de traditie, maar greep in meer dan een opzicht terug op de norm van het apostolisch getuigenis. Maar ik besef dat ik deze vragen stel vanuit een andere achtergrond dan die van de auteur.

Wegman schonk ons een rijk boek, dat ook als naslagwerk goede diensten kan bewijzen. Een aantal illustraties, een register van technische termen, uitvoerige literatuuroverzichten verhogen de waarde van dit door Kok voornaam uitgegeven werk.

Ede

A.N.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologia Reformata

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1991

Theologia Reformata | 357 Pagina's

RITEN EN MY­THEN

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1991

Theologia Reformata | 357 Pagina's